Heilige van Auschwitz inspireerde na de oorlog ook verschillende Japanners

De martelaar en de rode kimono
7 minuten leestijd
Kersenbloesem / sakura
Kersenbloesem / sakura (CC BY-SA 4.0 - Binsento - wiki)

Nadat de Japanse stad Hiroshima op 6 augustus 1945 door de Amerikanen was gebombardeerd met een atoombom, volgde Nagasaki drie dagen later hetzelfde lot. Op fotoā€™s van de verwoeste Japanse stad valt de ruĆÆne van de neo-romaanse St. Maria Kathedraal op. De bouw was in 1925 voltooid en de kerk vormde sindsdien het spirituele middelpunt van de katholieke Japanse minderheid die woonde in de wijk Urakami. De bom ontplofte bijna recht boven dit district en trof de hier levende grootste christelijke gemeenschap van Japan hard.

Vijfentachtighonderd van de twaalfduizend katholieken in Nagasaki kwamen direct tijdens de aanval om het leven. In totaal stierven vierenzeventigduizend inwoners van Nagasaki vĆ³Ć³r het einde van 1945 aan de gevolgen van de explosie. Wanneer het aantal slachtoffers wordt meegeteld dat nadien stierf als gevolg van brandwonden, ander letsel en straling, komt het totaal uit op meer dan honderdnegentigduizend.

St. Maria Kathedraal in Nagasaki, 7 januari 1946
St. Maria Kathedraal in Nagasaki, 7 januari 1946
In De martelaar en de rode kimono spelen het katholicisme in Japan en de atoombomaanval op Nagasaki een belangrijke rol. Van schrijfster Naoko Abe verscheen eerder Sakura, over de Britse botanicus Collingwood Ingram die in de jaren dertig een hier uitgestorven sierkersenboom, de taihaku, herintroduceerde in Japan. Kersenbloesems werden in het keizerrijk al vanouds gewaardeerd om hun schoonheid en ze speelden een belangrijke rol in de Japanse kunst en cultuur. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog was de tijdelijke bloesempracht het symbool van de opoffering van jonge militairen in de oorlog.

In haar nieuwe boek, dat vanuit het Engels in het Nederlands werd vertaald door Fred Hendriks, komen de Japanse kers en zijn bloesems ā€“ beide sakura genoemd ā€“ opnieuw voor, maar hier als symbool van vrede en verbroedering. Een van de drie hoofdpersonen is de Japanse kersenkweker Masatoshi Asari (1931) die na de oorlog jonge kersenboompjes verzond naar verschillende landen als symbool van goede wil en vrede tussen de volkeren. Tientallen kwamen aan in het communistische Polen, waar ze onder andere geplant werden in de tuin van NiepokalanĆ³w, het in 1927 door de franciscaner monnik Maximiliaan Maria Kolbe (1894-1941) gestichte klooster nabij Warschau.

Drie levens

Het levensverhaal van Kolbe, die in 1982 heilig werd verklaard, vormt de rode draad in het boek. De schrijfster verbindt zijn levensgeschiedenis met die van Masatoshi Asari en Tomei Ozaki. Beide Japanners zetten zich na de oorlog in voor menselijkheid en rechtvaardigheid en lieten zich daarbij inspireren door Kolbe. Ozaki overleefde de atoombomaanval op Nagasaki. De helse tocht die hij kort na de aanval door de verwoeste stad maakte, op zoek naar een levensteken van zijn moeder, wordt door Abe aangrijpend beschreven. Nadat hij de hoop had opgegeven dat zijn moeder het bombardement had overleefd ā€“ haar huis bevond zich op vijfhonderd meter van het epicentrum van de inslag ā€“ klopte hij op de deur van het katholieke klooster nabij de stad. Dat bevond zich op een berghelling ten oosten van Nagasaki en was het bombardement ongeschonden doorgekomen. De jongeman werd opgenomen binnen de religieuze gemeenschap en zou de rest van zijn leven monnik blijven. In die tijd raakte hij gefascineerd door de oprichter van het klooster, Maximiliaan Kolbe.

Basiliek van het NiepokalanĆ³w-klooster
Basiliek van het NiepokalanĆ³w-klooster (CC BY-SA 3.0 – Fczarnowski – wiki)

Kolbe werd geboren in 1894 in een stadje nabij Lodz. Hij werd katholiek opgevoed en koos al op jonge leeftijd voor een leven in het teken van God. In 1917 richtte hij de Militia Immaculatae op (MI, de Militie van de Onbevlekte), een rooms-katholieke organisatie die wereldwijd het katholicisme zou gaan verspreiden, onder meer door middel van drukwerk. Na eerder het klooster nabij Warschau te hebben opgericht, emigreerde hij in 1930 naar Nagasaki om ook daar een kloostergenootschap te beginnen. In het land van de rijzende zon leefden al eeuwenlang christenen van Japanse afkomst, die echter lange tijd hun geloof slechts ondergronds konden belijden.

Franciscus Xaverius
Franciscus Xaverius
De basis werd ongeveer halverwege de zestiende eeuw gelegd door de Spaanse jezuĆÆeten-missionaris Franciscus Xaverius. De lokale heersers van het van de rest van de wereld geĆÆsoleerde land stonden wantrouwend ten opzichte van het westerse geloof. In 1597 werden zevenentwintig christenen in opdracht van samoeraileider Hideyoshi Toyotomi gemarteld en in Nagasaki aan het kruis genageld. Er vonden in de daarop volgende eeuwen nog meerdere razziaā€™s en vervolgingen plaats totdat het christendom in 1873 werd gelegaliseerd.

De geschiedenis van de ā€˜verborgen christenenā€™ en missionaris Xaverius inspireerden Kolbe. Voordat hij met enkele andere broeders naar Japan reisde, was hem aangeraden zijn baard te laten staan, ā€œomdat mannen met lange baarden in de OriĆ«nt als heiligen worden gezienā€. Abe beschrijft Kolbe als een onbuigzame kloosterleider die van zijn medebroeders dezelfde ascetische instelling verwachtte als die hij zelf had. ā€œWerk en gebed kwamen eerst, er was geen tijd voor ontspanningā€, schrijft ze. Zelfs als het snikheet was, mochten de broeders hun habijt niet uittrekken en in de winter was een kop thee het enige waarmee ze zich konden warmen.

Net als in Polen wijdden de monniken van de MI zich in Japan aan het uitbrengen van religieuze publicaties. Veel inwoners van Nagasaki stonden niet open voor bekering en vonden de monniken maar ā€œrare snuiters uit een andere wereld die niets van de Japanse cultuur begrepenā€. Toch werd een door Kolbe en zijn broeders uitgegeven tijdschrift in heel Japan gelezen en groeide de kloostergemeenschap in de vooroorlogse jaren uit van drie naar twintig personen.

Terug naar Polen

Maximiliaan Kolbe in 1939
Maximiliaan Kolbe in 1939
Abe schrijft dat Kolbe eigenlijk in Japan had willen blijven en sterven, maar in 1936 werd teruggeroepen naar Polen om de leiding van NiepokalanĆ³w weer op zich te nemen. Hij deed dit met goede moed en veranderde van de onbuigzame, intolerante geestelijk leider in een verdraagzamer persoon die zich liet leiden door naastenliefde. Een priester herinnerde zich hoe Kolbe te midden van zijn novices in zijn klooster leek op ā€œeen moederkip omringd door haar kuikensā€.

Ons hoofddoel is de bekering en loutering van zielen, en ze via de Immaculata te winnen door liefde ā€“ liefde voor alle zielen, ook die van Joden, vrijmetselaars, ketters en alle niet-gelovigen…

…zo schreef Kolbe in een brief in juli 1935, toen hij nog in Nagasaki was. In de succesvolle krant van MI, Het Kleine Dagblad, werd echter vaak een haatdragender boodschap verkondigd, onder andere gericht tegen Joden. Volgens Abe liet Kolbe het ā€œna voldoende redactionele sturing te geven om de toon van Het Kleine Dagblad te matigenā€. De onbuigzame houding ten opzichte van andersdenkenden karakteriseerde echter het gehele katholicisme in het Interbellum, waarvan de krant niet afweek.

Auschwitz

Eind 1938 was NiepokalanĆ³w volgens de schrijfster uitgegroeid tot ā€œeen van de grootste en meest gezaghebbende religieuze gemeenschappen ter wereldā€. VĆ³Ć³r het uitbreken van de oorlog verspreidde het klooster bijna zestig miljoen tijdschriften per jaar, wat Kolbe had doen overwegen om een vliegveld aan te leggen om de logistiek te verbeteren. Voorafgaand aan de Duitse invasie van Polen werd in de publicaties kritisch verslag gedaan van het nationaalsocialisme en zijn aanvoerder Adolf Hitler. Het duurde echter nog tot 17 februari 1941 voordat Kolbe als Pools-katholieke patriot door de Gestapo werd gearresteerd om ten slotte in concentratiekamp Auschwitz gevangengezet te worden. Hier bracht hij zijn motto ā€œVergeet de liefde nooitā€ tot uiting door zijn voedsel af te staan aan medegevangenen en hen de biecht af te nemen en steunend toe te spreken. Abe citeert een medegevangene van Kolbe die het volgende over hem verklaarde:

Hij liet ons zien dat onze ziel niet dood was, dat onze waardigheid als katholiek en Pool niet vernietigd was.

Kaars in de dodencel van Maximiliaan Kolbe in Auschwitz. Een geschenk van paus Johannes Paulus II
Kaars in de dodencel van Maximiliaan Kolbe in Auschwitz. Een geschenk van paus Johannes Paulus II
Toen de SS eind juli 1941 als represaille voor de ontsnapping van ongeveer zeshonderd gevangenen tien mannen aanwees om te sterven, nam Kolbe vrijwillig de plek in van een Poolse vader van twee kinderen. De gevangenen werden opgesloten en moesten van de honger sterven, maar Kolbe en drie anderen waren halverwege augustus nog steeds in leven en werden vervolgens vermoord door middel van een dodelijke injectie. De Japanse broeder Tomei Ozaki bezocht Polen na de oorlog tien keer om onderzoek te doen naar zijn ā€˜goeroeā€™. In de cel waarin de geestelijke op 14 augustus 1941 werd vermoord, beweerde hij de stem van Kolbe gehoord te hebben die hem zei: ā€œJe moet leven. God is altijd met je.ā€ De overlevende van de atoombomaanval vertelde de schrijfster dat hij in deze uithongeringscel eindelijk ā€œde ware betekenis van pater Kolbes dadenā€ begreep.

Hij gaf ons de hoop dat mensen het nog steeds waard zijn om in te geloven en dat het leven het nog steeds waard is om te leven, hoe zwaar de omstandigheden ook zijn.

Vredesboodschap

Terwijl Ozaki de nagedachtenis aan Kolbe levend hield door het schrijven van twee boeken over hem, verzond Masatoshi Asari kersenbomen over de wereld, daartoe eveneens geĆÆnspireerd door de Poolse heilige. Naoko Abe weet in De martelaar en de rode kimono deze drie inspirerende levens op voortreffelijke wijze met elkaar te verbinden, mede aan de hand van de gesprekken die ze met de twee Japanners voerde.

De martelaar en de rode kimono
 
Daarnaast haalt ze verschillende andere personen aan, onder wie de katholieke kapelaan George B. Zabelka, die zijn zegen uitsprak over ā€˜Fat Manā€™, de atoombom die boven Nagasaki werd afgeworpen. Na de oorlog ontwikkelde de Amerikaan zich tot een uitgesproken tegenstander van atoomwapens. Verder geeft de schrijfster veel historische achtergrondinformatie, zoals over de christelijke gemeenschap in Japan en de Japanse oorlogsvoering. Op het einde van haar boek beschrijft Abe haar bezoek aan Polen in 2023, waar ze op zoek ging naar de kersenbomen van Asari en oog in oog stond met een beeld van Maria in een rode kimono. Ze komt er tot een aangrijpende bespiegeling over de oorlog in buurland OekraĆÆne, waarmee ze de kern raakt van de vredesboodschap die haar drie hoofdpersonen, van wie Kolbe onder de zwaarste omstandigheden, hebben uitgedragen.

Kevin Prenger (1980) is verbonden aan TracesOfWar.nl. Zijn aandacht gaat uit naar de geschiedenis van de Holocaust en nazi-Duitsland. In 2015 verscheen zijn boek Oorlogszone Zoo, over de Berlijnse dierentuin tijdens de naziperiode. Verschillende boeken over de Tweede Wereldoorlog volgden: De boodschapper uit de hel, Een rechter in Auschwitz, Het masker van de massamoordenaar, Kerstmis onder vuur, Kolberg, Meer dan alleen Auschwitz, In de schaduw van Schindler en Van kinderwieg tot soldatengraf, over onderwijs en indoctrinatie van de jeugd in Hitlers Duitsland. Zie ook website of X-account.

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 54.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×