Begin april 1801 behaalde een Britse vloot voor de kust van Kopenhagen een klinkende overwinning op de Deense marine. Het verhaal:
De aanleiding tot het conflict

De Engelse reactie
Al in het najaar van 1800 begonnen de Britten met de voorbereiding van een strafexpeditie tegen Denemarken. Een zwaar bewapende vloot van linieschepen, fregatten en verschillende kleinere oorlogsschepen onder leiding van admiraal Hyde Parker (1739-1807) en vice-admiraal Horatio Nelson (1758-1805) moest de Denen goedschiks of kwaadschiks overtuigen om de alliantie tegen Frankrijk te steunen. De voorbereidingen van de campagne verliepen echter moeilijker dan verwacht en de Engelsen dreigden in tijdsnood te geraken. Om te verhinderen dat de Denen de hulp zouden inroepen van hun bondgenoten diende de Britse aanval nog voor het uitbreken van de lente te gebeuren. Zolang de voorjaarsdooi niet was ingezet konden de Russische en Zweedse oorlogsschepen de dichtgevroren havens aan de Oostzee waar ze voor anker lagen immers niet uitvaren en dus ook niet in de strijd tussenbeide komen.

De Slag bij Kopenhagen
De achttiende maart 1801 zeilde de Britse vloot het Skagerak in, zette vervolgens koers naar de zeestraat van Oresund en rondde enkele dagen later het eiland Seeland om op 30 maart voor de kust van Kopenhagen voor anker te gaan. Daar kwam het over de verder te volgen strategie tot een meningsverschil tussen Parker en Nelson. Parker die eerder van het behoedzame type was, wilde de diplomatie nog een laatste kans geven, terwijl Nelson onmiddellijk de aanval wou inzetten. Parker kreeg zijn zin, maar de Denen weigerden echter te onderhandelen waarop in de ochtend van 2 april de Britten aangevoerd door Nelson tot de aanval overgingen.
De Deense vloot onder het bevel van commodore Olfert Fischer (1747-1829) was over het algemeen slecht bewapend, maar kon rekenen op de vuursteun van de talrijke kustbatterijen die in de forten rondom de stad stonden opgesteld.

Het verdere verhaal
Bij de terugkeer van de vloot in Engeland werd Nelson er onthaald als een ware held. Parker die zich tijdens de zeeslag niet bepaald strijdlustig had betoond werd van zijn commando ontheven. Nelson zelf werd voor zijn rol in de zeeslag benoemd tot admiraal.

Een eerbetoon
Enkele jaren na Nelsons dood werd voor hem op Trafalgar Square in Londen een bijna vijftig meter hoge zuil onthuld. Bovenop het imposante herinneringsmonument, een creatie van de Britse beeldhouwer Edward Hodges Baily (1788-1867), prijkt het standbeeld van de zeeheld. Op één van de vier bronzen reliëfpanelen onderaan de zuil, wordt de Slag bij Kopenhagen die beschouwd wordt als één van Nelsons meest succesvolle zeeslagen afgebeeld. Volgens een verhaal dat nog steeds hardnekkig de ronde doet, werden de reliëfs gegoten uit het brons van buitgemaakte Franse scheepskanonnen. De vier leeuwen rondom het voetstuk van de zuil zijn dan weer een ontwerp van de Engelse schilder, etser en beeldhouwer Edwin Landseer (1802-1873).