Dankzij het Verdrag van Versailles kreeg België een klein deel van een tot die tijd Duitse spoorweg toegewezen. Voor België was deze Vennbahn interessant omdat het traject de industriële centra van Aken en Luxemburg met elkaar verbond. De verkregen spoorlijn liep echter wel dwars door Duitsland…
De Vennbahn (spoorweg van de Hoge Venen) werd tussen 1882 en 1889 gebouwd. De veenspoorbaan verbond de mijn- en industriegebieden van Aken en Luxemburg, dat in 1842 een douane-unie met Duitsland was aangegaan. De spoorlijn ontstond in zes deeltrajecten:
- Aken – Monschau
- Monschau – Waimes
- Waimes – St.-Vith
- St.-Vith – Bleialf
- Bleialf – Prüm
- Lommersweiler – Troisvierges (Ulflingen)
Vanaf deze hoofdlijn liepen verder aftakkingen naar Stolberg, Eupen en Malmedy. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd de lijn ook veelvuldig gebruikt voor het transport van soldaten en goederen naar het front.
Versailles
Na de Eerste Wereldoorlog werd bij het Verdrag Versailles onder meer bepaald dat Duitsland het gebied Neutraal-Moresnet en de districten Eupen en Malmedy aan België moest afgestaan. Ook een ongeveer 28,5 kilometer lang gedeelte van de Vennbahn, het deel tussen Raeren en Kaltherherberg, werd met de bijbehorende infrastructuur met een pennenstreek eigendom van België. Vijf gebieden ten westen van de spoorlijn die onderdeel uitmaken van het district Monschau, bleven echter wel gewoon onder Duits bestuur. Zo ontstond een bijzondere situatie. Wie de voorheen volledig Duitse Vennbahn gebruikte, kreeg tussen Kaltherherberg en Raeren nu immers ineens te maken met douanecontroles en een oponthoud van circa tien minuten. En de Duitse gebieden ten westen van dit deel van de spoorlijn waren door deze bijzondere grenswijziging ineens van de rest van Duitsland afgesneden. Dit is vandaag de dag nog altijd het geval.
De Belgische Spoorwegen namen het beheer over dit deel van de Vennbahn op 1 november 1921 officieel over. Als tegemoetkoming werd wel bepaald dat de Belgische spoorbeambten op het traject Duits zouden spreken. Ook de stationsnamen bleven Duits. In Raeren en Kaltherherberg werden zowel een Duits als Belgisch douanekantoor ingericht.
Vennbahn in de Tweede Wereldoorlog
Na de Eerste Wereldoorlog nam het belang van de spoorweg langzaam af. Gedurende de Tweede Wereldoorlog kwamen de districten Eupen en Malmedy – en dus ook het door België beheerde deel van de Vennbahn – weer onder Duits bestuur. De spoorlijn werd in deze jaren weer meer gebruikt voor militaire transporten. Tijdens het Ardennenoffensief werd de Vennbahn zwaar beschadigd. Hierdoor kon de Vennbahn pas weer in 1946 gebruikt worden voor personen- en goederenvervoer. Het deel tussen Raeren en Kaltherherberg kwam na de oorlog weer in Belgische handen.
De bijzondere grensconstructie bestaat nog steeds. In 1956 werden de grenzen rond de Vennbahn in een Duits-Belgisch verdrag definitief vastgelegd. En in 2008 bevestigden de buitenlandministers van de twee landen voor het laatst dat ze alles bij het oude laten. Geen grenscorrecties dus.
Toerisme
Economisch gezien werd de Vennbahn in de loop der jaren steeds minder belangrijk. Voor het goederenvervoer was de vreemde situatie met douanecontroles op het traject ook vrij onhandig. In 1954 werd het geplande personenvervoer op de Vennbahn stopgezet. Aanvankelijk werd het traject hierna nog wel gebruikt voor goederenvervoer, maar sinds 2006 ligt de Vennbahn helemaal stil. Er zijn nog enkele pogingen gedaan om het spoortraject toeristisch te exploiteren, maar dat werd tot nu toe geen groot succes. Op het traject tussen Leykaul en Sourbrodt kan in de zomermaanden wel gefietst worden met zogeheten draisines (railbikes). Sinds 2013 is verder de Vennbahn fietsroute, die over en langs het volledige traject van de voormalige spoorlijn loopt (dus van Aken naar Luxemburg), vrij populair.
Overzicht van boeken over de Eerste Wereldoorlog
Bronnen ▼