Machnaqa – je spreekt de /q/ in het Libanees niet uit – is een klein dorp op de westelijke hellingen van het Libanongebergte, halverwege de aloude heilige stad Byblos en de bronnen van de Adonisrivier bij Afqa. Pelgrims die de rivier volgden, passeerden Machnaqa. Er staat nog altijd een oud altaar, waarbij u eigenlijk moet denken aan een lage toren. Zie boven. Altaren als deze stonden vaak op bergtoppen en dat is ook hier het geval. De vakterm is “high place of worship”.
Zoals andere cultusplaatsen was ook Machnaqa omgeven door een grote, rechthoekige omheining (de “temenos”, om nog een jargonterm te gebruiken). We weten niet welke godheid hier vereerd is geweest, maar de grote omvang van de omheining suggereert dat er veel bezoekers konden zijn. Dat suggereert een zekere populariteit. Adonis is een plausibele kandidaat, want die werd zowel in Byblos als Afqa vereerd en de naam Machnaqa betekent zoiets als “plaats van rouw”, wat past bij de mythe over de gestorven en herlevende godheid.
Zo’n honderd meter ten noorden van het altaar zijn enkele rotsgraven en twee reliëfs. Op elk daarvan is middenin een persoon in een nis afgebeeld, met aan weerszijde kleinere figuren. De compositie suggereert dat de figuren in de nis goden zijn, mogelijk Adonis en een treurende Dame van Byblos, met aan weerszijden vereerders. Meer hierover in het filmpje.
Er is in Machnaqa ook ietwat saai maar eeuwenoud kerkje. De verering van de ene herlevende godheid is dus in de Late Oudheid naadloos overgegaan in de verering van de andere herlevende godheid. Om nog een laatste jargonterm te gebruiken: er is sprake van “continuïteit van cultus”.
Door de moeilijke voedselsituatie in Libanon heeft de beheerder het terrein rond het altaar in gebruik genomen als moestuin. Ik snap het best. Maar bij mijn laatste bezoek miste ik de talloze bloemen die ik er bij eerdere bezoeken had gezien.
Historicus, webmaster van Livius.org en docent bij Livius Onderwijs. Hij publiceerde verschillende boeken. Zie ook: mainzerbeobachter.com en grondslagen.net