Moeder Sigbrit
Ergens aan het eind van de vijftiende eeuw was Sigbrit Willemsdochter waarschijnlijk een van de vele Amsterdammers die zakendeden op het Oostzeegebied. Eerst met haar man, Nicolaas, na zijn dood op eigen houtje. Met haar jonge dochter Duveke, ‘Duifje’, was ze later naar Bergen in Noorwegen verhuisd, waar ze een herberg was begonnen en bovendien bier en wijn verkocht op de markt. Daar, op de markt, trok de beeldschone Duveke de aandacht van de adviseur van de Deense kroonprins Christiaan, Erik Valkendorf. Ze was toen nog geen twintig. Prins Christiaan was regent van Noorwegen en zetelde in Oslo, maar toen hij in 1507 op bezoek was in Bergen nodigde hij Duveke en haar moeder op aanraden van Valkendorf uit voor een bal. Na een paar dansen was de 26-jarige prins helemaal in de ban van Duveke. Zij betrok met haar moeder een huis in Oslo dat Christiaan speciaal voor haar had laten bouwen, niet ver van zijn kasteel Akershus. Een stenen huis zelfs.
Toen Christiaan in 1513 koning van Denemarken en Noorwegen werd – als Christiaan II – verhuisden Duveke en Sigbrit met hem mee naar Kopenhagen. De nieuwe koning bracht ze onder op het koninklijke landgoed Hvidøre ten noorden van de stad. Veel edelen en geestelijken ergerden zich aan Duvekes speciale positie, en misschien nog wel meer aan het feit dat haar moeder intussen veel invloed had bij de koning. Bovendien moest Christiaan nu trouwen, met de dertienjarige Isabella van Habsburg, een kleindochter van keizer Maximiliaan en zus van de latere keizer Karel V. Valkendorf, inmiddels aartsbisschop, ging haar ophalen. Maximiliaan eiste dat Christiaan de relatie met Duveke zou verbreken, en zelfs dat hij haar uit Denemarken zou verbannen. Wie weet wat haar anders zou overkomen, dreigde de keizer. Christiaan weigerde. Hij liet Duveke en Sigbrit juist naar Kopenhagen komen en schonk ze een groot huis op de hoek van Amagertorv en Hejliggejststræde.
Toen, op 21 september 1517, overleed Duveke heel plotseling, 29 jaar oud. De koning en Sigbrit wisten zeker dat ze vermoord was. Vergiftigd met kersen, ging het gerucht. Maar wie zat erachter? De keizer, of de Deense edelen? Sigbrit dacht dat Valkendorf de moord beraamd had, maar die beschuldigde op zijn beurt de edelman Torben Oxe. De koning liet Oxe ter dood veroordelen en onthoofden. Valkendorf moest het land uit.
Sigbrits invloed op de koning nam na Duvekes dood alleen maar toe. Ze werd zijn belangrijkste adviseur, onderhandelde namens de koning met buitenlandse gezanten en vanaf 1519 regelde ze de financiën van het rijk, inclusief de lucratieve tol voor de vaart door de Sont. Dat ze dat heel goed deed blijkt uit de rekeningen die bewaard zijn. Ze werd in heel Denemarken bekend als Mor Sigbrit, Moeder Sigbrit. De edelen voelden zich ondermijnd: zij hadden steeds minder te zeggen. Ook al omdat koning Christiaan vaker aanzienlijke burgers aanstelde op belangrijke posities dan edelen of geestelijken. Na een bezoek met Sigbrit aan Amsterdam en de Nederlanden introduceerde Christiaan bovendien allerlei hervormingen, gebaseerd op wat hij daar gezien had.Zo zorgde hij ervoor dat ambachtslieden zich verenigden in gilden, dat boeren niet meer als slaven hoefden te werken en beperkte hij de macht van de kerk. In de hoogste Deense kringen raakte Sigbrit gehaat. Ze was niet van adel en ze was een buitenlandse, en erger: ze was een vrouw, en ook nog eens een vrouw die veel wist van geneeskrachtige planten, en een eigen apotheek had, vol spullen uit Amsterdam. Al snel klonken er beschuldigingen van hekserij. Volgens Valkendorf moest de koning, zolang hij zich op minder dan tien mijl van Sigbrit bevond, alles doen wat zij wilde.
Overal in zijn rijk kwamen de mensen in opstand tegen koning Christiaan en al die buitenlandse invloeden. Op 1523 vluchtte hij met zijn vrouw Isabella en hun drie kinderen naar de Nederlanden. Hij nam Sigbrit mee, volgens verhalen in een dichtgetimmerde kist. Jaren later keerde hij terug naar Kopenhagen, waar zijn oom Frederik intussen koning was. Die liet hem gevangen zetten, ingemetseld in een kerker, waar hij achttien jaar later overleed. Sigbrit werd officieel verbannen uit de Nederlanden, maar wist zich jarenlang schuil te houden. Uiteindelijk werd ze in Vilvoorde gesnapt en ten slotte – waarschijnlijk – terechtgesteld. Het verhaal van Sigbrit en haar dochter Duveke diende vooral in het negentiende-eeuwse Denemarken als stof voor allerlei schilderijen, romans en toneelstukken.
Boek: Amsterdam in de wereld – Sporen van Nederlands gedeelde verleden