Een van de bekendste mythische verhalen uit de begintijd van Rome is de Sabijnse Maagdenroof. Deze geschiedenis deed zich volgens de verhalen net na de stichting van Rome voor. De Sabijnse maagden speelden een grote rol in een conflict van het jonge Rome met de naburige Sabijnen. Het verhaal in vogelvlucht.
Het jonge Rome had een groot probleem. Al na één generatie kampte de stad met een vrouwentekort. Romulus, volgens de mythen naast Remus stichter van de stad, had in Rome iedereen welkom geheten die een ander leven wilde leiden. Dat had effect. De stad groeide snel, maar er kwamen vooral veel vreemdelingen, gevluchte slaven en bannelingen naar de stad. Dankzij al deze nieuwe inwoners werd Rome al snel een factor van belang. De stad kon zich in een oorlog meten met elk van haar buurvolken. Maar er was wel een probleem. De Romeinse geschiedschrijver Titus Livius (ca. 59 v.Chr.-17 n.Chr.):
“Maar door gebrek aan vrouwen zou Rome’s grootheid slechts één generatie duren: thuis was er geen zicht op enig nageslacht en er bestond geen huwelijksrecht met de buren. Toen zond Romulus op aanraden van de Senaat gezanten rond langs de buurstammen, die voor het nieuwe volk om bondgenootschap en huwelijksrecht moesten verzoeken.” Vertaling Hetty van Rooijen
Deze poging om meer vrouwen aan de stad te binden mislukte echter en daarom besloten de Romeinen het over een andere boeg te gooien. Tijdens de Consualia, een oud Romeins feest, verwachte de stad veel bezoekers uit de omgeving. Ook de Sabijnen bezochten het feest mét veel van hun vrouwen. Toen het feest losbarstte stormden de Romeinse mannen door de menigte en grepen alle Sabijnse vrouwen die ze tegenkwamen.
Een groot aantal meisjes werd lukraak gepakt, maar er waren ook vooraanstaande Romeinen die mannen hadden ingehuurd om de mooiste maagden te roven. De Sabijnen waren woedend en zwoeren wraak, maar die moest wachten op een geschiktere gelegenheid. Vloekend bliezen ze de aftocht.
Romulus praat de roof goed
De in Rome achtergebleven maagden waren eveneens ontzet over de gebeurtenissen en beklaagden zich over de schending van de gastvrijheidswetten. Romulus begaf zich hierop in hun midden…
“… en legde uit dat dit was gebeurd door de hoogmoed van hun vaders, die het huwelijksrecht aan hun buren hadden geweigerd. Toch zouden zij, in het huwelijk, in het gemeenschappelijk bezit zijn van alle eigendommen en het burgerrecht, en van kinderen, het dierbaarste dat er is voor de menselijke soort.” (Livius AUC I.9)
Romulus verzocht de vrouwen hun woede te matigen en hun hart te geven aan de Romeinse mannen aan wie ze door het Lot waren toebedeeld. Hij verzekerde de vrouwen dat ze door de Romeinen goed behandeld zouden worden en dat hun nieuwe echtgenoten hun best zouden doen hun liefde te winnen. Livius:
“De lieve woorden van de mannen kwamen hier nog bij. Zij rechtvaardigden hun daad door die te wijten aan verlangen en liefde, smeekbeden, die zeer veel indruk maken op een vrouwenhart.” (Livius AUC I.9)
Na enige tijd gingen de vrouwen zich meer verbonden voelen met de Romeinen en de stad, zeker nadat er kinderen geboren waren.
Tarpeia en de Tarpeïsche rots
De Sabijnen waren de maagdenroof echter nog lang niet vergeten en brachten een groot leger op de been. In het geheim legden hun aanvoerders contact met Tarpeia, de dochter van Spurius Tarpeius, commandant van de citadel van Rome. Tarpeia liet weten de mannen wel binnen te willen laten, maar daarvoor in ruil eiste ze alles wat de mannen aan hun linkerhand droegen. Ze doelde hierbij op de gouden armbanden van de Sabijnen. Nadat de mannen dit hadden toegezegd en Tarpeia de mannen daadwerkelijk de stadspoort door liet, gaf de Romeinse verraadster aan ook de schilden van de Sabijnen te willen. Die hielden ze immers ook in hun linkerhand. De Sabijnen beseften dat dit een list was en weigerden hun bescherming af te staan. In plaats daarvan gooiden ze hun schilden bovenop Tarpeia die daardoor verpletterd werd. De klip aan de kant van de heuvel waar de Romeinse citadel zich bevond, staat sinds die tijd bekend als de Tarpeïsche rots. Tot de eerste eeuw na Christus werden verraders in Rome gestraft door hen van deze rots te werpen.
Vredestichters
Nadat ze de citadel waren ingedrongen stonden de Romeinen en Sabijnen tegenover elkaar voor de beslissende slag. De Sabijnse vrouwen konden dit niet aanzien en werden heen en weer geslingerd tussen hun nieuwe mannen en hun vaders. Aan wie moesten ze loyaal zijn? Wanhopig smeekten de Sabijnse maagden de mannen de strijd te staken. Livius:
“Met loshangend haar en in gescheurde kleren, in hun ellende alle vrouwelijke schuchterheid overwinnend, stortten ze zich te midden van de rondvliegende projectielen. Ze drongen dwars in de flank van de strijders door om de beide vijandige legers te scheiden en te verzoenen. Hier smeekten ze hun vaders, daar hun echtgenoten, zich toch niet te bezoedelen met het zondig bloed van schoonvader of schoonzoon en toch niet de smet van deze broedermoord te doen kleven op hun kinderen, zoons van de een, kleinzoons van de ander.” Vertaling Hetty van Rooijen
De woorden hadden effect. De twee aanvoerders sloten vrede en vanaf dat moment vormden de twee volken één staat, met Rome als hoofdstad.
Boek: SPQR, een geschiedenis van het Romeinse Rijk – Mary Beard
Trailer van een theatrale verfilming van de mythe (1962)
Bronnen ▼
-https://mainzerbeobachter.com/2013/08/21/xxx/
-Mythologie – C. Scott Littleton, 2003 (p. 245)
-http://www.koxkollum.nl/livius/livius001009.htm
-Griekse en Romeinse mythen en sagen – Verba, 2000 (p.297-299)