In zijn woonplaats Hamburg overleed dinsdag 10 november 2015 oud-bondskanselier van West-Duitsland Helmut Schmidt. Hij was de vijfde naoorlogse regeringsleider van de Bondsrepubliek, van 1974 tot 1982. Schmidt was een fervent roker, en kreeg zelfs voor elkaar dat hij kort voor zijn overlijden, bij wijze van uitzondering, tijdens een tv-interview mocht roken.
Helmut Schmidt was een van de belangrijkste architecten van Europese integratie van zijn tijd. Hij werd slechts enkele weken na het einde van de Eerste Wereldoorlog geboren in Hamburg, in een tijd dat de Duitsers hun uiteindelijke nederlaag tegen de Fransen, waar Schmidt als bondskanselier een bijzondere band mee zou opbouwen, en hun bondgenoten moesten slikken, de keizer het land ontvluchtte, revolutie in de lucht hing, en een enorme economische crisis niet lang op zich zou laten wachten.
Als jongetje zag Helmut Schmidt de nationaalsocialisten steeds sterker worden. Hij was veertien jaar oud toen de zeer anti-Franse Adolf Hitler de macht greep. Net zoals vele jongeren in die tijd werd Helmut lid van de Hitlerjugend, waar zijn leiderschapskwaliteiten zich manifesteerden toen hij Scharführer van een afdeling werd. In 1936, ruim voor de bloeddorst van de nazi’s zich echt openbaarde, werd hij uit de Hitlerjugend gezet wegens ideeën die niet bij het nazisme pasten. In de jaren ’80 werd dan ook bekend dat zijn biologische vader een Duitse jood was geweest, en dat Helmut voor zijn veiligheid door een andere man was geadopteerd.
Ondanks zijn ontslag uit de Hitlerjugend diende Schmidt, wederom net als veel land- en tijdgenoten, bij de Wehrmacht. Hij begon bij een luchtafweergeschuteenheid bij Bremen, en diende later kort aan het Oostfront, bij Leningrad, en in het westen, waar hij bij de artillerie zat. Hij werd door de Britten gevangen genomen in april 1945, en was krijgsgevangene tot augustus.
Tijdens de oorlog had Schmidt een keer in de hoedanigheid van functionaris bij de Luftwaffe de processen van de beruchte nazirechter Roland Freisler bijgewoond, die de naziwetten met verve overeind hield en rechter, jury en aanklager ineen was. Schmidt was geschokt door de onrechtvaardige gang van zaken in de rechtbank van Freisler. De slechte oorlogservaringen, en de ernstige misdragingen van de nazi’s maakten dat Schmidt zich na de oorlog inzette voor de wederopbouw van een nieuw, democratisch en vrij Duitsland.
Een nieuw Duitsland
Schmidt werd in 1946 lid van de sociaaldemocratische SPD, die na de val van het nazisme weer legaal was geworden. Hij werd in 1953 lid van de Bondsdag, en ontpopte zich als een politicus met een goed oog voor economische zaken. De economische wederopbouw van de BRD, zo vurig gewenst in binnen- en buitenland, was de belangrijkste motor voor de rehabilitatie van Duitsland. Het zogenaamde Wirtschaftswunder, de wonderbaarlijke economische herrijzenis van Duitsland na de oorlog, werd voortgezet onder het ministerschap van Schmidt in de vroege jaren ‘70, van Economische Zaken en van Financiën.
Schmidt, die als klein kind de ontberingen van de crisis van de jaren ’20 en ’30 had gezien, en tijdens de Tweede Wereldoorlog de destructieve kracht van het militarisme, nationalisme en xenofobie, was een van de vertolkers van de nieuwe Europese gedachte: de oude vijanden, met name Frankrijk en Duitsland, moesten, om in de toekomst grote oorlogen te voorkomen, samenwerken en zich aan elkaar committeren. De economie was daar zeer geschikt voor.
De Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal was de eerste stap, en daarna volgde de Europese Economische Gemeenschap. Helmut Schmidt, die bondskanselier werd omdat Willy Brandt moest aftreden toen een medewerker in zijn staf voor de DDR bleek te werken, wilde de Europese integratie en internationale samenwerking in zijn algemeenheid nog een stap verder brengen, en dat deed hij uiteraard samen met zijn Franse evenknie, president Valéry Giscard d’Estaing. Beiden spraken vloeiend Engels, wat hun gesprekken een gelijkwaardigheid en een internationaal karakter gaf.
Frans-Duitse as
Samen met Giscard zette hij bijvoorbeeld de economische topconferenties op die tegenwoordig de G7 heten, waarin de regeringsleiders van de grootste economieën bij elkaar komen om economische crises het hoofd te bieden, zoals die zich ook begin jaren ’70 voordeed. Verder was hij een van de initiatiefnemers van de voorloper van de OVSE, en van de Helsinki-akkoorden van 1975, waarvan de ondertekenaars zich aan mensenrechten committeerden.
Het behouden van de vrede en samenwerking was het einddoel van zijn economische politiek. Via zijn persoonlijke vriendschap met de Franse president gaf hij daarmee het goede voorbeeld, en zette hij de toon voor de persoonlijke Frans-Duitse as die we sinds de jaren ’70 steeds hebben gezien tussen regeringsleiders van beide landen.
Een verdere stap in Europese integratie werd op zijn initiatief genomen in de jaren ’80, toen de Europese Gemeenschap besloot tot het oprichten van de Europese Centrale Bank, die uiteindelijk in 1998 in Frankfurt een feit werd, en de Europese Monetaire Unie (EMU), het proces van financiële en monetaire samenwerking tussen de lidstaten van wat in 1992 de Europese Unie is gaan heten. De EMU voorzag in de komst van een gedeelde munt, waartoe in 1992 definitief werd besloten, en die tien jaar later daadwerkelijk werd ingevoerd.
Europese integratie
Zijn binnenlandse economisch beleid, gekenmerkt door soberheid en bezuinigingen, zorgde in de jaren ’70 voor een herstel van de Duitse economie. Het is daarom frappant hoezeer de zwakke politieke en monetaire basis van de euro voor zoveel onrust en instabiliteit in Europa heeft gezorgd.
Schmidt was zelf een voorstander van nog veel verdergaande Europese integratie, om die zwakte op te vangen, maar hij kende eveneens als geen ander de oude angsten en grieven van de Europese landen, die deze integratie heel moeilijk zouden maken, ook ten opzichte van een Duitse dominante rol. Om die reden was zijn vriendschap met Giscard d’Estaing zo symbolisch: de oude vijanden waren vrienden geworden.
Schmidt hoopte dat hij de 100 niet zou halen, omdat de hoogbejaardheid hem niet al te zeer beviel, en dat is gelukt. De honderdduizenden mentholsigaretten die hij rookte hebben dat uiteindelijk weten te voorkomen. Als echte Europeaan wist Schmidt trouwens ook hoe de bemoeizucht van de EU te omzeilen: hij vreesde een algeheel EU-verbod op mentholsigaretten, en had voor de zekerheid een voorraad van maar liefst 38.000 sigaretten aangelegd. Een gewaarschuwd mens telt voor twee, dat somt het leven van Schmidt op.