Dark
Light

Napoleons veteranen: ‘La garde meurt et ne se rend pas!’

Ooggetuigen van Waterloo
3 minuten leestijd
Op 18 juni 2015 is het 200 jaar geleden dat de Slag bij Waterloo plaatsvond. Deze slag bepaalde het lot van Europa en betekende het definitieve einde van Napoleons keizerrijk. Mede daarom spreekt de Slag van Waterloo nog steeds tot de verbeelding. Boekenkasten zijn er over volgeschreven en tot op de dag van vandaag spelen re-enactors de slag elk jaar weer na in een groots spektakel. Het grootste schilderij van het Rijksmuseum verbeeldt die Slag bij Waterloo. De schilder Jan Willem Pieneman heeft een cruciaal moment in de strijd vastgelegd: de Engelse bevelhebber Wellington hoort dat Pruisische hulp onderweg is en weet dat de overwinning nu nabij is. De Nederlandse kroonprins, de latere koning Willem II, ligt gewond op een brancard. Zijn moedige optreden bezorgde hem de bijnaam ‘de Held van Waterloo’. Rondom dit imposante schilderij brengt het Rijksmuseum in de zomer van 2015 verschillende oud-strijders bijeen. Ze zijn vastgelegd op het schildersdoek, op oude foto’s en zelfs in opgezette vorm aanwezig. Het paard van de Prins van Oranje, Wexy, is dankzij het Koninklijk Huisarchief in het museum te zien, als de ooggetuige van Waterloo bij uitstek! Een serie van 6 artikelen besteedt aandacht aan enkele ‘Waterloo-objecten’ en hun geschiedenis.


Napoleons veteranen: ‘La garde meurt et ne se rend pas!’

Deze foto in sepia behoort tot een serie van vijftien exemplaren uit de Anne S.K. Brown militaire collectie. Afgebeeld zijn napoleontische oud-strijders op hoge leeftijd. Voor zover bekend zijn het de enige bewaarde foto’s van Franse militairen van het Eerste Keizerrijk in hun oorspronkelijke kostuum.

Hier voorgesteld is veteraan Manbarr. Hij nam in het achtste regiment van dragonders deel aan de campagnes in 1815. Afgezien van een (onvolledige) naam en rang in het leger is er over de mannen weinig bekend. Het is echter aannemelijk dat een aantal onder hen in de Slag bij Waterloo heeft gevochten, aangezien de meeste geportretteerde oud-strijders in 1815 actief waren tijdens napoleontische oorlogen. De foto’s zijn in een studio gemaakt met op de achtergrond een vlakke muur en een oosters vloerkleed. Manbarr is een van de weinige militairen die zittend poseerde. Wellicht was het gezien zijn ouderdom en lichamelijke staat moeilijk voor hem om lang te staan.

Foto van Franse oud-strijder Manbarr, ca. 1857-1858 (The Anne S. K. Brown Military Collection)
Foto van Franse oud-strijder Manbarr, ca. 1857-1858 (The Anne S. K. Brown Military Collection)

In de Franse herinnering ging de strijd bij Waterloo de geschiedenis in als een glorieuze nederlaag. De mythe verspreidde zich dat het Franse leger zich, ondanks de vernedering van het debacle, tot het bittere einde had verzet. Heroïsche scènes uit de strijd gaven kleur aan de napoleontische legende. Zo spreekt het slotoffensief – Napoleon die samen met de keizerlijke garde naar de Nederlands-Britse positie marcheerde – tot de verbeelding. De vermeende uitroep van de Franse generaal Pierre Jacques Étienne Cambronne die zich weigerde over te geven toen de slag al lang verloren was, groeide uit tot het embleem van Franse heldenmoed:

‘La garde meurt et ne se rend pas!’ (De Garde sterft en geeft zich niet over!)

Waarschijnlijk dateren de foto’s van een feestelijke ceremonie in 1857 of 1858 naar aanleiding van de uitreiking van de Sint-Helena medailles. De militaire eretekens zijn duidelijk zichtbaar op de uniformen van de geportretteerde militairen. Napoleon III had de medaille op 12 augustus 1857 ingesteld als eerbetoon aan de napoleontische oud-strijders. Het ereteken toont een beeltenis van Napoleon op de voorzijde en de woorden ‘Campagnes de 1792 à 1815. À ses compagnons de gloire, sa dernière pensée, 5 mai 1821’ op de keerzijde.

Mogelijk zijn de foto’s op 5 mei 1858 gemaakt in een studio in Parijs. Ieder jaar op 5 mei begaven de oud-strijders zich, in hun oude uniformen getooid, naar de Franse hoofdstad ter gelegenheid van de verjaardag van Napoleon Bonapartes dood. Bij de tombe van Napoleon in de kapel van Hôtel des Invalides woonden de militairen een begrafenisplechtigheid bij in aanwezigheid van Napoleons broer, prins Jérôme-Napoleon Bonaparte. Daarnaast bezochten ze jaarlijks de colonne die in 1810 ter herinnering aan de campagne in Austerlitz was opgericht op de Place Vendôme. De militairen zagen het als hun plicht om respect te betuigen aan de voormalige keizer. Nadat ze kransen met strobloemen bij het ijzerwerk van het monument hadden gelegd, verzamelden ze in een nabijgelegen wijnhuis om oorlogsherinneringen op te halen.

Jolien Gijbels studeerde Geschiedenis aan de KU Leuven en Erfgoedstudies aan de Universiteit van Amsterdam. In 2014 liep ze zes maanden stage bij de afdeling Geschiedenis van het Rijksmuseum, waar ze heeft meegewerkt aan een tentoonstellingsproject over de Slag bij Waterloo. Sinds september 2015 is Jolien wetenschappelijk medewerker en praktijkassistent bij de onderzoeksgroep Cultuurgeschiedenis vanaf 1750 aan de KU Leuven.

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 51.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
×