Kapitein Uilke Barends is ruim twee jaar onderweg met de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), als in 1794 de terugreis naar Nederland wordt ingezet. De vloot komt aan in Kaap de Goede Hoop, alles verloopt volgens plan. Barends kijkt er naar uit weer thuis te arriveren. Wat hij niet weet, is dat zijn Mentor behoort tot de laatste VOC-vloot. De Nederlanders zullen het slachtoffer worden van een slinkse list van de Engelsen.
Collectie Fries Scheepvaartmuseum, Sneek
De Britten bereiden hun plan voor bij Sint Helena, een klein eiland in het zuiden van de Atlantische Oceaan, op ongeveer drie weken zeilen vanaf Kaap de Goede Hoop. We kennen het eiland anno 2017 vooral als de plek waar Napoleon Bonaparte naartoe werd verbannen en waar hij overleed – maar die geschiedenis was nog toekomst in 1795. Het eiland, sinds 1673 bestuurd door de Britten, fungeert als belangrijk verversingsstation voor alle schepen die tussen Europa en Aziรซ varen. Op hun lange reis โ die gerust negen maanden kan duren โ zijn plekken waar voedsel en schoon water kunnen worden verkregen van levensbelang. Naast Sint-Helena waren bijvoorbeeld ook Kaap de Goede Hoop en de Kaapverdische eilanden belangrijke โtussenstopsโ.
Een volgeladen vloot
Bij Sint Helena arriveert half juni een deel van de grote VOC-vloot, die in mei 1795 bij Kaap de Goede Hoop is vertrokken met Nederland als eindbestemming. Na jaren van economische misรจre heeft de VOC grote verwachtingen van de opbrengst van de lading die deze zeventien schepen aan boord hebben. Commissaris Generaal Sebastiaan Nederburgh rekent op minstens 10 miljoen gulden, het equivalent van zoโn 70,5 miljoen euro vandaag de dag, die de noodlijdende VOC uit het financiรซle dal moet halen.
De Mentor van Uilke Barends is een van de VOC-schepen in de vloot, varend onder de kamer Zeeland. In april 1793 waren zijn schip en manschappen bij Fort Rammekens bij Vlissingen vertrokken, en na een reis van zes maanden duurde hun verblijf in Aziรซ ook nog eens meer dan een jaar. Op 22 november 1794 vertrok de Mentor dan eindelijk voor de thuisreis uit Batavia, volgeladen met koffie, peper, foelie, nootmuskaat en Chinees porselein. Barends en zijn bemanning bleven ruim twee maanden bij Kaap de Goede Hoop, voor ze op 21 mei 1795 eindelijk konden vertrekken.
De Mentor kiest op die dag samen met de zestien andere VOC-schepen het ruime sop richting Sint Helena. Maar het loopt niet zoals gepland… In de loop van de dag draait de wind nadelig en wordt de vloot uit elkaar gedreven. Kapitein Cornelius de Jong van Rodenburgh van het oorlogsschip Scipio vertelt:
โtegen de avond, nog vรณรณr de schepen de Falsbaai uit waren, draaide de wind naar zuidoost. Eerst met een labberkoelte, daarna met een stijve koelte en de zee schoot enigszins aan.โ
Barends besluit daarop terug te keren en beter weer af te wachten. Wat hij dan nog niet weet, is dat dit besluit verstrekkende gevolgen heeft.
Opeens klinkt een kanonschot
De Mentor is niet het enige schip dat terugkeert. Ook acht andere VOC-schepen kiezen voor veiligheid. De overige schepen uit de vloot varen wรฉl verder, samen met de oorlogsschepen Scipio en Comet die hen beschermen. Die bescherming ontberen de negen rijk beladen VOC-schepen, wanneer die na drie dagen alsnog richting Sint Helena vertrekken. Maar bescherming blijkt geen overbodige luxe…
Een deel van de VOC-vloot arriveert begin juni bij Sint Helena, waaronder de Mentor. Eigenlijk kan je van een โvlootโ niet eens echt spreken: de negen schepen zijn grotendeels bij elkaar gebleven, maar รฉรฉn van hen, de Houghly, had de wind beter in de zeilen en was al op 10 juni bij het eiland aangekomen. Een andere Oost-Indiรซvaarder, de Makassar, liep wat langzamer en zou pas op 3 juli 1795 aankomen. De overige zeven krijgen op 13 juni โs avonds het eiland in zicht. De schepen overnachten er en zeilen de volgende ochtend richting James Town op Sint Helena.
Vol goede moed varen de schepen naar het eiland en zien enkele Engelse schepen tegemoet komen. Als teken van vriendschap hebben de Engelsen de Nederlandse vlag gehesen. Pas als de schepen elkaar dicht genaderd zijn, tonen de Britten hun ware bedoeling en vuren ze opeens hun kanonnen af. Niemand aan Nederlandse zijde begrijpt, wat er aan de hand is. Kapitein Barends en zijn collega-kapiteins proberen in de verwarring die volgt, weg te komen, maar de schepen zijn te zwaar beladen om te kunnen vluchten. Het schip Alblasserdam geeft als eerste op, hulpeloos tegen het Engelse schip General Goddard dat langszij komt. De andere schepen volgenโฆ en de kaping van de VOC-vloot is een feit.
Het perspectief van de winnaar
Voor Nederland was de kaping van de VOC-vloot in 1795 een groot verlies. De vloot bleek de laatste te zijn, die ooit voor de VOC uit zou varen. De compagnie had geen enkele financiรซle reserve om het verlies op te vangen en ging ten onder. Voor de Britten was de kaping daarentegen een enorme overwinning. Het leverde ze veel geld op en het verdwijnen van de VOC betekende een versterking van de positie van de EIC.
Wat als het verhaal van de kaping van de VOC-vloot door Britten wordt verteld? Dan is het verhaal heel anders. In de tentoonstelling โHow we ditched the Dutch: De kaping van de laatste VOC-vlootโ vertellen de gouverneur van Sint Helena, kapiteins van enkele van de Engelse schepen รฉn de schilder Thomas Luny hun verhaal. Een juichend perspectief van de overwinnaars, die trots terugkijken.

Dat blijkt ook uit het schilderij, dat schilder Thomas Luny in 1797 maakte in opdracht van kapitein Money. Het draagt de veelzeggende titel โA View of the H.C. Ship General Goddard, Captain W.T. Money, passing along the Enemy’s Line to bring the Dutch Commodore to, at Sun-rise in the Morning of the 14th of June 1795โ. Money is duidelijk trots op zijn optreden tijdens de kaping, en daarom liet hij zijn schip รฉn de zeven Nederlandse VOC-schepen op doek vereeuwigen. Barends had waarschijnlijk het liefst gezien dat die hele kaping vergeten zou worden.
De vergeten kaping
De kaping is in geen enkele geschiedenisboek terug te vinden; wel zijn er enkele wetenschappelijke studies naar het einde van de VOC. Is dat vreemd? Misschien niet. Grote gebeurtenissen worden namelijk breed uitgemeten door de overwinnaars, het liefst zelfs een beetje aangedikt om het nog mooier te maken. De verliezers zijn stil en besteden weinig aandacht aan wat er gebeurd is. Dat deden de Nederlanders in dit geval ook.
Het verlies van de schepen bij Sint Helena kreeg minimale aandacht in de pers in 1795. Er werd met geen woord gerept over het lot van de honderden opvarenden. Nu, bijna 225 jaar na dato, wordt die stilte verbroken in de tentoonstelling โHow we ditched the Dutch: De kaping van de laatste VOC-vlootโ in het Maritiem Museum Rotterdam. Daar vertellen zes Nederlandse รฉn zes Engelse getuigen van de kaping hun verhaal.
~ Irene B. Jacobs
Conservator Maritiem Museum Rotterdam
โHow we ditched the Dutch: De kaping van de laatste VOC-vlootโ is t/m 3 juni 2018 te in het Maritiem Museum Rotterdam. Meer informatie: www.maritiemmuseum.nl
Overzicht van Boeken over maritieme geschiedenis