Dark
Light

De geboorte van Tsjecho-Slowakije

7 minuten leestijd
Tsjecho-Slowaakse onafhankelijkheidsverklaring - Praag, 18 oktober 1918
Tsjecho-Slowaakse onafhankelijkheidsverklaring - Praag, 18 oktober 1918 (Publiek Domein - wiki)

In februari 1918, negen maanden voor het einde van de Eerste Wereldoorlog, legt president Wilson van de Verenigde Staten zijn Veertien Punten op tafel waarin hij pleit voor een nieuwe wereldorde. Een maand later gaat hij akkoord met de ontmanteling van het Oostenrijkse keizerrijk ofwel de Oostenrijkse-Hongaarse Dubbelmonarchie. Tsjechische en Slowaakse nationalisten hebben allang genoeg van het keizerlijk regime, grijpen hun kans en proclameren de republiek.

De onafhankelijkheidsverklaring

Wapen van Tsjecho-Slowakije
Wapen van Tsjecho-Slowakije
Op 18 oktober 1918, een paar weken voordat de Wapenstilstand van Villa Giusti in Padua het lot bezegelt van Oostenrijkse-Hongaarse Dubbelmonarchie, roept de top drie van de nationalistische Tsjecho-Slowaakse beweging, bestaande uit Tomáš Masaryk, Edvard Beneš en Milan Rastislav Štefánik, de Tsjecho-Slowaakse republiek uit. De nieuwe republiek bestaat zowel politiek als geografisch uit drie delen. Ten eerste dat van Bohemen-Moravië-Silezië ofwel het land van de kroon van Wenceslaus de Heilige. Rond 900 is Wenceslaus hertog van Bohemen en vanwege de geslaagde aanslag op zijn leven in 929 wordt hij vanaf dat moment vereerd als martelaar. Tweede onderdeel is Slowakije dat meer dan duizend jaar deel heeft uitgemaakt van Hongarije en tenslotte, als derde onderdeel, is er Roethenië, dat bestaat uit districten in noordoost Hongarije, bewoond door de Oost-Slavische Roethenen.

Masaryk wordt president van de nieuwe republiek. Met zijn onafhankelijkheidsverklaring verwijst hij nadrukkelijk naar die van de Amerikanen uit 1776 en naar de idealen van Wilson. Maar bovenal refereren de woorden van Masaryk aan het bestaan van de natie, de natie van Comenius, de grote theoloog en pedagoog uit Moravië, die zijn volk voor zijn overlijden in 1670 een testament naliet dat eindigt met de woorden

‘Leef, o natie toegewijd aan God, en sterf niet! Moge uw volkeren talloos zijn!’

Na een succesvol optreden van zijn leiders tijdens de vredesbesprekingen in Parijs, wordt met het verdrag van Saint-Germain tussen de geallieerden en de Oostenrijkers Tsjecho-Slowakije erkend als zelfstandige staat. Dit verdrag gaat formeel in op 16 juli 1920.

Wetgeving

Tomáš Masaryk
Tomáš Masaryk (CC BY-SA 3.0 – Josef JindÅ™ich Å echtl – wiki)
Het is ondenkbaar dat er na de geweldloze revolutie normale verkiezingen gehouden kunnen worden. Een groot aantal mannen bevindt zich nog buiten de grenzen en kan geen stem uitbrengen. Daarom worden zo eerlijk mogelijk zetels toegewezen aan de vijf aanwezige politieke partijen, te weten de Sociaal Democratische Partij, de Nationaal Democraten, de Agrariërs, de Nationaal Socialisten en de Klerikalen. Onvermijdelijk is het ontbreken van vertegenwoordigers van de Duitssprekenden en Magyaren in het land, die voorheen de wetgeving voortdurend hebben gefrustreerd door hun afwezigheid in het parlement en nog altijd hoop hebben op aansluiting bij respectievelijk Oostenrijk (de rompstaat van het keizerrijk dat na het uiteenvallen ervan is overgebleven en Duits-Oostenrijk wordt genoemd) en Hongarije. Wetgevende arbeid door Tsjechen en Slowaken vindt zonder deze minderheden voortgang in de wetenschap dat tegen de tijd dat de Duitsers en Magyaren ontwaken uit hun dromen, zij geconfronteerd worden met harde feiten.

Feiten, resultaten van wetgevende arbeid die er zijn mogen. Om te beginnen wordt een nieuw muntstelsel ingevoerd, een maatregel die het land behoedt voor een financiële chaos en tegelijkertijd de buitenwereld laat zien dat Tsjecho-Slowakije een stabiele en betrouwbare partner kan zijn voor het westen. Ook worden eind 1918 wetten aangenomen die voorzien in een achturige werkdag, een werkloosheidsverzekering en huurbescherming. In 1919 volgt een ziektekostenverzekering en wordt een begin gemaakt met de landhervorming. Die is hard nodig want ongeveer 35 procent van het land van Bohemen en Moravië is in handen van grootgrondbezitters. Daarmee krijgt de staat het recht om alle landerijen omvangrijker dan 150 hectare te onteigenen en te herverdelen onder de landloze boeren. Ook zien onderwijshervormingen het licht. Er worden tal van instituten voor beroepsonderwijs gesticht naar voorbeeld van de in Duitsland bestaande Bürgerschulen. De Slowaken krijgen voor het eerst in hun bestaan een universiteit en wel in hun hoofdstad Bratislava: de Comeniusuniversiteit en de Tsjechen stichten in Brno eveneens een universiteit die zij vernoemen naar hun leider Masaryk.

Als het gaat om geletterdheid zijn er grote verschillen in de nieuwe republiek. Bohemen kent al sinds 1869 verplicht basisonderwijs, ooit ingevoerd door de Oostenrijkers en er zijn weinig ongeletterden. Dit in tegenstelling tot Slowakije en Roethenië die altijd onder de Magyaarse plak hebben gezeten en verwaarloosd zijn.

Vlastimil Tusar
Vlastimil Tusar (Publiek Domein – wiki)
Gedurende het jaar 1919 neemt in Tsjecho-Slowakije de betekenis van het socialisme toe en na verkiezingen wordt dan ook de sociaaldemocraat en journalist Vlastimil Tusar benoemd tot premier. Hij begint direct met invoering van noodzakelijke sociale hervormingen. Maar het belangrijkste voor hem is de totstandkoming in februari 1920 van de constitutie. Met het aannemen van deze grondwet plaatst Tsjecho-Slowakije zich op hetzelfde niveau als de meest progressieve staten van West-Europa zoals Nederland en België. In deze grondwet is de ambtstermijn van de president vastgesteld op zeven jaar en hij kan één keer herkozen worden. Voor Masaryk wordt een uitzondering gemaakt, hij blijft aan tot 1935.

Het staatshoofd beschikt over veel bevoegdheden waaronder het tekenen van internationale verdragen, het benoemen of ontslaan van ministers en het aanstellen van rechters, hoge ambtenaren en hoogleraren. Ook is hij hoogste bevelhebber van het leger en mag hij kabinetszittingen bijwonen. Niettemin begint de constitutie begint met de zin ‘het volk is de enige bron van alle macht in de Tsjecho-Slowaakse Republiek’ en gedurende zijn ambtstermijn van zeventien jaar heeft Masaryk daar nooit aan getornd. Hij is ook nooit zijn bevoegdheden te buiten gegaan om de presidentiële macht te vergroten. Sterker nog, door zijn optreden in het zowel politiek als geografisch zeer heterogene land blijft hij zijn democratische principes steeds trouw en weet hij de republiek het stempel te bezorgen van een toonbeeld van stabiliteit in het roerige Europa.

Slowakije

Als tegen het eind van de Eerste Wereldoorlog het Hongaarse gezag over Slowakije afbrokkelt, belandt Slowakije in een bestuurlijk vacuüm. De Tsjecho-Slowaakse republiek mag dan zijn uitgeroepen, maar Slowakije is nog niet de facto in handen van de nieuwe regeerders. Langzaam maar zeker weten Slowaakse milities het land te veroveren op de Hongaren, maar het duurt nog tot begin januari 1919 voordat zij Bratislava binnentrekken. Vanaf dat moment is Bratislava de hoofdstad van Slowakije, dat onder de paraplu van de Tsjecho-Slowaakse regering in Praag een decentraal bestuur krijgt.

Slowakije heeft echter zwaar te lijden onder het bestuurlijke vacuüm dat de verdwenen Hongaarse ambtenaren hebben veroorzaakt. Dat moet worden opgevuld door Tsjechische deskundigen, want op dat moment beschikt Slowakije over niet meer dan een handjevol burgers met een redelijk opleidingsniveau. Oorzaak daarvan is de eeuwige afkeer der Hongaren van het tot bloei laten komen van een Slowaakse intelligentsia. De plotselinge instroom van Tsjechen is uit nood geboren en onvermijdelijk, maar het steekt de Slowaken dat niet zij, maar de in hun ogen nieuwe bezetters op belangrijke posten worden benoemd.

In de wetenschap dat het kersverse Slowaakse regime nog wankel is, proberen de Hongaren met geweld hun positie in Slowakije te herstellen en vallen het land binnen op 20 mei 1919. De overwinnaars van de Eerste Wereldoorlog, bijeen in Parijs voor het vredesoverleg, sturen de dan nog aan de macht zijnde communistische leider van Hongarije, Béla Kun, een stevige waarschuwing om zich onmiddellijk terug te trekken. Niet lang erna maken de Roemen een eind aan het bewind van Kun en krijgt Slowakije rust. Met het sluiten van het vredesverdrag van Trianon in juni 1920 tussen de geallieerden en Hongarije wordt de zuidgrens van Slowakije vastgesteld.

Ondertekening van het verdrag van Saint-Germain
Ondertekening van het verdrag van Saint-Germain (Publiek Domein – wiki)

Roethenië

Dan zijn er nog de Roethenen in het noordoosten van Hongarije die een van hun verwanten in Oekraïne geïsoleerd bestaan lijden, gescheiden van elkaar door ruige bergketens. De Hongaren hebben nooit een vinger naar deze volksstam uitgestoken en het ontwikkelingsniveau van de Roethenen is dan ook zeer laag. Velen van hen zijn geëmigreerd, onder meer naar de Verenigde Staten, en van daaruit laten zij zich horen. Op een congres te Scranton (Pennsylvania) in december 1918 bediscussiëren de emigranten de mogelijke toekomst van Roethenië en bedenken zich dat aansluiting bij Tsjecho-Slowakije de beste optie is. Intussen zitten de Roethenen in hun thuisland niet stil en komen tot eenzelfde conclusie, een zelfstandig Roethenië lijkt een onmogelijkheid.

Edvard Beneš
Edvard BeneÅ¡ (Publiek Domein – wiki)
De formele eenwording van Roethenië met het buurland wordt beklonken met het vredesverdrag van Saint-Germain en door opname van dit besluit in het Tsjecho-Slowaakse constitutionele statuut van 1920. De bekwame Slowaakse leider Edvard Beneš speelt daarin een belangrijke rol en tijdens de vredesonderhandelingen in Parijs kaart hij daar ook bij de vredestichters het probleem aan van de Duitse minderheden in Tsjecho-Slowakije. In oktober 1918 verklaart de Duits-Boheemse minderheid dat de gebieden waar zij wonen onderdeel uitmaken van de uit de Dubbelmonarchie gecreëerde rompstaat Duits-Oostenrijk. Zij noemen dit Duits-Bohemen. Maar de Tsjecho-Slowaakse regering in Praag wil daar niets van weten en ook de Oostenrijkers zitten er niet op te wachten. Geografisch is het ook onzinnig om de vier geïsoleerd liggende Duitse enclaves in het oude rijk van Wenceslaus te verenigen met hun Duitse-Oostenrijkse broeders. De in de enclaves gevormde regeringen worden begin maart door Tsjechische troepen aan de kant geschoven en aan Duitssprekende burgers van Tsjecho-Slowakije wordt een verbod opgelegd om deel te nemen aan de verkiezingen van het nieuwe Oostenrijkse parlement. Dit alles nadat in Parijs besloten is niet te tornen aan de wensen van de Slowaken en de oude grens van Bohemen met Duitsland te handhaven. Ook dit krijgt zijn beslag in het verdrag van Saint-Germain.

Boek: A History of Czechoslovakia Between the Wars

Bronnen â–¼

-Bron: Steton-Watson, R.W., A History of the Chechs and Slovaks, Hutchinson & Co., London, 1943

Willem Peeters (1944) is redacteur van de website Casa Cultural waarop naast de complete geschiedenis van Spanje en biografieën van prominente Spaanse politici, artikelen te vinden zijn over tal van andere landen en onderwerpen. Zijn speciale aandacht gaat uit naar Amsterdam. Niet alleen schrijft hij over de historie van de hoofdstad, maar ook heeft hij fotoseries gemaakt waarin afbeeldingen van vroeger uit de Beeldbank van de stad gekoppeld zijn aan hedendaagse foto's (Amsterdam toen en nu). Regelmatig verzorgt hij lezingen in samenwerking met Station-West, een culturele hotspot in het centrum van Amsterdam.

Gerelateerde rubrieken:

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 51.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:

Gratis nieuwsbrief

Meld u aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief (51.365 actieve abonnees)


Mede dankzij onze donateurs zijn al onze artikelen gratis te lezen. Op Historiek vindt u dus geen PREMIUM artikelen of 'slotjes'.

Steun ons ook

×