Museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam heeft een bijzonder vijftiende-eeuws drieluik aangekocht. Volgens het museum gaat het om de meest kostbare oude kunst aankoop die Boijmans sinds 1958 heeft gedaan.
Het middenpaneel van het drieluik toont met de balseming van de dode Christus een tafereel dat niet vaak is afgebeeld. Het werk is volgens internationale kunstexperts door een onbekende kunstenaar rond 1410 in Brugge geschilderd. Er bestaan nog slechts twintig à dertig schilderijen uit deze periode, die in de Nederlanden werden gemaakt. Boijmans van Beuningen:
Vergelijkingen met pre-Eyckiaanse tekeningen, miniaturen uit getijdenboeken en de manier waarop de zalving in beeld is gebracht, doet internationale kunstexperts echter niet twijfelen aan de herkomst van het werk. Het drieluik werd mogelijk in opdracht van een hospitaal gemaakt. De heilige Antonius werd bij ziekte aangeroepen en was de beschermheilige van veel ziekenhuizen.
Het schilderij is in goede staat, alleen de Christus in het beeld heeft geleden. Waarschijnlijk omdat hij doorlopend door gelovigen is aangeraakt.
Het drieluik maakte vorig jaar onderdeel uit van de Boijmans-tentoonstelling De weg naar Van Eyck. Het triptiek was door het museum ontdekt bij een Italiaanse verzamelaar tijdens voorbereidingen voor de verzameling.
Boijmans wist het middeleeuwse kunstwerk te kopen dankzij schenkingen en de hulp van verschillende fondsen. Hoeveel er precies voor het werk betaald is, is niet duidelijk. De Italiaanse verzamelaar die het werk verkocht legde zelf in 1996 ongeveer één miljoen euro neer voor het triptiek. Boijmans van Beuningen heeft meer moeten betalen, maar hoeveel is dus niet precies duidelijk. De Vereniging Rembrandt steunde de aankoop met zeshonderdduizend euro.