In Oorlog met Rusland schrijft NRC journalist Michel Krielaars zijn woede over de oorlog in Oekraïne van zich af. De huidige ‘chef boeken’ van dit blad werkte tussen 2007 en 2012 als correspondent in Rusland en publiceerde daarna onder meer het prachtige De klank van de heilstaat over het gevaarlijke leven van Russische componisten tijdens de Stalinjaren. Het nieuwe boek beschrijft de eerste maand van de Russische invasie, in navolging misschien van Barbara Tuchman, die in haar bekroonde boek De kanonnen van augustus de eerste maand ná het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog besprak. Dat Krielaars eerste hoofdstuk De kanonnen van februari heet zal geen toeval zijn.
Dit boekje is een actualisering van eerder werk namelijk Het kleine koude front. Ook die titel uit 2014 is een verwijzing wat je van een chef boeken ook mag verwachten, namelijk naar het gelijknamige boek van J.B. Charles uit 1962. Deze jurist en verzetsman wilde in zijn werk de kool noch de geit sparen, maar kritisch zijn op fascisten, communisten én het Westen. Charles:
‘Ik protesteer van tijd tot tijd zowel tegen stinkende geiten als tegen rotte kool’.
Hoe die beeldspraak voor maart 2022 uitpakt, laat zich raden. Ik citeer Krielaars:
‘In werkelijkheid was Rusland al sinds Poetins terugkeer als president in 2012 een neofascistische staat aan het worden, in de klassieke zin van het woord: chauvinisme, revanchisme, messianisme, machtsvertoon, gelijkschakeling van de media, een feitelijk éénpartijsysteem, intimidatie, laster, opsluiting en uitschakeling van tegenstanders en het kunstmatig creëren van een buitenlandse vijand die op het punt zou staan binnen te vallen en tenslotte het bevorderen van een collectieve roes als het om de leider gaat.’
Kanonnen
In het eerste hoofdstuk fileert Krielaars de Russische motieven. Moskou zou Oekraïne willen demilitariseren en denazificeren, Donetsk en Luhansk beschermen tegen ‘genocide’ en de ‘junta’ in Kyiv vernietigen. Achter Kyiv zouden de Verenigde Staten schuilen die het gemunt hebben op het heilige Rusland. Dat Westen zou Russische kernwaarden bedreigen door op te komen voor de…
‘…LHBTI-gemeenschap, het homohuwelijk, de transgenders en de goddeloosheid.’
Het zijn allemaal uiterst gezochte argumenten voor oorlog. In zijn beruchte toespraak net voor de invasie van 24 februari eiste Poetin openlijk herstel van het Russische imperium achter de grenzen van pakweg 1991. En dat terwijl hij in 2014 de Krim liet innemen door een zee van ‘groene mannetjes’ in uniformen zónder insignes. Moskou kon zo alles ontkennen. Met de verovering van de oostelijke mespunt Oekraïne en vooral de bezetting van de Krim smeedde Poetin in 2014 in eigen land zijn oorlogscoalitie. In de toespraak presenteerde hij het thuisfront de hoofdprijs: herstel van het oude rijk. Poetin zette het masker dus helemaal af.
In die coalitie zitten nationalisten, de nakomelingen van de negentiende-eeuwse Slavofielen, die geloofden in de bijzondere missie van de Russische beschaving. Hun frustratie over de neergang vanaf 1991 toen Moskou zijn imperium opgaf, stut het regime. Poetin wist ook de orthodoxe kerk achter zich te krijgen. Met forse investeringen was het leger na 2008 uitgebreid en dat kon in Syrië zijn wreed metier eens gaan uitproberen. De grote meerderheid – de gereanimeerde homo sovjeticus, aldus Krielaars – heeft zich laten overtuigen of intimideren door de propaganda en repressie. Een minderheid van 15 procent zou de oorlog afwijzen, ging deels de straat op, maar de moed zakte hen in de schoenen. Moskou wierp zelfs de term ‘volksvijanden’ weer in de strijd, een kwalificatie met een sinistere Stalinistische bijklank. Over Stalin gesproken: die massamoordenaar wordt onder Poetin vooral neergezet als winnaar van de grote vaderlandse oorlog, zijn terreur wordt op de koop toegenomen.
Rotte kool
Na de ‘stinkende geiten’, naar de beeldspraak van J.B. Charles, nu naar de ‘rotte kool’. Krielaars is ook verontwaardigd over het westen. Dat werd, zegt hij, pas echt gealarmeerd door het neerhalen van vlucht MH17 op 17 juli 2014. Voor die tijd keek het Westen weg of liet zich paaien, ook al waarschuwden mensen als de Tsjechische president Havel in 2009 al voor de Russische ontwikkelingen.
‘Zolang er maar grote winsten in de energiesector gemaakt konden worden, was er blijkbaar niets aan de hand’,
…stelt Krielaars meermaals. Een van de grote fouten was volgens hem dat de Oekraïne in 2004/7 niet tegelijk met de andere Midden-Europese landen werd toegelaten tot de EU. Het land bleef in de westerse perceptie toch onderdeel uitmaken van de Russische invloedssfeer. Ten onrechte, aldus Krielaars, want invloedssferen zijn achterhaald! Bovendien, Oekraïne kampt(e) weliswaar met een enorme corruptie maar beschikt(e) toch over een ‘redelijk functionerend’ parlement en maatschappelijk middenveld. Kyiv was onderweg naar Europa. Was het land maar verder tegemoetgekomen!
Hier ligt ook voor historici een discussiepunt. Had een eerder EU-lidmaatschap verschil uitgemaakt? Of had dat het Russische optreden juist versneld en in Rusland zelfs geloofwaardiger gemaakt? Hoe kwam het dat het Westen Oekraïne onvoldoende zag staan? Was dat omdat het land tot 1991 bijna uitsluitend bestond als vazalstaat van Moskou? De onafhankelijkheidsverklaring in 1991 werd door Washington ontraden. Te link. Een Oekraïense intellectueel als schrijver/vertaler Mykola Ryabchuk werd in de vroege jaren negentig onvoldoende gehoord toen hij schreef over de ‘Europese droom’ van de Oekraïners. Hoe zat het met de multi-etnische samenstelling van het land? De Russische annexatie van de Krim in 2014 leek het kleinere kwaad. De bevolking sprak (en was) er toch Russisch?
Naast ‘de grote winsten in de energiesector’, die Krielaars het Westen zo verwijt, speelden dus ook onzekerheid over de Oekraïense identiteit en onderschatting van de legitimiteit een rol bij de westerse keuzes. Er was nog een ander probleem: kernwapens. Wat als ….? Krielaars laat de nucleaire component ten onrechte helemaal buiten beschouwing. Natuurlijk moesten en moeten EU en NAVO die factor mee laten tellen.
Hand in eigen boezem
Krielaars steekt de hand ook in eigen boezem. Hijzelf zag Poetin lang als zakenman die miljarden verdiende aan (on)frisse zaakjes met het Westen en die in Oekraïne ‘paniekvoetbal’ speelde toen zijn populariteit in eigen land op een dieptepunt belandde. De inname van de Krim leverde de oud-KGB chef bakken binnenlandse steun op, zelfs van opposant Navalny. Krielaars zag er geen ‘eerste etappe in van een nieuwe geopolitiek’. En wie zag dat wel? Tot vlak voor de aanval meenden de meeste waarnemers – niet alleen Maarten van Rossem – dat het Kremlin de Oekraïne niet zou aanvallen. Dat zal latere historici ongetwijfeld verbazen.
Het is daarmee de vraag of de zware verwijten aan het westen wel terecht zijn. Hield het Westen te lang vast aan het axioma van de ontspanningspolitiek dat toenadering, handel en belangenverstrengeling als vanzelf tot interne veranderingen zouden leiden? Die politiek lag in de jaren tachtig mede aan de basis van de uitholling van het geloof in het communisme. Zelfs de 18 miljoen partijleden, aldus Ryabchuk, lieten dat ijle visioen in 1991 toen de putsch tegen Gorbatsjov faalde, als een baksteen vallen.
Onvoorspelbaar
Krielaars schreef een fel boek over de eerste maand van deze niet voorspelde oorlog. Poetin belichaamt een ‘Groot Russisch, Slavisch-orthodox en Sovjetnostalgisch patriottisme’ dat een halt moet worden toegeroepen. Of het Westen deze oorlog had kunnen voorkomen door Oekraïne eerder in het eigen kamp te trekken lijkt me aanvechtbaar. Kern blijft dat een dictator kan verrassen. Op zijn beurt onderschatte Moskou zijn tegenstanders. Intussen is deze oorlog in zijn derde maand. Hoe lang nog? Krielaars verwijst zoals gezegd naar Tuchman’ s De kanonnen van augustus en vergelijkt zo impliciet met de eerste wereldoorlog. Hij had ook Alexander Solzjenitsyns Augustus 14 uit 1971 kunnen noemen. De beroemde dissident liet geen spaan heel van het incompetente optreden van de Russische legers in die eerste oorlogsmaand. Het was de opmaat naar de Russische nederlaag.
Laten we hopen dat dit conflict geen jaren gaat duren.
Boek: Oorlog met Rusland – Michel Krielaars