Als historicus en biograaf was het vorige week smullen geblazen. Eerst wordt bekend dat koning Willem-Alexander per 1 januari 2024 de openbaarheidstermijn van de private archieven van het Koninklijk Huis verruimt tot 6 september 1948.
Hierdoor wordt het nu mogelijk de gehele regeerperiode van koningin Wilhelmina vanaf 1898 tot de inhuldiging van haar dochter koningin Juliana, te onderzoeken. Aangezien ik al enkele jaren werk aan een biografie van oud-minister van Buitenlandse Zaken en Minister van Staat mr. E.N. van Kleffens, die in de oorlogsjaren en daarna een vertrouweling en adviseur was van koningin Wilhelmina, prins Bernhard en prinses Juliana, sloeg dit nieuws bij mij in als een bom. Ik beschik over uniek archiefmateriaal over de Oranjes dat nog nooit is beschreven en dat ik nu vanaf 1 januari kan verifiëren en aanvullen met bronnenmateriaal uit het Koninklijk Huisarchief dat voorheen gesloten was.
Daags erna duikt de originele lidmaatschapskaart van prins Bernhard van de NSDAP, de Duitse nazipartij van Adolf Hitler, ineens op. Historicus en oud-directeur van het Koninklijk Huisarchief Flip Maarschalkerweerd, beschrijft in een voetnoot van zijn nieuwe boek De achterblijvers, over het hof in de oorlogsjaren na de vlucht van koningin Wilhelmina, dat hij het origineel van lidmaatschapskaart heeft aangetroffen in het privéarchief van prins Bernhard op paleis Soestdijk.
Tot aan zijn dood eind 2004 heeft de prins altijd bij hoog en bij laag ontkend dat hij ooit partijlid was geweest. Terstond ontstond enorme ophef: het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) eiste meteen dat de regering een onderzoek moest instellen naar het oorlogsverleden van prins Bernhard, het Prins Bernhard Cultuurfonds zei onaangenaam verrast te zijn en denkt na over een naamswijziging, parlementariërs van D66, Groen Links-PvdA, SP en PvdD vroegen via Kamervragen om een onderzoek naar het NSDAP-verleden van Bernhard en demissionair premier Mark Rutte en de Rijksvoorlichtingsdienst wilden in eerste instantie niet reageren. In praatprogramma’s werd ’s avonds op alle tv-netten gesproken over lidmaatschapskaart 2583009.
Maar is al die ophef terecht? Als historicus en monarchiekenner vind ik het geweldig dat het origineel is opgedoken en de vindplaats is uitermate pikant. Maar tegelijkertijd gaat het hier om oud nieuws. In 1996 kwamen de historici Gerard Aalders en Coen Hilbrink met de primeur dat zij voor hun boek De affaire-Sanders in een Amerikaans archief een fotokopie van Bernhards NSDAPlidmaatschapskaart hadden aangetroffen, inclusief correspondentie over stopzetting van zijn lidmaatschap in 1936. In dat jaar verloofde de prins zich met prinses Juliana. In 2010 kwam Annejet van der Zijl in haar proefschrift Bernhard, een verborgen geschiedenis met het nieuws dat de prins ook lid was geweest van de Deutsche Studentschaft, een nationaalsocialistische studentenvereniging.
Speciale context
Genoemde publicaties zijn natuurlijk van waarde geweest. Wat mij echter altijd heeft gestoord is dat de auteurs zo weinig aandacht hadden voor de speciale context waarin de jonge prins Bernhard verkeerde. Na de nederlaag in de Eerste Wereldoorlog was het Duitse keizerrijk van de kaart verdwenen. Dat gold ook voor verschillende vorstendommen. Bernhards familie had veel geld en landgoederen verloren. De jaren 1920 waren een chaotische tijd in Duitsland, met name in de eerste helft van dat decennium. In 1929 brak wereldwijd een enorme economische crisis uit die ook grote gevolgen had voor Duitsland op politiek, economisch en sociaal vlak.
In de jaren dertig treedt de jonge Bernhard toe tot enkele nationaalsocialistische organisaties om redenen van (denk ik) opportuniteit. De NSDAP bood jonge Duitsers carrièrekansen in de zeer moeilijke economische omstandigheden. Velen traden toe. Maar dat gebeurde ook in andere landen. Zelfs in een totaal ander land als de Sovjet-Unie leverde een lidmaatschap van de communistische partij voordelen en privileges op. Ergens las ik dat twee derde van de inwoners van de Sovjet-Unie lid is geweest van de communistische jongerenorganisatie Komsomol. Zouden dat allemaal overtuigde nazi’s of communisten zijn geweest? Ongetwijfeld waren velen dat. Maar er waren ook veel opportunisten en ik vermoed dat de jonge Bernhard tot die categorie behoorde.
De prins leert vervolgens prinses Juliana kennen en hij vraagt om beëindiging van het partijlidmaatschap. Historicus Dik van der Meulen heeft dat in 2023 heel mooi beschreven in zijn biografie Bernhards oorlog. Hij schrijft ook dat er aanwijzingen zijn dat Bernhard contact hield met bepaalde gemotoriseerde eenheden van de SS en de SA, maar hij voegt daaraan geen nieuwe inzichten toe.
De ophef in de Nederlandse media ging om vragen als: wisten de regering en het hof van het NSDAP-lidmaatschap van de jonge Duitse verloofde van Juliana. Ik denk dat koningin Wilhelmina vooral erg gelukkig was met Bernhard. De speurtocht naar een geschikte huwelijkskandidaat voor Juliana was al enige tijd gaande. Een aantal jonge prinsen uit verschillende Europese vorstenhuizen was al de revue gepasseerd en er was nu eindelijk iemand gevonden. Bernhards antecedenten zijn door medewerkers van Buitenlandse Zaken onderzocht. Na de huwelijkssluiting zou Bernhard zich uitstekend kwijten van zijn belangrijke taak om voor nageslacht te zorgen, waardoor de continuïteit van de Nederlandse monarchie was verzekerd.
Wist Wilhelmina van het Bernhards NSDAP-lidmaatschap? Geen idee, ik vermoed van niet. Haar moeder prinses Emma en haar echtgenoot prins Hendrik waren in 1934 overleden, waarmee zij het erg moeilijk had. Emma en Hendrik waren beiden van Duitse afkomst en er waren veel Duitse familieleden. Ik wil benadrukken dat Duitsland op dat moment nog steeds een bevriende natie was. De Tweede Wereldoorlog brak pas uit in 1939 en de verschrikkelijke slachtpartijen en Holocaust hadden nog niet plaatsgevonden.
In de Nederlandse relatie met Duitsland zou op 10 mei 1940 een fundamentele wijziging optreden toen de nazi’s ons land binnenvielen. Wilhelmina’s positie vóór de inval, toen de Nederlandse constitutie nog normaal werkte en men nog zekere égards voor de bevriende Duitse regering aan de dag moest leggen, was geheel anders dan erna. De koningin kon zich veel meer laten gaan, en ze probeerde, bij het ontbreken van de Staten-Generaal, zoveel mogelijk aan te sluiten bij wat zij dacht wat bij het Nederlandse volk leefde. Wilhelmina’s fameuze uitroep ‘Wie op het juiste ogenblik handelt, slaat den nazi op de kop!’ van 24 juni 1941 voor Radio Oranje had in de realiteit van de tweede helft van de jaren dertig ongetwijfeld tot een ministeriële crisis geleid omdat zij dan een andere lijn had getrokken dan het kabinet.
Onaangename passages
Wisten de adviseurs en raadgevers van Bernhards lidmaatschap? Ik twijfel. Op basis van wat ik heb gelezen over de jaren van de Londense ballingschap denk ik dat we ons niet teveel moeten voorstellen van de kwaliteit van Wilhelmina’s adviseurs. En de hofhouding? Daar heerste vooral een stijve sfeer en het vormde volgens Wilhelmina-biograaf Cees Fasseur een uiterst conservatief milieu. Ik ben benieuwd wat Maarschalkerweerd in zijn nieuwe boek schrijft over het hof dat achterbleef in Nederland na Wilhelmina’s vlucht in mei 1940.
Wist het oorlogskabinet van prins Bernhards NSDAP-lidmaatschap? Het antwoord daarop is ja. In de door mij geannoteerde oorlogsdagboeken van minister van Buitenlandse Zaken Van Kleffens, die in 2019 onder de titel Majesteit, U kent het werkelijke leven niet zijn uitgegeven, noteert Van Kleffens op 11 augustus 1944 dat hij bezoek had gehad van minister-president Pieter Sjoerds Gerbrandy. Gerbrandy meldde dat de Rijksvoorlichtingsdienst had zitten slapen en een nieuw boek over koningin Wilhelmina had laten passeren zonder op te merken dat daarin een aantal onaangename passages betreffende de prins stonden. Het ging om het boek Queen Wilhelmina. Mother of the Netherlands van Philip Paneth, waarin op p.52-53 valt te lezen:
‘[Prince Bernhard] came from an impoverished family of minor German nobility. He had a modest post in a German firm in Holland; the fact that he and his brother Prince Aschwin were members of the Nazi Party and its elite group, the N.S.K.K. (Nazi Motor Corps) did not fill the Dutch people with undiluted happiness (…) However, Prince Bernhard soon became immensely popular in Holland. He severed his connections with the Nazis, gave up German and acquired Dutch nationality.’
In de Londense dagboeken van O.C.A. van Lidth de Jeude, die in 2001 door Albert Kersten zijn uitgebracht, noemt de toenmalige minister van Oorlog het boekwerk van Paneth al op 9 augustus 1944. Het oorlogskabinet was dus al vanaf augustus 1944 op de hoogte van het NSDAP-lidmaatschap van prins Bernhard.
Met mij vragen velen zich ook af waarom de prins zijn lidmaatschapskaart heeft bewaard. Ik heb geen idee en kan alleen speculeren op basis van wat ik heb aangetroffen in de archieven. Ik vermoed dat het vooral te maken heeft met een gevoel van onaantastbaarheid die de prins in Londen en de jaren daarna tentoonspreidde, die misschien samenhangt met narcistische persoonlijkheidskenmerken. Daarvoor heb ik aanwijzingen gevonden. Maar of dat klopt moet verder onderzocht worden.
Onafhankelijk historisch onderzoek
Zoals gezegd beschik ik door mijn archiefonderzoek over materiaal over de Oranjes dat nog nooit is beschreven en dat zal terugkeren in de Van Kleffens-biografie waarvan de werktitel luidt Zoon van Friesland, man van de wereld. Door het besluit van koning Willem-Alexander wordt het per 1 januari 2024 mogelijk deze nieuwe informatie en ook een aantal theorieën die ik heb, te verifiëren en aan te vullen met stukken uit het Koninklijk Huisarchief. De koning, die zelf historicus is, hecht grote waarde aan onafhankelijk historisch onderzoek, ook met betrekking tot de rol en positie van het Huis van Oranje in de Nederlandse geschiedenis. Desgevraagd sprak de koning afgelopen donderdag.
‘We moeten het verleden onder ogen zien, ook de minder mooie gedeeltes.’
Hulde aan Zijne Majesteit.