Vroedvrouwen zijn door historici in het verleden geregeld afgeschilderd als ongeschoolde vrouwen die zelfs bijdroegen aan de hoge kindersterfte in de vroegmoderne wereld. Vanwege deze link met kindersterfte trokken veel historici vanaf de achttiende eeuw de conclusie dat vroedvrouwen in de vroegmoderne tijd (1453-1789) vaak werden gezien als heksen.
In het Verenigd Koninkrijk verrichtte de Nieuw-Zeelandse kno-arts Harold Gillies (1882-1960) tijdens de Eerste Wereldoorlog baanbrekend werk op het gebied van gezichtsreconstructies bij zwaargewonde militairen. Een vriend noemde hem in een brief daarom de ‘Facemaker’.
De beroemde Italiaans psychiater Cesare Lombroso deed zijn leven lang onderzoek naar misdadigers en stelde dat criminelen gewoon op straat te herkennen waren, ook als ze op dat moment geen overtreding begingen. Misdadigers hadden volgens hem namelijk bepaalde lichamelijke kenmerken.
Een klaploper wordt niet erg hoog aangeslagen. Hij (of zij) teert op andermans zak en voert zelf niet zoveel uit. De klaploper is een echte uitvreter of pannelikker. Maar waar komt het ouderwetse scheldwoord klaploper, dat nog altijd wordt gebruikt, eigenlijk vandaan?
De hervormde predikant Cornelis E. van Koetsveld richtte in 1855 in Den Haag de Idiotenschool op, de eerste school voor speciaal onderwijs. Het motto van de school was: “Genezing door opvoeding…”.
In 1902 stichtten de Nederlanders de bestuurspost Merauke, min of meer als reactie op klachten van de Engelse koloniale buren over de sneltochten van de Marind, die zich ook uitstrekten tot in Brits Nieuw-Guinea. Niet lang daarna nam onder de Marind een geslachtsziekte epidemische vormen aan.
In 1803 ging een grootschalige vaccinatiecampagne van start. Vanuit Spanje vertrok een expeditie onder leiding van Francisco Javier de Balmis naar Spaans-Amerika en Azië om miljoenen mensen te vaccineren tegen de pokken.
Het gezegde ‘een appelflauwte krijgen’ horen en lezen we niet zo vaak meer in de Nederlandse taal. En dat is best jammer, want over de betekenis en de oorsprong van deze zegswijze valt best wel het een en ander te schrijven.
De komende maanden doen archeologen in Deventer onderzoek op de plek waar tussen 1345 en 1578 een leprozenhuis stond. Gehoopt wordt dat men meer inzicht krijgt in hoe het gasthuis er in de late middeleeuwen uitzag en hoe de mensen er leefden.
De spermabank spreekt tot de verbeelding. Zeker de pioniersjaren ervan, waarin er geen regels waren en artsen deden wat ze wilden. Toch weet bijna niemand hoe het er vroeger aan toeging, want donorinseminatie gebeurde in het grootste geheim.