Dark
Light

‘Verstandhouding tussen Peter de Grote en Nederlandse regenten was slecht’

Auteur:
3 minuten leestijd

Het verhaal van de Nederlandse invloed op de tanende macht van Zweden en de groeiende macht van het Rusland van tsaar Peter de Grote is volgens historicus en Ruslandkenner Hans van Koningsbrugge vooral een verhaal van slechte persoonlijke verstandhoudingen en gemiste kansen. De historicus zei dat dinsdag in een oratie aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Peter de Grote – Godfrey Kneller, 1698
Op vijfentwintigjarige leeftijd ondernam Peter de Grote in 1697 een reis door verschillende Europese landen en hij deed toen ook Nederland aan. Incognito nam hij een kijkje bij scheepstimmerwerf in Zaandam.

Hij wilde er de kneepjes van de scheepsbouw te leren. Als de inwoners van Zaandam ontdekken dat de tsaar in hun dorp is neergestreken, wordt het Peter de Grote allemaal wat te druk en besluit hij uit te wijken naar Amsterdam waar hij vervolgens de kans krijgt om rond te kijken op een VOC-werf. Behalve over scheepsbouw leert de tsaar van alles over horlogemaken, doodskisten timmeren, etsen, secties verrichten, papierscheppen en zijdespinnen.

Iconisch beeld

Het iconische beeld van de tsaar die op scheepswerven in de Nederlanden op zoek is naar kennis voor zijn maritieme oorlogsmachine is bekend, maar veel minder bekend is dat de verstandhouding tussen de tsaar en de Nederlandse regenten ronduit slecht was. Van Koningsbrugge:

Alle Russische doelen liepen stuk op onwil in de Republiek. De Nederlanders vonden de tsaar te nieuwsgierig en waren mede daarom niet bereid veel voor de Russen te doen.

In 1716-1717 bracht de tsaar een tweede bezoek aan de Nederlanden. In de tussentijd had de tsaar naam gemaakt, onder meer als de heerser die Karel XII van Zweden verslagen had. Hij was een factor om rekening mee te houden, maar dit tweede bezoek aan ons land liep desondanks uit op een complete mislukking. Exemplarisch: toen de zwangere echtgenote van de tsaar tijdens het bezoek beviel maar het kind kort daarna overleed, resulteerde dit op het Binnenhof in opluchting: er hoefde nu geen doopgeschenk meer te worden aangeschaft. De suggestie van een geschenk van duizenden dukaten aan de tsarina werd door de Amsterdamse Oostzeehandelaren openlijk naar de prullenbak verwezen.

Machtsbalans

Peter I in gesprek in Holland – anoniem, 1697-1700 – © State Hermitage Museum, St Petersburg
Peter I in gesprek in Holland – anoniem, 1697-1700 – © State Hermitage Museum, St Petersburg
De machtsbalans in het Oostzeegebied veranderde op het moment dat het Rusland van Peter de Grote succes begon te behalen in de Grote Noordse Oorlog. Die oorlog, met Rusland en Zweden als voornaamste tegenstanders, zou de definitieve neergang van Zweden als grote mogendheid inluiden. De Republiek der Verenigde Nederlanden was formeel neutraal, al werd tegelijkertijd Rusland heimelijk van wapens voorzien en vielen Zweedse kapers Nederlandse handelsschepen aan.

Tegen het einde van die oorlog in 1721 had de Republiek bij zowel Zweden als Rusland geen politieke invloed van betekenis meer over. De pertinente weigering om kleur te bekennen was volgens Van Koningsbrugge een belangrijke reden voor dit fiasco: zowel Zweden als Rusland concludeerde dat van de Republiek geen reële steun te verwachten viel.

Volgens de historicus lieten Nederlandse regenten zich op beslissende momenten te zeer door emoties lieten leiden. Men ergerde zich aan de Zweedse kaapvaart op Hollandse handelsschepen en aan het machtsmisbruik van Russische commandanten ten opzichte van Hollandse handelaren, die werden mishandeld terwijl hun handelswaar maandenlang werd vastgehouden. Dat gevoel werd versterkt door diplomatieke schandalen zoals de openlijke Russische ontvoering van een officier van het Groningse garnizoen en de uitwijzing van een Nederlandse diplomaat uit St. Petersburg.

Doordat Hollandse diplomaten formele excuses voor dergelijke praktijken bleven eisen als voorwaarde voor politieke zaken, plaatste de Republiek zichzelf volgens Van Koningsbrugge steeds verder buiten de ontwikkelingen die er werkelijk toe deden. “Er zijn nogal wat afslagen gemist”, stelt hij op basis van uitgebreid bronnenonderzoek. Anno 2013 zijn de verhoudingen veel beter, meent de Ruslandkenner. “De handelsbetrekkingen zijn uitstekend en men benadert elkaar rationeel. We staan er beter voor dan toen.”

Hans van Koningsbrugge is hoogleraar Russische geschiedenis en politiek aan de Rijksuniversiteit Groningen. Als historicus is hij gespecialiseerd in de Nederlandse Oostzee-betrekkingen in de achttiende eeuw en in contemporaine Russische geschiedenis en politiek.

Historiek is een onafhankelijk online geschiedenismagazine voor een breed publiek. We willen geschiedenis en actualiteit met elkaar verbinden en geschiedenisverhalen gratis toegankelijk maken.

Steun ons werk

Gerelateerde rubrieken:

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 51.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
×