Erik Schip, oud-directeur van het Nationaal Historisch Museum, is niet te spreken over de glazen stolp die om de commandantswoning van Westerbork is gebouwd. In een ingezonden stuk in de Volkskrant zegt hij de constructie “duur en onnodig” te vinden.
In zijn stuk in de Volkskrant wijst Erik Schilp erop dat het herinneringscentrum jarenlang verzuimd heeft onderhoud te plegen aan het enige overgebleven gebouw van Westerbork. Zowel het Openluchtmuseum als het Zuiderzeemuseum hebben volgens hem veel ervaring met het restaureren van houten panden. In Westerbork zou het dus gaan om “achterstallig onderhoud”.
Schilp geeft verder aan niet te begrijpen waarom men gekozen heeft voor “een oplossing van een niet-bestaand probleem”. Volgens hem draagt de constructie ook niets bij aan de museale ambities van het herinneringscentrum.
“In het bos bij Hooghalen staat nu een enorm glazen gedrocht om het vervallen huis heen. Er is nog steeds achterstallig onderhoud.”
Dat er zoveel overheidsgeld (1,6 miljoen euro) naar de glazen overkapping is gegaan, vindt de oud-directeur van het Nationaal Historisch Museum ook zonde.
“Voor datzelfde geld had men een heel goede televisieserie kunnen maken over de geschiedenis en oorzaken van genociden.”
Heel veel belang lijkt Schip niet aan de commandantswoning te hechten. Hij besluit zijn stuk door te zeggen dat de kern van het verhaal van Westerbork niet besloten ligt in die woning. De herdenkingsmonumenten, zoals de 102.000 stenen en de omgekrulde spoorstaven, hebben volgens hem veel meer te vertellen. Schilp:
“De dure en onnodige megavitrine met woonhuis leidt waarschijnlijk alleen maar af van het belangrijke verhaal dat hier verteld wordt.”
Conservering
De glazen overkapping over de oude commandantswoning werd afgelopen week onthuld. Hij is twaalf meter hoog en moet de houten woning beschermen tegen invloeden van buitenaf. Onder de glazen behuizing is een ruimte gerealiseerd die plaats biedt aan honderd mensen. De ruimte wordt gebruikt voor activiteiten waarbij de woning van de kampcommandant als decor dient. De komende jaren wordt gewerkt aan de conservering van de woning zelf.
De commandantswoning zelf wordt niet toegankelijk voor het publiek. Daarvoor zou deze te kwetsbaar zijn.
