De Trojaanse Oorlog duurt al tien jaar als de Griekse held Odysseus een list bedenkt. Hij laat een gigantisch houten paard bouwen waarin soldaten zich kunnen verstoppen. Dankzij deze list weten de Grieken de Trojanen uiteindelijk toch te verslaan. Het verhaal over het Paard van Troje, vermoedelijk de grootste list uit de wereldgeschiedenis, in vogelvlucht:
De Trojaanse Oorlog speelt een belangrijke rol in de Griekse mythologie. Anders dan vaak gedacht, wordt de geschiedenis niet vermeld in Homerus’ epos de Ilias. In de Ilias beschreef Homerus hoe de Grieken, die hij Achaeërs noemde, strijd leverden tegen de Trojanen. Zijn verhaal eindigt echter met de dood van Hektor. Homerus beschreef de list met het paard wel in zijn heldendicht Odyssee (VIII, 493-520). Het verhaal van het Paard van Troje is vooral bekend dankzij de Romeinse dichter Vergilius (70-19 v.Chr.), die erover schreef in zijn heldendicht Aeneis.
Aanloop
Dat de Trojaanse Oorlog uitbrak was te ‘danken’ aan de twistzieke goden. Het begon allemaal met de bruiloft van de zeenimf Thetis en de held Peleus. Thetis, een lieveling van de oppergod Zeus, had aanvankelijk helemaal geen zin om te trouwen met een sterveling, maar nadat Zeus haar beloofde het grootste feest ooit voor haar te organiseren, ging ze overstag. Zeus kwam zijn belofte vervolgens na en nodigde alle Olympische goden uit.
Alleen Eris, de godin van de twist, ontving geen uitnodiging. Beledigd besloot deze godin wraak te nemen. Eris kwam toch naar de bruiloft en gooide een appel met daarop de inscriptie ‘Voor de schoonste’ op de tafel waar de belangrijkste goden zaten. De ijdele godinnen Hera, Athena en Aphrodite meenden alle drie aanspraak te kunnen maken op de vrucht. De drie wenden zich vervolgens tot Zeus met de vraag wie van hen de schoonste was. De oppergod voelde er weinig voor een keus te maken en zeker twee godinnen te schofferen. Hij wees daarom de Trojaanse koningszoon Paris, die bekend stond om zijn eerlijkheid, aan om een oordeel te vellen.
Nadat Hermes de koningszoon had opgehaald, probeerden de drie godinnen in de gunst te komen van Paris. Hera bood hem macht over mensen en volkeren, Athena beloofde hem kennis en wijsheid en Aphrodite verklaarde hem de mooiste vrouw op aarde te schenken. Paris had alleen maar oog voor laatstgenoemde en schonk Aphrodite de appel. Tot woede van de andere godinnen…
De schaking van Helena
Kort na zijn bezoek aan de Olympus keerde Paris terug naar het hof van zijn vader, koning Priamos van Troje. Toen hij Aphrodite vroeg waar hij zijn prijs – de mooiste vrouw op aarde – kon vinden, verwees de godin hem naar Sparta, waar de koningin Helena woonde. Enig probleem was dat de beeldschone Helena al getrouwd was met Menelaüs, de koning van Sparta.
Helena’s stiefvader, koning Tyndareüs, was al lange tijd onder de indruk van de schoonheid van zijn stiefdochter. Jaren eerder had hij daarom, op advies van de held Odysseus, met alle mannen die om haar hand dongen afgesproken dat Helena zelf haar echtgenoot mocht uitkiezen. De andere mannen moesten zich bij die keus neerleggen en daarnaast zweren dat ze de gekozen man te hulp zouden schieten, wanneer die in nood verkeerde. Helena koos uiteindelijk voor Menelaüs, de zoon van Atreus. Menelaüs volgde enige tijd later Tyndareüs op als koning van Sparta.
Nu hij wist dat Helena de mooiste vrouw op aarde was, trok Paris naar Sparta, waar hij gastvrij werd ontvangen door koning Menelaüs. Paris beloonde de gastvrijheid door de vrouw van de koning – met de hulp van Aphrodite – te verleiden. Toen de koning enige tijd later voor een reis naar Kreta vertrok, kreeg Paris de knappe Helena zelfs zover dat ze samen met hem naar Troje vluchtte. Eenmaal terug in Sparta wendde koning Menelaüs zich woedend tot al zijn bondgenoten, die zich verenigden en gezamenlijk optrokken naar Troje om de schaking van Helena te wreken.
Na enige gevechten besloten de Grieken en Trojanen een tweestrijd op te zetten tussen Paris en koning Menelaüs. De spelregels waren simpel. Won Paris dan bleef Helena in Troje. Zegevierde koning Menelaüs dan kreeg hij zijn vrouw terug. Al snel bleek Paris geen partij te zijn voor de koning van Sparta. Vlak voordat die het pleit kon beslechten, schoot de godin Aphrodite Paris echter te hulp. Ze hulde de koningszoon in nevel en bracht hem uit het strijdgewoel, naar het bed dat hij met Helena deelde.
De godin Athena, die wilde dat de stad Troje verwoest werd, liet op dat moment een pijl op koning Menelaüs afschieten. De pijl raakte de koning in zijn dij. Woedend over deze schending van het bestand beloofden de Grieken elkaar plechtig niet te vertrekken voor de stad volledig is verwoest.
De list met het Paard van Troje
De oorlog sleepte zich hierna jaren voort. Legio gevechten volgden. En grote mannen vielen in de strijd. De helden Ajax, Hector en Achilles sneuvelden bijvoorbeeld, maar ook Paris, de man om wie alles begonnen was. Na tien jaar riep de ziener Kalchas de belangrijkste Griekse helden bijeen. De oorlog moest, zo vond hij, eindelijk maar eens tot een einde gebracht worden. Hij sprak:
“Staakt uw pogingen om de stad met geweld te nemen, want zo zult gij nimmer tot uw doel komen. Bedenk liever een list, die u welslagen zal brengen.”
Ter inspiratie vertelde Kalchas de Grieken over een droom waarin een havik een duif achtervolgde. Toen de duif in een rotskloof een veilige schuilplaats had gevonden, verstopte de havik zich net zolang in het struikgewas tot het duifje weer naar buiten kwam. Onmiddellijk stortte de havik zich hierna op de arme duif. Kalchas:
“Laat ons deze havik tot een voorbeeld nemen. Laten wij ons erop bezinnen, dat wij Troje niet met geweld veroveren maar met een list.”
Geïnspireerd kwam de held Odysseus hierna met het plan een groot houten paard te bouwen, waarin soldaten verstopt konden worden. Als dit paard Troje ingereden werd, konden de soldaten ’s nachts ontsnappen uit hun schuilplaats, de stad in brand steken en de poorten openen voor de andere Grieken. De vraag was alleen hoe men het paard de stad in kreeg… Ook hierop bedacht Odysseus iets. Hij vroeg de Grieken hun troepen op te breken en weg te varen, om zo bij de Trojanen de indruk te wekken dat men de strijd eindelijk had gestaakt. In werkelijkheid verzamelden de troepen zich een paar kilometer uit de kust, uit het zicht van de vijand.
De volgende dag viel het de Trojanen uiteraard op dat de Grieken verdwenen waren. Toen koning Priamos de stad verliet vond hij een uitgestrekt, verlaten strand waarop in het midden een enorm houten paard stond. Uit haat voor de Grieken wilden sommigen Trojanen het paard vernietigen. Anderen vonden echter dat het paard beter als offer voor de goden de stad ingehaald kon worden. Dit laatste gebeurde uiteindelijk. Toen het houten dier de stad in werd gerold, verscheen Priamos’ dochter, de zieneres Cassandra. Van Apollo had zij ooit de gave van de profetie ontvangen. De koningsdochter schreeuwde:
“Ellendelingen, wat is dat voor ongelukspaard dat jullie als gekken voortduwen? Jullie razen je allerzwartste nacht tegemoet. Dat beest is zwanger van vijandelijke strijders, en daar zal ze in de nacht van bevallen. […] Vader, moeder, ik smeek jullie, kom tot inkeer en wend de gruwelen van ons af. Vernietig dat paard, steek het in de brand!”
Door het vertrek van de Grieken waren de Trojanen echter door het dolle van blijdschap. Niemand luisterde naar Cassandra’s waarschuwingen. Ook koning Priamos zat niet te wachten op een ongezellige voorspelling. Geïrriteerd zei hij tot zijn dochter:
“Onheilsprofete, door welke kwaadaardige godheid wordt je nu weer bezeten? Zat onze blijdschap je niet lekker? Kon je het niet uitstaan dat we vredig deze zo lang verwachte dag van de vrijheid vierden? De oorlog is voorbij, Cassandra. En dit paard is geen ramp, maar een waardig geschenk voor Athene, de patrones van onze stad. Maak dat je wegkomt!”
Cassandra werd hierna naar het paleis gebracht, waar ze het onherroepelijke onheil wanhopig afwachtte. Ondertussen werd het Paard van Troje naar de tempel van Athene gebracht. Rondom het paard werd volop gefeest door de Trojanen. De hele stad verkeerde in een feestroes. Eindelijk was de oorlog voorbij… Diep in de nacht werden de Trojanen het feesten moe. En toen de stad eindelijk in diepe rust verkeerde, stapten de Grieken uit het paard. Ze slopen naar de poorten waar de wachters eenvoudig overrompeld werden. Vervolgens gooide men brandende toortsen in de woningen van de Trojanen waardoor de stad al snel in vuur en vlam stond. Ondertussen dreef een gunstige winde de Griekse vloot terug naar Troje. Al snel stroomden de Grieken de stad binnen.
In Troje werd hierna een gruwelijke slachting aangericht. Alle zonen van koning Priamos vonden de dood en de koning zelf werd geveld door Achilles’ zoon Neoptolemus. Koning Menelaüs doorzocht met Odysseus de koninklijke vertrekken, op zoek naar wat hem ooit was afgenomen: zijn vrouw Helena. Menelaüs was vastbesloten zijn voormalige vrouw te doden, maar toen hij haar uiteindelijk vond werd hij betoverd door haar schoonheid en nam hij Helena weer aan als zijn echtgenote.
Moderne cultuur
Aan de beschreven list danken we de uitdrukking ‘het paard van Troje binnenhalen’, waarmee bedoeld wordt dat iemand zich een ramp op de hals haalt. En de Engelse term ‘Trojan Horse’ wordt tegenwoordig in de computerwereld gebruikt om een programma mee aan te duiden dat ongewild computers binnendringt en daarna grote schade aanricht.
In onze eigen geschiedenis doet het verhaal van het turfschip van Breda denken aan het Paard van Troje.
Het Turfschip van Breda – Het Nederlandse Paard van Troje
Boek: Griekse mythen, Romeinse sagen
Bronnen â–¼
– De Ilias van Homerus – Alessandro Baricco
– Griekse mythen en sagen – Gustav Schwab
– Mythologie – C. Scott Littleton
– Goden, monsters en helden: de mythologie van de oude Grieken – Josho Brouwers