Het Rijksmuseum heeft een gipsen dodenmasker van meestervervalser Han van Meegeren verworven. Het museum heeft dat vrijdag bekendgemaakt.
Han van Meegeren (1889-1947) werd na de Tweede Wereldoorlog wereldberoemd als meestervervalser van werken van Johannes Vermeer (1632-1675). De grootste ’triomf’ van Van Meegeren was de verkoop van een valse Emmaüsgangers van ‘Vermeer’ aan het Museum Boijmans van Beuningen in 1938 voor 1.275.000 gulden. Hij vervalste ook werken van Gouden Eeuw-schilders als Frans Hals, Gerard ter Borch en Pieter de Hooch.
Kort na zijn proces in 1947, waarbij hij werd veroordeeld tot één jaar gevangenisstraf, overleed Van Meegeren aan een hartstilstand in de Amsterdamse Valeriuskliniek. Er zijn slechts enkele exemplaren van het gipsen bronskleurige dodenmasker, dat is gevat in een schilderspalet, bekend. Het Rijksmuseum:
“Hoewel Van Meegeren strafrechtelijk werd veroordeeld, viel hem ook de nodige bewondering ten deel. In 1946 verscheen reeds een geromantiseerde biografie. Hij werd verdacht van collaboratie maar het feit dat hij aan de topnazi Hermann Goering een valse Vermeer had verkocht, kon ook worden uitgelegd als een heldendaad. Zijn vervalsingen werden door sommigen ook gezien als een daad van rebellie tegen de gevestigde kunstwereld. Het dodenmasker dat in een palet is gevat, is bijzonder illustratief voor de heldenverering die de ‘miskende’ Van Meegeren in de jaren 50 ten deel viel.”
Behalve enkele zogenaamd ‘zeventiende-eeuwse’ schilderijen van de hand van Van Meegeren heeft het Rijksmuseum ook de bewijsstukken die gebruikt zijn in het strafproces in zijn collectie.
Lees ook: Han van Meegeren, meestervervalser