Dark
Light

Goed van de tongriem gesneden zijn

Betekenis en oorsprong
Auteur:
2 minuten leestijd
Mond van een vrouw
Mond van een vrouw (CC0 - Pixabay - Giuliamar)

Goed van de tongriem gesneden zijn is een gezegde dat veel mensen bekend in de oren klinkt. Waar komt deze uitdrukking taalkundig gezien vandaan? Hoe komen we aan dit bijzondere gezegde?

Betekenis van ‘goed van de tongriem gesneden zijn’

Mensen die goed van de tongriem gesneden zijn, kunnen goed praten. Ze kunnen praten als Brugman, zijn ad rem en hebben altijd wel hun woordje klaar als dat nodig is. Bij personen die goed van de tongriem gesneden zijn, gaat het dus om welbespraakte individuen die niet op hun mondje zijn gevallen.

Volgens de taalkundigen van Onze Taal bestaat de uitdrukking ‘goed van de tongriem’ al minstens sinds de vroege achttiende eeuw. In het bekende spreekwoordenboek De oorsprong en uitlegging van dagelyks gebruikte Nederduitsche spreekwoorden van Carolus Tuinman, dat hij in 1726 publiceerde, komt het volgende fragment voor:

“Van ymand die wel klappen [= goed kletsen] kan, zegt men, Hy is op zyn mond niet gevallen, en, Hy is wel van de tongriem gesneden…”

De Etymologiebank verwijst naar het Etymologisch woordenboek van P. van Veen en N. van der Sijs uit 1997, die het begrip terugvoert tot 1617.

Ook op Historiek: Praten als Brugman

Oorsprong van de uitdrukking

Maar vanwaar deze uitdrukking? De tongriem is de benaming voor het stukje vlees dat de tong verbindt aan de mond. In een oud document werd dit vleesstukje, een soort spiertje, ‘span-adere’ genoemd. In uitzonderlijke gevallen, gelukkig kwam het niet vaak voor, kon het zijn dat een tongriem te ver naar voren doorliep aan de onderzijde van de tong, richting de tongpunt. Wie hiermee te kampen had, kon tijdens de kindertijd problemen krijgen met bijvoorbeeld drinken, eten en/of met praten.

Personen met een ongezond lange tongriem werden vroeger voor een te lange tongriem behandeld. De ‘span-adere’ werd dan operatief bijgesneden en ingekort. In een zeventiende-eeuwse bron pende iemand over deze ingreep het volgende neer:

“Men moet sommighe kinderen de tonghe eensdeels los maecken ende slaken van eenighe banden te seer nae in ’t paleys (het gehemelte) des mondts bindende ende spannende…”

Men geloofde dat de geopereerde persoon daarna weer goed zou kunnen eten, drinken en praten.

Alternatieve uitdrukking voor goede praters

Ben je goed van de tongriem gesneden, dan is praten een fluitje van een cent. Alternatieve uitdrukkingen die in dit verband ook wel worden gebruikt, zijn ‘hij is niet op zijn mondje gevallen’, ‘hij kan praten als Brugman’, ‘hij kan goed zijn mondplaat roeren’ en ‘hij heeft zijn bakkes ingesmeerd’.

Overigens bestaat er, zo meldt het Woordenboek der Nederlandsche Taal ook nog een alternatief gezegde met ’tongriem’, namelijk ‘licht van de tongriem gesneden zijn’. Dit houdt in dat iemand goed is in het uitspreken van schunnige taal of vieze liedjes.

Lees ook: Kunnen praten als Brugman
Of… Aan de strijkstok hangen
Verder interessant: Lijst met historische uitdrukkingen, gezegden en begrippen

Bronnen â–¼

Internet
-https://onzetaal.nl/taaladvies/goed-van-de-tongriem-gesneden
-https://www.etymologiebank.nl/trefwoord/tongriem
-https://www.dbnl.org/tekst/tuin005oors01_01/tuin005oors01_01_0031.php
-https://www.ensie.nl/riemer-reinsma/goed-van-de-tongriem-gesneden-zijn

Gratis nieuwsbrief

Meld u aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief (51.365 actieve abonnees)


Mede dankzij onze donateurs zijn al onze artikelen gratis te lezen. Op Historiek vindt u dus geen PREMIUM artikelen of 'slotjes'.

Steun ons ook

×