Nederlands heeft er een historische canon bij, die van de geneeskunde. Van Romeinse geneeskunde tot het euthanasiedebat, van de ‘zwarte dood’ tot het fusiegen. De belangrijkste gebeurtenissen in de medische wetenschap in de afgelopen twintig eeuwen worden in de canon beschreven.
De Koninklijke Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst (KNMG) presenteerde de canon die is samengesteld door de medische historici Frank Huisman en Mart van Lieburg eerder deze maand. Ook Frits van Oosterom, die de canon van Nederland ontwikkelde, werkte er aan mee. In 2007 werd de KNMG gevraagd om de hoofdmomenten en -personen uit de geschiedenis van de geneeskunde in beeld te brengen, de canon is het resultaat.
De canon start met het meisje van Yde en de Romeinse geneeskunde. Veel keerpunten in de geschiedenis worden beschreven, zoals de overgang van ‘bezetenheid’ naar krankzinnigheid in de 16 eeuw en het euthanasievraagstuk. Maar vooral de voortgang van de geneeskunde komt in beeld, van de introductie van medisch onderwijs tot de eerste kunstnier en van de ontdekking van insuline tot de eerste vrouwelijke geneeskunde student, Aletta Jacobs.
Middeleeuwse canon
Een canon van de geneeskunde is al eerder uitgebracht in de middeleeuwen. In de 11e eeuw schreef de Perzische wetenschapper Avicenna het standaardwerk voor medici tijdens de donkere eeuwen.