De Hongaarse vicepremier Tibor Navracsics heeft dinsdag gezegd dat zijn land medeverantwoordelijk was voor de vervolging van Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij zei dit bij de start van een internationale conferentie over antisemitisme en Joods leven in Europa.
In Hongarije woonden voor de Tweede Wereldoorlog veel Joden. Geschat wordt dat er tijdens de oorlog 440.000 Joodse Hongaren zijn omgebracht.
Het land was tijdens de oorlog een bondgenoot van nazi-Duitsland en verklaarde in 1941 de oorlog aan de Sovjet-Unie. Naar mate de oorlog vorderde en de geallieerden oprukten, begon Hitler het land echter te wantrouwen. De Duitse dictator was, niet onterecht, bang dat de Hongaarse leiders met de geallieerden zouden onderhandelen over een afzonderlijke vrede. Maart 1944 liet Hitler Hongarije daarom bezetten. Hierna werd onmiddellijk een begin gemaakt met de deportatie Joden. Onder de codenaam Aktion Höss werden in enkele maanden tijd 440.000 Joden naar concentratiekamp Auschwitz gedeporteerd. Het merendeel van hen werd direct na aankomst vermoord.
De Hongaarse vicepremier Tibor Navracsics stelt nu dat zijn land medeverantwoordelijk is voor de Jodenvervolging tijdens de oorlog. Het land heeft momenteel met 80.000 tot 100.000 leden nog een vrij grote Joodse gemeenschap.
De laatste tijd wordt het land geconfronteerd met een groei van het aantal antisemitische incidenten. Bij het begin van de internationale conferentie over antisemitisme zei Navracsics dat zijn land alles zal doen om het opkomend antisemitisme te bestrijden.