Dark
Light

De Glorieuze Revolutie

11 minuten leestijd
Aankomst in Torbay - Gravure van William Miller, geïnspireerd op J.M.W. Turner (1852).
Aankomst in Torbay - Gravure van William Miller, geïnspireerd op J.M.W. Turner (1852).
Yolande van der Deijl werkt aan een boek over de Glorieuze Revolutie, de machtsovername door de Nederlandse stadhouder Willem III van Oranje-Nassau als koning van Engeland, Schotland en Ierland in 1688/1689. Op Historiek publiceren we het eerste hoofdstuk van dit boek:


‘Engelands vrijheid, door Oranje hersteld’

Op 15 november 1688 landde prins-stadhouder Willem III (1650-1702) met een internationaal leger in Brixham, een vissersplaatsje aan de zuidwestkust van Engeland. Volgens de overlevering werd hij aan land gedragen door een visser, Peter Varwell.

Standbeeld van koning-stadhouder Willem III in Brixham – Foto’s: Yolande van der Deijl
Standbeeld van koning-stadhouder Willem III in Brixham – Foto: Yolande van der Deijl
Aan de kade van Brixham staat een obscure zuil waar Willem zijn eerste voet aan land zou hebben gezet. Iets verderop siert zijn plompe standbeeld de boulevard van het toeristische vissersplaatsje. Het beeld werd in 1889 onthuld ter herdenking van het tweehonderdjarig jubileum van de Glorieuze Revolutie. Af en toe zetten toeristen zich aan zijn enorme voeten om er hun fish & chips naar binnen te werken. Zo nu en dan landt een meeuw op het hoofd van Willem en soms ligt er een bloemenkrans. Bij mijn meest recente bezoek legde ik een houten tulp neer want Willem is mijn muze en mijn reizen door Engeland staan allen in het teken van Willem en zijn Glorieuze Revolutie.

Wie verder kijkt, leest ter linkerzijde de tekst:

“William Prince of Orange afterwards William III King of Great Britain and Ireland landed near this spot 5th of november 1688 and issued his famous declaration ‘The Liberties of England and the Protestant Religion I will maintain.”

En aan de rechterzijde:

‘Engelands vrijheid, door Oranje hersteld.’

Het zijn omstreden woorden want ‘king Billy’, zoals Willem in Engeland en Ierland genoemd wordt, zet nog altijd aan tot vurige debatten. Wie in zijn voetsporen reist, zal vaststellen dat er van Brixham tot Londen, waar Willem samen met zijn vrouw prinses Mary in april 1689 tot koning en koningin werd gekroond, veel valt te ontdekken. Zo ontvouwt zich de intrigerende geschiedenis van een ongewone revolutie rond een prins van Oranje die koning werd van het Verenigd Koninkrijk.

‘For the Protestant Religion and the Liberty of England’

Dit notoire motto, afgebeeld op de banieren die wapperden in de toppen van de masten van Willems internationale vloot, past geheel binnen de strekking van de propaganda waarmee Oranje Engeland weken voor de invasie had overspoeld. Merkwaardig, want hoewel overtuigd Protestant, maakte het Willem weinig uit wat iemand geloofde, zolang het geen politieke en economische gevolgen had. Maar omdat het dat wél had, besloot Willen uiteindelijk in te grijpen in Engeland.

Oranje hield er een verborgen agenda op na die erop was gericht Engeland in de oorlog tegen Frankrijk te betrekken en niet, zoals wel eens ten onrechte wordt gesuggereerd, om koning Jacobus II te verdrijven en zelf koning te worden. Omdat Willem half Stuart was en bovendien getrouwd met de Engelse troonopvolgster Mary Stuart II, kon hij die rol uiteindelijk rechtmatig en dus terecht claimen. Toch ben ik ervan overtuigd dat Willem liever stadhouder in Holland was gebleven als de relatie met zijn schoonvader koning Jacobus II beter was geweest, met andere woorden, als Engeland zich als een betrouwbare bondgenoot van de Republiek had getoond.

De expeditie markeerde het begin van een staatkundige, maatschappelijke, religieuze en economische ommekeer in Engeland, in het bijzonder voor het parlement. Als koning van Engeland kon Willem zonder meerderheid in het Parlement geen besluiten nemen. Dat was afwijkend want voorheen kon de soevereine koning zijn parlement naar believen bijeen roepen of naar huis sturen. Zo speelde Willem een noemenswaardige rol bij de totstandkoming van de parlementaire monarchie die later een blauwdruk vormde voor de staatsinrichting van bijvoorbeeld de Verenigde Staten.

Een Europeaan avant-la-lettre

De armada die in het najaar van 1688 de oversteek van Holland naar Engeland maakte, spreekt tot de verbeelding want Oranje pakte het groots aan. Zijn bijna zeshonderd schepen navigeerden 24 rijen diep door het Nauw van Calais. Aan de buitenzijden zeilden oorlogsfregatten met aan dek paraderende regimenten ‘met schallende trompetten en slaande trommels’. Benedendeks vuurden matrozen saluutschoten af naar Dover en Calais. Op de duinen en langs de stranden aan weerszijden van het Kanaal hielden Engelse en Franse toeschouwers gespannen de adem in. Alleen Calais antwoordde met een enkel saluutschot.

Na de landing in Brixham marcheerde de troepenmacht in zes weken van Brixham naar Londen en speelde Willem een politiek schaakspel met de koning van Engeland die uiteindelijk de benen nam naar Frankrijk. De zogenaamde Glorieuze Revolutie luidde niet alleen een nieuwe fase in voor Engeland, maar ook voor de machtsverhoudingen in Europa.

“Als een staaltje van organisatie markeert de Nederlandse invasie van Groot-Brittannië in november 1688 het hoogtepunt van het succes van de Republiek als grote mogendheid.”

Ludolf Bakhuysen. Het oorlogsschip Brielle op de Maas bij Rotterdam (1689)
Ludolf Bakhuysen. Het oorlogsschip Brielle op de Maas bij Rotterdam (1689)

Deze heroïsche constatering van de Britse historicus Jonathan Irvine Israel streelt het ego van mijn vaderlands hart, al moet gezegd worden dat de Republiek der Zeven Verenigde Provinciën zich aan het eind van de zeventiende eeuw nog nauwelijks liet gelden als supermacht. De hoogtijdagen van overvloed en weelde waren voorbij en de Glorieuze Revolutie markeerde het definitieve eind van de superioriteit en invloed van de Republiek.

Wat deed een groep Nederlanders en Engelsen aanvankelijk besluiten om in te grijpen in de politiek van Engeland? Waarom was Willem bereid de wapens op te nemen tegen Jacobus II, die niet alleen zijn oom maar óók zijn schoonvader was? En hoe kwam het dat de Franse koning Lodewijk XIV de prins van Oranje niets in de weg legde? Vragen die eigenlijk nauwelijks beantwoord kunnen worden. Het zal dan ook niemand verbazen dat de onderneming die leidde tot de Glorieuze Revolutie, doordrenkt wordt van samenzweringen en complotten.

William’s War

De Glorieuze Revolutie is door de eeuwen heen door verschillende historici beschreven, bestudeerd en verklaard. Sommigen schrijven het ‘glorieuze’ toe aan het bloedeloze karakter van de gebeurtenissen. Maar dat is betrekkelijk want deze invasie resulteerde in een nieuwe Europese oorlog, de Negenjarige Oorlog (1688-1697). Voor Schotland en Ierland pakte de coup uiteindelijk zelfs bloedig uit, hoewel het de vraag blijft of dat zonder Willems invasie ook niet zo zou zijn geweest. In Noord-Amerika werd de felle strijd tussen Frankrijk en de leden van de Grote Alliantie uitgevochten onder leiding van Engeland; een oorlog die bekend staat als ‘King William’s War’, al zette Willem nooit een voet in Amerika.

Tot op de dag van vandaag houdt Willem de gemoederen bezig in Noord-Ierland. Ieder jaar, op 12 juli, marcheren daar de protestantse Unionisten om Oranjes overwinning op koning Jacobus II in 1690 aan de Boyne te herdenken. Dat de Protestantse hardliners Willem als held hebben genomineerd is aanvechtbaar, daar kom ik in een apart hoofdstuk op terug.

Slag aan de Boyne, 1690
Slag aan de Boyne, 1690

Om inzicht te krijgen in de drijfveren achter deze opmerkelijke invasie, keren we terug naar het jaar 1685. De Engelse koning Karel II had slechts bastaarden verwekt en daarom volgde zijn broer hem op. Jacobus II was heel anders dan Karel. IJverig maar onbuigzaam en lang niet zo innemend als zijn charmante broer. Jacobus groeide uit tot een zelfingenomen en achterdochtig man. Lord Lauderdale omschreef hem in 1679 met deze woorden:

‘This good prince has all the weakness of his father without his strength’

… en even later:

‘if he had the empire of the whole world he would venture the loss of it, for his ambition is to shine in a red letter after he is dead.’

De opvattingen van de onbuigzame Jacobus waren zelden in overeenstemming met die van zijn onderdanen. Én, hij was openlijk katholiek. Dat laatste werd pas echt problematisch toen hij besloot een einde te maken aan de achterstandspositie van de katholieke minderheid door op belangrijke posten uitsluitend katholieken te benoemen. Hierdoor groeide de onrust onder de protestantse meerderheid en dreigde opnieuw een burgeroorlog.

Edict van Nantes
Edict van Nantes
In 1685 herriep de Franse koning Lodewijk XIV het Edict van Nantes. Deze verordening uit 1598 had destijds klip en klaar de rechten en vrijheden van de Franse protestanten, de Hugenoten, omschreven. Frankrijk was er toen toleranter op geworden maar met deze herroeping kwam onverhoeds een eind aan de beperkte mate van godsdienstvrijheid. Een golf van geweld ging door het land want Lodewijk liet de protestantse ketters met harde hand vervolgen. Gefortuneerde en getalenteerde Hugenoten vluchtten het land uit en trokken onder andere naar Amsterdam, Den Haag en Londen waar de mensen geschokt reageerden op de gruwelverhalen over folteringen, verkrachtingen en plunderingen. De anti-Franse sentimenten namen toe en daarmee de haat tegen de katholieken.

Maar wie denkt dat de anti-Franse gevoelens bij de Hollanders uitsluitend werden gevoed door de ooggetuigenverslagen van de Hugenoten, heeft het mis. Het grootste thema betrof het wel en wee van de handel en door de steeds hogere Franse tarieven op de import, begonnen de zaken te stagneren. Daarna volgde een verbod op de export van Hollandse haring, tenzij voorzien van een certificaat dat kon garanderen dat zij met Frans zout gepekeld was. Een nieuwe maatregel betrof een verdubbeling op de invoerrechten van fijn laken en andere nijverheidsproducten uit de Republiek waardoor het niet meer rendabel was deze op de Franse markt aan te bieden. En hoewel de regenten protesteerden en op de Franse ambassadeur inpraatten, draaide koning Lodewijk XIV in Versailles de duimschroeven voor de Nederlandse handel steeds strakker aan.

In maart 1688 klaagden de Leidse afgevaardigden in de Hollandse Statenvergadering dat de nieuwe Franse tarieven de doodsteek betekenden voor de lakenhandel. Koning Lodewijk XIV bracht de handel, scheepvaart en visserij enorme schade toe. Het was duidelijk dat Lodewijk de economische ondergang van de Republiek beoogde. Hij kwam niet eens meer zijn gemaakte afspraken, bedongen bij de Vrede van Nijmegen (1678), na. Dit kon Holland niet over haar kant laten gaan. En hoewel de regenten aandrongen bij het Franse corps diplomatique om iets aan de situatie te doen, leidde het nergens toe.

Een katholieke troonopvolger

Koning-stadhouder Willem III
Koning-stadhouder Willem III
Willems strategie was, geheel in de traditie van Oranje, militair van aard. Maar zijn motivatie om zich in Engelse aangelegenheden te mengen, ontsproot aan louter politieke en internationale betrekkingen. De stadhouder was er op uit Engeland in zijn anti-Franse kamp te krijgen. Het Anglo-Nederlands bondgenootschap stond met koning Jacobus onder hoge druk. Achter de schermen deden prins Willem en zijn vertrouwelingen er alles aan om in Londen een netwerk van sympathisanten te vormen. De diplomatieke bezoeken van Everhard van Weede van Dijkvelt en Willem Hendrik van Nassau Zuylestein aan Londen in het voorjaar en de zomer van 1688 hadden precies dát opgeleverd. Een meerderheid van de lords en edelen steunde Oranje, al besefte zij de urgentie van een invasie pas echt toen koningin Mary van Modena een gezonde zoon op de wereld zette. Met deze ‘Prince of Wales’ had Engeland een katholieke troonopvolger waarop de paniek echt uitbrak. Zeven vooraanstaande edelen, de ‘onsterfelijke zeven’, ondertekenden een brief aan Willem waarin zij de geboorte van de prins van Wales als bedrog voorstelden. De ondertekenaars drongen er bij Willem op aan zo snel mogelijk naar Engeland te komen; er mocht geen kostbare tijd verloren gaan. Zij benadrukten dat Willem er zeker van mocht zijn dat zijn aanhang zou groeien zodra hij aan land ging.

Hoewel Willem geen seconde twijfelde aan de legitimiteit van de Prins van Wales, maakte hij dankbaar gebruik van de achterklap rond deze jongste telg uit de Stuart dynastie. Door de geboorte als zwendel aan de kaak te stellen, wierp Willem zich op als verdediger van de rechten van zijn vrouw. Het was vooral Mary die nauwe contacten onderhield met Londen via haar zus Anne die haar op de hoogte hield van hun stiefmoeder, Mary van Modena, en de perikelen rond het stiefbroertje, prins James Francis Stuart.

Willems motivatie om Engeland te betrekken in zijn oorlog tegen Frankrijk, verzweeg hij tijdens de voorbereidingsfase. Hij was ervan overtuigd dat als de Republiek passief zou blijven, koning Lodewijk en koning Jacobus uiteindelijk zouden samenspannen. Dan zou Holland opnieuw onder de voet worden gelopen met dit verschil dat de Fransen ditmaal zouden slagen. Dit was hét moment om in te grijpen in de Engelse situatie omdat de geboorte van James Francis Stuart voor onrust onder de bevolking zorgde. Bovendien had de Republiek, anders dan in het rampjaar 1672, nu bevriende buren in het oosten en noorden. Dit terwijl de Franse koning er steeds meer vijanden bij kreeg, zelfs paus Innocentius XI.

Onder eed van geheimhouding werd het Plan midden september aan enkele leden van de Staten van Holland onthuld. Na vergaderingen werd op 29 september besloten de expeditie te steunen. Zelfs Amsterdam, waar de weerstand aanvankelijk groot was, ging overstag, wat bewijst dat er grote belangen op het spel stonden.

Desinformatie

Waarom koning Jacobus II niet optrad tijdens de enorme vlootuitbreiding van zijn overburen is nooit bevredigend beantwoord. Spionnen en ambassadeurs bevestigden keer op keer dat de havens van Holland en Zeeland bruisten van de activiteiten maar dat zijn adviseurs, waarvan sommigen deel uitmaakten van het geheime netwerk, hem telkens op het verkeerde been zetten. Wout Troost, Willemkenner bij uitstek, suggereert dat Jacobus waarschijnlijk lange tijd niet wilde geloven dat zijn bloedeigen dochter en neef/schoonzoon een militaire actie tegen hem zouden ondernemen. Dit klinkt aannemelijk.

Karel II van Engeland
Karel II van Engeland
Na de dood van koning Karel II deden zowel Jacobus als Willem hun best om de relaties tussen de beide huizen Oranje en Stuart te verbeteren. Oude contracten werden hernieuwd en Willem bleek zelfs bereid militaire steun te verlenen om de opstand van Monmouth in het zuidwesten neer te slaan. In een persoonlijke brief aan zijn oom had Willem de koning zelfs aangeboden in eigen persoon naar Engeland te komen om zij aan zij de opstand in het zuidwesten van Engeland neer te slaan. Jacobus was geroerd maar sloeg het genereuze aanbod af. Hij accepteerde wel de Engelse en Franse regimenten uit Den Haag.

Het niet ingrijpen tijdens de voorbereidingsfase van de expeditie moet deels gebaseerd zijn op de familiebanden maar vooral op het effect van desinformatie. Want van een warme vriendschap tussen Willem en zijn oom in Engeland kon je in 1687 al niet meer spreken. De twee schreven elkaar nooit meer.

Koning Lodewijk kwam niet in actie tegen de Republiek en liet zijn Engelse bondgenoot bovendien in de kou staan. Van een alliantie tussen de twee landen was op de keper beschouwd ook geen sprake. Engeland en Frankrijk groeiden juist steeds verder uit elkaar.

Lodewijk had in de zomer van 1688 een veel urgenter probleem: een crisis in het Rijnland waar de Duitse keizer, Leopold I, na het behalen van een overwinning op de Ottomaanse veldheer Süleyman Pasa, gelegenheid had zich te mengen in een nieuw conflict en zijn legers naar Keulen stuurde. Lodewijk had zijn handen vol en daarnaast zou hij gedacht kunnen hebben dat Willem niet zo naïef kon zijn om in de slechtste tijd van het jaar aan zo’n gevaarlijke onderneming te beginnen.

De Onsterfelijke Zeven

Zo nu en dan uitte Lodewijk verbale dreigementen over een nieuwe oorlog tegen de Republiek, mocht Willem Engeland aanvallen. Het maakte geen indruk op Willem want hij wist dat de oorlog met Frankrijk toch wel zou komen. Voor hem was het van cruciaal belang dat Stuart en Oranje zij aan zij zouden vechten wanneer die oorlog uitbrak. Samen met de ‘Onsterfelijke Zeven’, topdiplomaten, spionnen en vaklieden wist Willem in zeer korte tijd een zwaar bewapende oorlogsvloot bijeen te brengen. Bijna 20.000 manschappen, een bonte verzameling van verschillende nationaliteiten, artillerie en paarden, mobiliseerden zich vrijwel probleemloos.

Toen Willem zijn regimenten verzamelde op de Mookerheide bij Nijmegen kon niets of niemand hem nog tegenhouden. Jonathan Israel betoogt dat Willem III de drijvende kracht was achter de Glorieuze Revolutie. Wie de geschiedenis van deze expeditie en haar gevolgen induikt, zal daar weinig tegen inbrengen. Ik zeker niet.

~ Yolande van der Deijl

×