Zijn naam staat symbool voor de Indiase onafhankelijkheidsstrijd: Mahatma Gandhi (1869-1948). De Indiase godsdienstige en politieke leider wilde dat zijn land onafhankelijk werd van de Britten. Hij nam hierbij niet de wapens op. Gandhi werd zo ook een icoon van geweldloos verzet. In 1948 werd hij vermoord door een hindoe die vond dat Gandhi zich te tolerant opstelde ten opzichte van moslims.
De politicus werd op 2 oktober 1869 geboren als Mohandas Karamchand Gandhi. Dit in de Indiase provincie Porbandar waar zijn vader een hoge bestuurlijke functie bekleedde. Op zijn dertiende trouwde hij met Kasturba, een meisje dat door haar ouders aan hem uitgehuwelijkt was. Uit dit huwelijk werden vier kinderen geboren. In zijn onafhankelijkheidsstrijd vond Gandhi zijn echtgenote, die met een zwakke gezondheid kampte, steeds aan zijn zijde.
Vegetarisch
Als kind was Gandhi niet altijd even gehoorzaam. Geld voor sigaretten stal hij soms van zijn ouders en hoewel zijn familie strikt vegetarisch was (in het huis van zijn ouders werd nog geen insect gedood), at hij zo nu en dan stiekem vlees. Naar eigen zeggen begon hij hier mee omdat hij net zo sterk wilde worden als de Britten, die in die tijd over vrijwel geheel India heersten. Hoe konden de Britten verdreven worden als Gandhi en zijn landgenoten lichamelijk zoveel zwakker waren?
Gandhi’s lichaam was niet gewend aan het vlees, waardoor hij geregeld ziek werd. Toen hij uiteindelijk ook van het vlees kon genieten, was er een ander probleem. Doordat Gandhi in het geheim vlees at had hij eigenlijk weinig trek meer in het voedsel dat zijn moeder hem voorzette. Toen die dat doorkreeg en vroeg of hij stiekem vlees at, besloot Gandhi te liegen. Deze leugen drukte zwaar op het gemoed van de jonge Gandhi, waardoor hij uiteindelijk besloot de waarheid te vertellen. In een brief aan zijn vader, Karamchand Uttamchand Gandhi (1822-1885), bekende hij vlees te hebben genuttigd. Karamchand las de brief en barstte in tranen uit. Boos werd Gandhi’s vader niet. De brief werd verscheurd, ten teken dat de zonde was vergeven.
Kort hierna overleed Gandhi’s vader. Deze gebeurtenis maakte diepe indruk op de jonge Gandhi, die zich diep schaamde dat hij niet aan zijn vaders zijde had gestaan toen die zijn laatste adem uitblies. In plaats daarvan had hij op dat moment de liefde bedreven met zijn zwangere vrouw. Een dubbele schande, meende Gandhi.
Mahatma Gandhi in Zuid-Afrika
In 1887 vertrok Gandhi naar Europa om een studie rechten te volgen in Londen. Vier jaar later keerde hij terug met een diploma op zak. De tijd in Londen was hem niet erg goed bevallen. Gandhi stoorde zich aan het feit dat er om hem heen zoveel alcohol genuttigd werd en daarnaast had hij moeite om plekken te vinden waar hij normaal vegetarisch kon eten.
Terug in India opende Gandhi een advocatenpraktijk, maar die was weinig succesvol. In 1893 vertrok hij naar de Zuid-Afrikaanse provincie Natal om daar een jaar als advocaat te werken. De tijd die hij in het Afrikaanse land doorbracht was van grote betekenis voor zijn ontwikkeling. Gandhi ontdekte dat de Indiƫrs in Zuid-Afrika zeer slecht behandeld werden. Terwijl hij in India vaak nog als een lid van de elite was behandeld, ontdekte hij in Zuid-Afrika dat de Britten hem als derderangsburger zagen. Gandhi besloot zich vanaf dat moment in te zetten voor de Indiƫrs en verlengde zijn verblijf in het land.
Aanvankelijk schreef hij vooral verzoekschriften aan de autoriteiten van Natal en aan het Britse koloniale gouvernement. Ook werkte hij voor een krant, de Indian Opinion (Indiase mening). Later richtte hij een politieke organisatie op die de belangen van de Indiƫrs moest behartigen, het Indiase Congres van Natal. Gandhi werd uiteindelijk dƩ voorvechter van de rechten van de Indiase minderheid in Zuid-Afrika.
Burgerlijke ongehoorzaamheid
Gandhi was zijn hele leven tegen gewelddadig verzet. Burgerlijke ongehoorzaamheid vond hij wel een goed middel om te protesteren tegen discriminatie. Toen de Transvaalse overheid in 1909 bepaalde dat alle Indiƫrs zich moesten inschrijven en hun vingerafdrukken moesten afgeven, riep Gandhi zijn volgelingen op het bevel te negeren. Het werk van Gandhi bleef niet onopgemerkt Ʃn had ook enig succes. De Zuid-Afrikaanse leider Jan Christian Smuts zag zich vanwege de grootschalige protesten uiteindelijk gedwongen te onderhandelen met de prominente Indiƫr en zegde hierbij toe de Indiƫrs beter te behandelen.
Terugkeer in India
In 1915 keerde Gandhi terug naar India, waar hij inmiddels een bekendheid was geworden. De Eerste Wereldoorlog was op dat moment in volle gang en ook veel Indiƫrs vochten mee aan de zijde van de Britten. Velen hoopten dat ze hiervoor beloond zouden worden met enige mate van zelfbestuur. De Indiƫrs kwamen echter bedrogen uit. Na de oorlog namen de Britten zelfs de zogenaamde Rowlatt Wet aan die het mogelijk maakte om Indiƫrs vanwege politieke activiteiten zonder proces gevangen te zetten. Zelfbestuur leek verder weg dan ooit.
Gandhi besloot hierop ook in India een geweldloze verzetsbeweging op poten te zetten om te protesteren tegen de slechte behandeling van de Indiƫrs. Dit resulteerde onder meer in verschillende protestmarsen en hongerstakingen. Ook maakte hij zich hard voor een economische boycot van Britse goederen. Verder riep Gandhi zijn volgelingen op zelf te gaan spinnen, stof te weven en kleding te maken. Niet alleen zodat de arme boeren een extra middel hadden om in hun levensonderhoud te voorzien, maar ook om een band te kweken tussen zijn verschillende volgelingen, waaronder islamieten en hindoes. Daarnaast was de actie belangrijk omdat textiel het belangrijkste Britse importproduct was. Door zelf kleding te maken, werden de Indiƫrs minder afhankelijk.
Eind 1921 werd Gandhi voorzitter van het Nationale Congres, een orgaan dat in 1885 was opgericht als spreekbuis van de Indiase gemeenschap en zich in de loop der tijd hard was gaan maken voor de Indiase onafhankelijkheid. Gandhi wist het Congres te hervormen tot een zeer effectieve politieke organisatie met steunpunten in vrijwel elk dorp in India. In deze jaren kreeg de leider de eretitel mahatma, wat zoveel betekent als ‘grote ziel’. Gandhi eiste ook van zijn medebestuurders dat zij maandelijks zelf een bepaald aantal meters garen maakten met hun spinnewielen. Ćn ze moesten zelfgemaakte kleding dragen.
In de jaren twintig werd Gandhi gearresteerd na een protest dat, tegen de wens van de politiek leider in, toch uitgemond was in geweld. Gandhi werd veroordeeld tot zes jaar cel maar werd in februari 1924 vervroegd vrijgelaten. Winston Churchill was overigens nooit erg gecharmeerd van Gandhi. Die noemde hem ooit schamper een “halfnaakte fakir”.
Zoutmars naar Dandi
In 1930 werd een grote actie opgezet om te protesteren tegen het Britse zoutmonopolie. Met duizenden volgelingen liep Gandhi demonstratief van Sabarmati naar de kuststad Dandi, om zelf zout te halen. Gandhi en zijn volgelingen deden 24 dagen over de vierhonderd kilometer lange tocht. Hoewel onderweg duizenden volgelingen werden gearresteerd bleef de opstand groeien. Uiteindelijk werd het ook de Britten duidelijk dat er geen weg terug was en dat de gang naar de onderhandelingstafel onontkoombaar was.
Satyagraha
In de internationale pers werden de acties van Gandhi vaak omschreven als ‘passief verzet’. De leider had het liever over satyagraha. Letterlijk betekent dit: ‘vasthouden aan God en de waarheid en strijd tegen de haat’. Satyagraha wijst elk geweld in woord en daad radicaal af. Gandhi omschreef het verschil tussen ‘passief verzet’ en ‘satyagraha’ ooit als volgt:
“Het eerste wordt beschouwd als een wapen van de zwakken en sluit het gebruik van fysiek geweld of fysieke kracht om het doel te bereiken niet uit. ‘Satyagraha’ daarentegen is het wapen van de sterksten en sluit geweld in elke vorm uit.”
Verenigd India
Mahatma Gandhi streed niet alleen voor de onafhankelijk van India. Hij wilde ook dat alle verschillende culturele en religieuze groeperingen in het nieuwe India vreedzaam naast elkaar zouden leven. Ook maakte hij zich hard voor de rechten van de zogenoemde paria’s, de mensen die tot geen enkele kaste behoren en de laagste plaats in de samenleving hebben. Gandhi pleitte voor gelijke berechting van deze paria’s.
India en Pakistan
Na de Tweede Wereldoorlog kwam in Groot-Brittanniƫ de Labourpartij aan de macht. Vanuit die partij werd aangedrongen op de onafhankelijkheid van India. Onderhandelingen verliepen echter moeizaam omdat het Indiase Nationale Congres overhoop lag met de Moslim Liga. Het laatste orgaan eiste een eigen staat voor moslims. Gandhi legde zich uiteindelijk neer bij deze eis. Toen de Britten in 1947 de macht overdroegen werd de voormalige kolonie hierdoor gesplitst in twee landen: India (overwegend voor de hindoe-bevolking) en Pakistan (voor de moslims). Deze splitsing had grote gevolgen. Enorme aantallen mensen verhuisden na het uitroepen van de twee staten van het ene naar het andere land en op verschillende plekken braken gevechten uit.
Mahatma Gandhi, die zich altijd hard had gemaakt voor een Verenigd India, was blij met de onafhankelijkheid maar betreurde de opdeling. Op 30 januari 1948 werd hij het slachtoffer van een moordaanslag. Een fanatieke hindoe, Nathuram Godse, die vond dat Gandhi zich te loyaal opstelde jegens de moslims, schoot de leider van dichtbij drie keer in de borst. Gandhi overleed ter plekke. Volgens omstanders waren zijn laatste woorden:
Hai Ram (āO Godā).
De geboortedag van Gandhi, 2 oktober, is een nationale feestdag in Indiƫ. In 2007 werd deze dag door de Verenigde Naties uitgeroepen tot internationale dag van de geweldloosheid.
Biograaf Ramachandra Guha over Mahatma Gandhi
Boek: Gandhi – De biografie; de jonge jaren
Documentaire over Mahatma Gandhi
Citaten van Mahatma Gandhi
“Als je doet wat je leuk vindt, hoef je nooit te werken.”
“De aarde biedt voldoende om ieders behoefte te bevredigen maar niet ieders hebzucht.”
“Wees de verandering die je in de wereld wil zien gebeuren.”
“Wie smaak vindt in het lezen van goede boeken, is bij machte om de eenzaamheid te dragen, waar dan ook en met groot gemak.”
“Er is een groter gerechtshof dan alle bestaande rechtbanken en dat is het gerechtshof van het geweten.”
“Je kan geen hand schudden met een gebalde vuist.”
Bronnen ā¼
Gandhi – De biografie; de jonge jaren – Ramachandra Guha
De profeet van Satyagraha – Wolf Kielich (45-70)
https://www.historischnieuwsblad.nl/nl/artikel/41766/mahatma-gandhi-1869-1948.html