Dark
Light

Propaganda en censuur in de Sovjet-Unie (1917-1991)

Auteur:
8 minuten leestijd
Grote afbeelding van Lenin in toenmalig Leningrad (Sint-Petersburg), 1970
Grote afbeelding van Lenin in toenmalig Leningrad (Sint-Petersburg), 1970 (CC BY-SA 3.0 - FOTO:Fortepan - wiki)

Tijdens de Russische Oktoberrevolutie van 1917 grepen de bolsjewieken, onder leiding van Lenin, de macht in de Sovjet-Unie. De bolsjewieken waren ontevreden met de in februari 1917 aangestelde Tijdelijke Regering die geen oplossing bood voor de aanhoudende armoede. Zij probeerden om zo veel mogelijk sympathisanten voor het communisme te verenigen en schakelden in minder dan twee jaar tijd alle anti-communistische kranten uit. Dit begon op 24 oktober 1917 toen de Russische krant Pravda in beslag werd genomen en revolutionaire schrijfsels ging drukken.

De volgende dag stelde Lenin voor dat alle anti-communistische kranten gesloten dienden te worden en vervangen door communistische pers. Het Decreet over de Pers werd uitgevaardigd op 27 oktober en maakte van het uitbannen van anti-communistische pers officieel beleid. De hoofdgedachte hierachter was dat de revolutie slechts gewonnen kon worden wanneer kranten volgzaam waren aan de bolsjewieken. Vanaf maart 1919 waren dan ook alle grote kranten in handen van de Communistische Partij van de Sovjet-Unie (CPSU). Journalisten waren instrumenten van de staat.

Lenin

Aanvankelijk zou de controle op de pers worden afgeschaft na afloop van de Russische Revolutie. Lenin werd in 1920 door partijgenoot Gavril Myasikov aangesproken op de belofte die hij gedaan had om beperkingen op de pers op te heffen. Lenin maakte zijn belofte echter niet waar en schafte persrestricties dus niet af. Hij voorspelde dat persvrijheid de ondergang van de Sovjet-Unie zou betekenen. Vanaf nu gold zeventig jaar actief beleid die de bevolking door en door indoctrineerde.

In alle vormen van berichtgeving werd de grootsheid en goedheid van het communisme en het succes van de revolutie benadrukt. Hierbij was het Russische volk vrijwel volledig geïsoleerd van de buitenwereld. Internationale reizen werden niet of nauwelijks gemaakt en buitenlandse media die een inkijkje kon geven in de westerse wereld was er niet. De bevolking kon zich hierdoor niet spiegelen aan andere samenlevingen en zich daardoor niet realiseren dat het ook beter of anders kon.

Het beheersen van alle informatiestromen was een erg omvangrijke en tijdrovende taak. Om de regering te verlichten van de censuur- en propaganda-activiteiten werd op 6 juni 1922 Glavlit opgericht, het ‘Hoofddirectoraat voor de bescherming van militaire en staatsgeheimen in de pers’. Glavlit stond onder direct bevel van de Communistische Partij. De staat wilde voorkomen dat het volk in opstand kwam vanwege onder meer de extreme armoede op het platteland, de hiermee gepaarde hongersnoden en algehele schaarste van producten en de genocide op de Oekraïense bevolking in 1933-34 (ook wel bekend als Holodomor). Glavlit diende het moraal van de bevolking hoog te houden en hen onwetend te houden over misstanden in de samenleving.

Censuur en propaganda

De termen censuur en propaganda zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Censuur is de infrastructuur waarin propaganda wordt verspreid. Wanneer burgers van informatiebronnen zoals kranten, radiostations en televisienetwerken worden afgesloten en de inhoud wordt bepaald door een overheid is er sprake van censuur. Propaganda gaat over de inhoud van het nieuws of welke ander soort informatie dan ook. Propaganda wordt altijd met een politiek doel verspreid; in veel gevallen om sympathie voor het regime te creëren en te behouden. In dat geval wordt de inhoud van het nieuws voorgeschreven door een regeringsleider die wil voorkomen dat nieuwsmedia geen kritiek op hem en het regime uit. Dit kan leiden tot ontevredenheid en opstanden. Censuur sluit de bevolking af van de buitenwereld en maakt de verspreiding van propaganda effectiever. Doeltreffende propaganda zorgt er op zijn beurt weer voor dat de bevolking in veel gevallen niet doorheeft dat de media bevooroordeeld is.

Propagandistische cartoon waarin Lenin alle monarchen, geestelijken en kapitalisten wegveegt. - Tekst in poster: Comrad Lenin verwijdert het vuil van de aarde.
Propagandistische cartoon waarin Lenin alle monarchen, geestelijken en kapitalisten wegveegt. – Tekst in poster: Comrad Lenin verwijdert het vuil van de aarde.
Vanuit Glavlit werden er lijsten opgesteld met onderwerpen waarover de pers of literatuur niet mocht schrijven. De partij-ideologie moest in alle vormen van communicatie doordringen tot het volk. Kranten toonden zich trouw aan het socialisme en tegelijkertijd werden de slechte aspecten van het vrije westen benadrukt. Burgers kregen verhalen over klassenverschillen voorgeschoteld die altijd opgelost konden worden door middel van socialisme.

In de loop van de jaren 1920 werd er soms kritiek geuit op Glavlit. Om te voorkomen dat Glavlit werd bespot werden er in 1925 regels ingevoerd die kritiek op censuur verbood. Daarnaast konden uitgevers of schrijvers sancties verwachten wanneer de werkwijze van de Glavlit werd blootgelegd. Dit werd duidelijk gemaakt met het volgende statement:

“Het is verboden om een artikel, mededeling of aankondiging te publiceren waarin de aandacht wordt gevestigd op het werk van instanties die verantwoordelijk zijn voor het controleren van materiaal voor en na publicatie.”

De CPSU sprak zelf nooit van censuur maar van ‘waarheidscontrole.’

Glavlit controleerde bij artikelen of boeken of deze de juiste politieke boodschappen overdroegen aan het volk. Iedere krant had een eigen kring van vaste censoren die dagelijks bepaalde of artikelen wel of niet gepubliceerd mochten worden. Medewerkers van het censuur-agentschap zetten stempels op artikelen die klaar waren voor publicatie.

Stalin

Toen de Sovjet-Unie zich ontwikkelde onder Stalins bewind (1928-1953) en onder meer de vijfjarenplannen werden geïntroduceerd ging de propagandamachine in een hogere versnelling. Zo werd onder meer de Sovjet-geschiedenis herschreven zodat Stalins rol in de revolutie van 1917 extra werd benadrukt. Ook werd het verboden om slecht nieuws te schrijven; verhalen over rampen, zelfmoorden, werkincidenten en zelfs berichten over slecht weer waren taboe. Stalin kreeg continu alle credits voor al het goede dat werd bereikt in het land.

Beelden van Lenin en Stalin in Chernomorski.
Beelden van Lenin en Stalin in Chernomorski (CC BY-SA 4.0 – Kinetic – wiki)
De CPSU nam bovendien mensen in dienst die effectief de bevolking konden beïnvloeden. Het belangrijkste principe van de door de Sovjet-Unie aangenomen journalisten was dan ook om te schrijven vanuit de partijgeest (Russisch partiinost) – zoals weergeven in het Sovjet-handboek voor journalisten. Deze mensen werden door Stalin ‘ingenieurs van de menselijke ziel’ genoemd. Stalin vond censuur zo belangrijk dat hij hierover in een speech in 1932 het volgende over zei:

“De productie van zielen is belangrijker dan de productie van tanks. En daarom hef ik mijn glas op u, schrijvers, de ingenieurs van de menselijke ziel.”

Een belangrijke taak van Sovjet-propaganda was niet alleen om de goedgelovige burger te misleiden maar ook door tegenstanders en critici te intimideren en uit te schakelen. Van de criticus werden verhalen of roddels verspreid die zijn of haar naam door het slijk haalde en diegene openbaar vernederde. Wanneer publiekelijke intimidatie niet leidde tot het zwijgen van de tegenstander schuwden de Sovjets niet om over te gaan tot opsluiting, kidnapping of executies, al dan niet in het openbaar.

Buitenlands bezoek aan de Sovjet-Unie

In 1930 bezocht professor Howard Woolsten van de Washington University de Sovjet-Unie. Hij werd direct geconfronteerd met overheidspropaganda. Zo zag hij op vele plaatsen standbeelden van Stalin, wapperden er rode vlaggen aan vrijwel ieder groot gebouw, waren overal posters te zien en lagen of hingen overal aankondigingen van overheidsprogramma’s. Bij het kopen van een (Engelstalige) krant bij een kiosk in Sint Petersburg viel het Woolsten op dat alleen officieel goedgekeurde kranten en bladen aan hem verkocht mochten worden. In een artikel merkt hij hierover op:

“The Moscow News, a publication in English for foreigners, is heavily impregnated with Bolshevist flavor.”

De verspreiding van kranten werd dan ook verzorgd door de Communistische Partij. Nieuwsberichten van journalisten en correspondenten mochten pas verschijnen in de kranten na toestemming van Glavlit. Kleine lokale kranten bevatten soms bijtende kritiek tegen het propagandaregime maar dergelijke berichtgeving moest kleinschalig en uit het oog van de autoriteiten blijven om sancties te voorkomen. Dissidenten en mensen met afwijkende meningen konden alleen stukken publiceren in de Samizdat; de Russische ondergrondse pers.

Uitgaven van Samizdat, de ondergrondse onofficiële pers van de Sovjet-Unie.
Uitgaven van Samizdat, de ondergrondse onofficiële pers van de Sovjet-Unie. (CC BY-SA 4.0 – Nkrita – wiki)

Een buitenlandcorrespondent vertelde Woolsten dat het hem soms lukte om over ‘onplezierige feiten’ te schrijven over de staat van de samenleving zolang deze waren omgeven met inhoud waarin de overheid werd geprezen.

Woolsten beschrijft dat zijn hotelkamer in Sint-Petersburg zicht had op een open plein waar van zes uur ’s ochtends tot elf uur ’s avonds de communistische doctrine via een luidspreker werd verspreid. Slechts in enkele gevallen werd de constante stroom aan gepraat onderbroken door een lied. Overheidsvriendelijke berichtgeving wist het moraal iets te verhogen (al was die doorgaans niet erg hoog) en inwoners af te leiden van de armoede en misère die zich afspeelde in het land. Woolsten en zijn reisgenoot wisselden van kamer om aan de propagandapraat te ontsnappen.

De periode na Stalin

Nadat Nikita Chroesjtsjov aan de macht kwam in 1953 kreeg de pers iets meer vrijheid en werden de mogelijkheden om kritisch te schrijven over het regime uitgebreid. Dit had onder meer te maken met het feit dat Chroesjtsjov de eerste Sovjet-leider was die afstand nam van de cultstatus van Lenin en Stalin. In de zogenaamde secret speech die hij in februari 1956 hield, verwierp hij onder meer Stalins terreur op de bevolking en de talloze martelingen en executies.

One Day in the Life of Ivan Denisovich - Aleksandr Solzhenitsyn
One Day in the Life of Ivan Denisovich – Aleksandr Solzhenitsyn
Voor het eerst verscheen er toen ook een boek waarin licht werd geworpen op de situatie in de werkkampen en de zogeheten goelags. Door het in 1962 verschenen boek Een dag uit het leven van Ivan Denisovitsj van Aleksandr Solzhenitsyn maakte de wereld kennis met het goelag-systeem. Dit werk gaf een inkijkje in het leven van krijgsgevangenen in de Sovjet-Unie in de vroege jaren 1950. Dit was het eerste officieel gepubliceerde boek waarin de terreur van Stalin werd blootgelegd en waarin de erbarmelijke leef- en werkomstandigheden in een kamp werden beschreven.

Desondanks waren alle media alsnog in handen van de CPSU en daardoor extreem vooringenomen. Op enkele uitzonderingen na werd het beleid van de heersende leiders nooit kritisch ondervraagd. Tegenstanders van het regime kregen in ieder geval geen spreektijd op de radio of verschenen niet als bron in nieuwsartikelen. Uitzonderingen waren in sommige gevallen kleine lokale kranten waar de CPSU weinig zicht op had of die niet als gevaarlijk werden beschouwd.

Onder Brezjnev (1964-1985) bleef het doel van de media het promoten van een socialistische leefstijl. Daarbij werd in deze periode van de Koude Oorlog veel informatie als staatsgeheim beschouwd waardoor de persen veelal zwegen over rampen of internationale conflicten. Ook producenten van films hadden te maken met de nodige obstakels om hun werk te tonen aan het publiek. De film Raspoetin die in 1975 klaar was om getoond te worden aan het publiek kreeg van Glavlit 169 suggesties voor veranderingen en verbeteringen voor het script. Vervolgens werd het script nog eens zes keer aangepast waarna de film pas in 1985 getoond mocht worden in de Sovjet-Unie.

Gorbatsjov en glasnost

Toen Gorbatsjov in april 1985 leider werd van de CPSU diende zich een gematigder communistisch beleid aan. Gorbatsjov introduceerde de concepten glasnost (openheid) en perestrojka (hervorming). Met name glasnost had invloed op de journalistiek doordat de pers niet slechts meer de functie had van spreekbuis van de staat. Journalisten, hoofdredacteuren en programmamakers kregen meer vrijheden in het publiceren van artikelen of maken van media waarvan zij dachten dat het interessant en belangrijk was voor de bevolking. Beperkingen op de inhoud werden minder vaak opgelegd. Tegelijkertijd kampte Glavlit in de periode 1986-1990 met budgetproblemen waardoor er minder inhoud gecensureerd kon worden.

Aan de vooravond van de val van het communisme werd in 1990 de partijcontrole op de media volledig afgeschaft. Hierdoor maakten miljoenen Russen voor het eerst kennis met westerse tv-programma’s. Journalisten konden tevens de ware stand van het land onthullen en een inkijkje bieden in de geschiedenis van hun land nadat vele Sovjet-archieven werden geopend. Sommige historici beweren dat deze nieuwe persvrijheden mede leidden tot de ondergang van de Sovjet-Unie, een jaar later.

~ Uko Pruis

Bronnen

-Arutunyan, A. (2009) The media in Russia. Maidenhead, England: Open University Press.
-Blium, A. V. (1998) “Forbidden Topics: Early Soviet Censorship Directives,” Book History, 1(1), pp. 268–282.
-Britannica, T. Editors of Encyclopaedia (2021, February 18). “Khrushchev’s secret speech.” Encyclopedia Britannica. https://www.britannica.com/event/Khrushchevs-secret-speech.
-Lane, D. S. (1992) Soviet society under perestroika. Completely rev. edn. London: Routledge.
-Woolston, H. (1932) “Propaganda in Soviet Russia,” American Journal of Sociology, 38(1), pp. 32–40.
-Zasurskiĭ Ivan (2016) Media and power in post-soviet russia. Taylor and Francis.
×