De missionaris Liudger (ca.742-809), ook wel Lüdger of Ludgerus genoemd, geldt naast Bonifatius en Willibrord als een van de bekendere zendelingen uit de geschiedenis van het vroege christendom in de Nederlanden. Wie was Liudger precies en wat weten we over deze vroegchristelijke zendeling, die bekend geworden is als de “Apostel der Friezen en Groningers”?
De levensbeschrijving hieronder is grotendeels gebaseerd op het recent verschenen boek De Middeleeuwers. Mannen en vrouwen uit de Lage Landen, 450-900 (Utrecht: Uitgeverij Omniboek, 2020), geschreven door de mediëvisten Luit van der Tuuk en Leon Muiderwijk. De gegevens uit dit informatieve boek – waarin we ook biografieën tegenkomen van onder meer de zendeling Willibrord, missionaris Bonifatius, beschermheilige Walburg en de bard Bernlef – zijn aangevuld met enkele andere bronnen, die hieronder in de bronnenlijst terug te vinden zijn.
Jeugd, reizen en werkzaamheden
Liudger is omstreeks het jaar 742 geboren in Suecsnon, Zwezen, dat qua locatie in de tegenwoordige wijk Zuilen in Utrecht gezocht kan worden. Hij was afkomstig uit een familie die zich al in een vroeg stadium tot het christendom had bekeerd. Hij was de zoon van Thiadgrim en Liafburg, een echtpaar dat behoorde tot de Friese aristocratie. De twee stonden hun zoon Liudger al op vroege leeftijd af aan Gregorius van Utrecht (ca.707-776), bisschop en hoofd van de Utrechtse kloosterschool.
Liudger verbleef enkele decennia in de kloosterschool. Toen hij volwassen was maakte hij twee reizen naar de Engelse stad York, dat toen bekendstond als hét kenniscentrum van Noordwest-Europa. Hier stond een beroemde kloosterschool onder leiding van Alcuinus van York. De eerste keer – Liudger vertrok in 767 – bleef hij één jaar in Engeland en werd toen tot diaken gewijd. De tweede reis in de jaren 770 duurde in totaal drie jaar. Liudger nam een flinke lading boeken mee uit Engeland en keerde terug naar Utrecht.
Vanaf 777, toen Alberik I van Utrecht (?-784) Gregorius als bisschop opvolgde, werd Liudger naar Deventer gestuurd om daar in de kerk van de Angelsaksische missionaris Lebuïnus aan de slag te gaan. Hij werd rond dit moment in Keulen tot priester gewijd. Op de plek van de toenmalige houten kerk staat nu de stenen Grote Kerk of Lebuïnuskerk.
Vanuit Deventer ging Liudger op missietocht richting Friese gebieden, met als doel om de Friezen en Saksen tot het christendom te bekeren. Een eerdere missionaris, Bonifatius, was daarin niet geslaagd en werd in 754 bij Dokkum vermoord. Liudger had echter één groot voordeel: hij sprak de Friese landstaal. Hij was actief rond Dokkum en in Oost-Friesland en zette daar ook anderen, onder wie de bard Bernlef (die volgens een volksverhaal door Liudger via een wonder van zijn blindheid verlost zou zijn), aan het werk om de Friezen te kerstenen. Toen in 793 de zogenoemde ‘Opstand van Unno en Eilrad’ uitbrak, moest Liudger de Friese gebieden ontvluchten. Later, toen het weer rustig was, hervatte Liudger zijn werk in de Friese gebieden.
Rond 795 maakte Liudger een reis naar Rome, waar hij tweeënhalf jaar in het klooster van Montecassino verbleef. Ook schreef hij in deze tijd een levensbeschrijving over zijn leermeester Gregorius van Utrecht, getiteld: Het leven van Gregorius (Vita Gregorii abbatis Traiectensis auctore Liudgero).
Na zijn terugkeer in de Lage Landen focuste Liudger zich op Oost-Friesland. Met hulp van keizer Karel de Grote stichtte Liudger in de huidige Duitse stad Münster een klooster. De naam Münster is een toponiem dat van de term monasterium (‘klooster’) afgeleid is. In 796 stichtte Liudger een abdij in Werden, tegenwoordig een stadsdeel van de stad Essen. Om van dit klooster een kenniscentrum te maken, schonk Liudger zijn boekencollectie en andere bezittingen aan dit klooster.
Benoeming tot bisschop & overlijden van Liudger
In 805 werd Liudger ingewijd als eerste bisschop van Münster. De missionaris overleed op 26 maart 809, op 67-jarige leeftijd, in de Duitse plaats Billerbeck. Hij werd begraven bij een boom bij het klooster van Werden. Liudger kreeg later de bijnaam “Apostel der Friezen”, omdat hij het werk van Willibrord in Friesland voortzette. E. Bruna, die in 1968 in eigen beheer een boekje uitbracht over Liudger, noemde hem ‘de voltooier’:
“Een zeer passende naam voor de man, die als het ware het dak heeft gezet op de kerk, die door Willibrord en Bonifatius in Noord-Nederland is gebouwd. Hij legde nagenoeg de laatste hand aan de kerstening der Friezen…”
Boek: De Middeleeuwers. Mannen en vrouwen uit de Lage Landen, 450-900
Lees ook: Bernlef: een beroemde vroegmiddeleeuwse dichter
Bronnen ▼
Gedrukte bronnen
-Luit van der Tuuk & Leon Muiderwijk, De Middeleeuwers. Mannen en vrouwen uit de Lage Landen, 450-900 (Utrecht: Uitgeverij Omniboek, 2020) p.141-145.
-Klaas Sierksma (red.), Liudger 742-809. De confrontatie tussen heidendom en christendom in de Lage Landen (Muiderberg: de Bataafsche Leeuw, 1984).
Internet
-https://www.lucepedia.nl/dossieritem/liudger/liudger-742-809
-https://www.nazatendevries.nl/Artikelen%20en%20Colums/Liudger/Liudger.html
-https://www.digibron.nl/viewer/collectie/Digibron/id/tag:RD.nl,20050504:newsml_2e1f581a843055195e601b9add0b8206
-https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/169169-de-heilige-liudger-sint-ludger-biografie.html
-https://hinnewagenaar.frl/artikelen/liudger-apostel-van-de-friezen/
-https://nl.wikipedia.org/wiki/Liudger