Dark
Light

Iraniër redde Joden tijdens Tweede Wereldoorlog

3 minuten leestijd

Abdol-Hossein Sardari – Foto: Raoul Wallenberg Foundation
Circa 2.000 Iraanse Joden in Frankrijk zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Iraanse diplomaat Abdol-Hossein Sardari gered van de nazi’s. Dat beschrijft de in Iran geboren Amerikaanse professor Fariborz Mokhtari in zijn recent verschenen boek In the Lion’s Shadow, zo meldt BBC News.

Abdol-Hossein Sardari werd geboren in 1895 als lid van de Kadjaren-dynastie, die van 1794 tot 1925 heerste in Iran en zeven sjahs voortbracht. Hij behaalde in 1936 een graad in de rechten aan de Universiteit van Genève. In 1940, na de Duitse invasie van Frankrijk,



volgde hij zijn schoonbroer op als hoofd van de diplomatieke missie van Iran in Parijs.

Reddingswerk

Formeel was Iran neutraal bij het aanbreken van de oorlog, maar er was een intensieve handelsrelatie met Duitsland. De nazi’s beschouwden Iran als een Arische natie en de Iraniërs als een aan de Duitsers verwant ras. Iraanse Joden in Parijs waren echter niet veilig voor vervolging door de Gestapo. Ze werden gedwongen een Jodenster op hun kleding te dragen en hun raciale identiteit werd vastgelegd in hun identiteitsbewijs.

Sardari, zelf een moslim, hielp waarschijnlijk meer dan 2.000 Iraanse Joden in Frankrijk om te ontsnappen aan de rassenwaanzin van de nazi’s. Hij voorzag hen van de benodigde Iraanse paspoorten en reisdocumenten om uit bezet Europa weg te kunnen. Terwijl met medewerking van de Franse autoriteiten zo’n 80.000 Joden uit Frankrijk gedeporteerd werden, waarvan slechts zo’n 2.000 overleefden, wist een groot aantal Iraanse Joden de oorlog te overleven dankzij Sardari.

Het humanitaire werk van Sardari werd bemoeilijk toen het Verenigd Koninkrijk en de Sovjet-Unie in september 1941 Iran bezetten om de olievelden te kunnen controleren en om militaire transporten naar de Sovjet-Unie over het Iraanse grondgebied mogelijk te maken. In 1942 tekenden de Iraanse overheden een verdrag met de geallieerden. Iran was niet langer neutraal en Sardari werd bevolen spoedig naar Teheran terug te keren. Dat weigerde hij en ondanks dat hij niet langer diplomatiek onschendbaar was, zette hij zijn reddingswerk voort met eigen financiële middelen.

Familie Senahi

Eén van de Iraanse Joden die hun leven danken aan Sardari is Eliane Senahi Cohanim. Ze was zeven jaar oud toen ze met haar familie vluchtte uit Frankrijk. Haar vader was een welvarende textielondernemer die met zijn gezin woonde in Montmorency, een gemeente ongeveer 25 kilometer ten noorden van Parijs. De familie maakte onderdeel uit van een hechte gemeenschap van Iraanse Joden in en om de Franse hoofdstad.

Na de Duitse invasie probeerde de familie Senahi te vluchten naar Teheran. Ze verstopten zich kortstondig op het Franse platteland, maar werden gedwongen terug te keren naar Parijs. Om te ontkomen aan vervolging besloot meneer Senahi, net als andere leden van de Iraans-Joodse gemeenschap, de hulp in te roepen van Sardari.

De jonge diplomaat voorzag de familie van paspoorten en de benodigde reisdocumenten. Dankzij zijn hulp wisten de Senahi’s bezet Europa te ontvluchten en de oorlog te overleven. Eliane trouwde met de bankier Nasser Cohanin en woonde de afgelopen 30 jaar in Californië. Ze is zich heel goed bewust dat zij haar leven dankt aan Sardari. “Ik denk dat hij was zoals Schindler”, zo vergelijkt ze hem met de Duitse industrieel die circa 1.000 Joden redde van vervolging door nazi-Duitsland.

Bekeerde moslims

In the Lion’s Shadow: The Iranian Schindler and his Homeland in the Second World War

Sardari hield de Duitse autoriteiten voor dat de Iraanse Joden niet bloedverwant waren aan de Europese Joden. Hij beweerde dat hun voorouders oorspronkelijk moslims waren die zich bekeerd hadden tot het joodse geloof, “Djuguten” genoemd. Duitse rassenexperts in Berlijn wisten hun exacte afkomst niet vast te stellen en riepen op tot nader onderzoek. Fariborz Mokhtari suggereert in zijn boek dat de afkomst van de Iraanse Joden een gewiekst verzinsel was van Sardari. Adolf Eichmann, de SS-officier die verantwoordelijk was voor de deportaties van de Europese Joden, beschouwde Sardari’s argumenten ter bescherming van de Iraanse Joden in Frankrijk als “de gebruikelijke Joodse trucs en camouflagepogingen”.

Onbekende held

Na de oorlog zocht Sardari geen publiciteit voor zijn reddingswerk tijdens de oorlog. In 1952 werd er een aanklacht tegen hem ingediend voor wangedrag en fraude in relatie tot de paspoorten die hij tijdens de oorlog uitgevaardigd had. Hij wist in 1955 zijn naam te zuiveren en zette zijn diplomatie carrière voort. In Londen ging hij met pensioen. Na de Iraanse revolutie van 1978 verloor hij al zijn bezittingen en zijn ambassadeurspensioen. In 1981 stierf hij een stille dood in een kamer in Zuid-Londen.

In 2004 werd Sardari postuum geëerd voor het redden van Joden gedurende een ceremonie in het Simon Wiesenthal Centre in Los Angeles. In 2011 verscheen het boek van Fariborz Mokhtari over de stille held. Tegenwoordig wordt Iran geleid door een president die de Holocaust openlijk ontkent. De auteur spreekt echter de hoop uit dat zijn boek “populaire misvattingen” over Iran en de Iraniërs kan beteugelen. Hij gelooft dat het verhaal de “algemene culturele bereidheid van Iraniërs om tolerant te zijn” illustreert, die in het huidige politieke klimaat vaak genegeerd wordt.

Tekst: STIWOT
Bronbericht: BBC

×