De van oorsprong Hongaarse schrijfster Agota Kristóf is woensdag op 75-jarige leeftijd overleden.
Agota Kristóf werd in 1935 in Hongarije geboren. Nadat de Russische militairen in 1956 een einde hadden gemaakt aan de Hongaarse opstand, ontvluchtte ze haar land. Ze woonde sindsdien in het Zwitserse Neuchatel.
Kristóf debuteerde in 1986 als schrijfster met het boek Het dikke schrift. Dit boek gaat over een naamloze tweeling die probeert te overleven in een land dat door de Tweede Wereldoorlog is verwoest. Om zich te handhaven in een ‘verminkte wereld die mensen wreed en egoïstisch heeft gemaakt’ besluiten de jongens een harnas van gevoelloosheid aan te trekken. De twee jongens doen net zo lang oefeningen in doofheid, blindheid en wreedheid tot ze op niemand meer rekenen en in staat zijn alle mogelijke emotionele en fysieke pijnen te verdragen. Over hun belevenissen schrijven ze in Het dikke schrift.
Agota Kristóf’s Het dikke schrift werd bekroond met de Prix Européen en verscheen in meer dan zeventien landen. In totaal schreef Kristóf 23 romans in het Frans. Daarvan werden er negen gepubliceerd. Ze overleed woensdag in haar woonplaats Neuchatel.