Organization of Petroleum Exporting Countries (OPEC)

2 minuten leestijd
Aardolie - cc
Aardolie - cc

Op 14 september 1960 werd in Bagdad de Organization of the Petroleum Exporting Countries (OPEC) opgericht. De landen die de organisatie oprichtten zijn sterk afhankelijk van de olie-inkomsten en wilden dat de OPEC hun gemeenschappelijke belangen ging behartigen.

OPEC
OPEC
De OPEC werd opgericht op initiatief van Venezuela. Aanvankelijk waren alleen Venezuela, Irak, Saoedi-Arabië, Iran en Koeweit lid van de organisatie die in het Nederlands ook wel Organisatie van olie-exporterende landen wordt genoemd.

In de jaren na oprichting sloten verschillende landen zich bij de organisatie aan: Qatar (’61), Indonesië en Libië (’62), Verenigde Arabische Emiraten (’67), Algerije (’71), Nigeria (’71), Ecuador (’73) en Gabon (’75). Ecuador en Gabon beëindigden hun lidmaatschap in respectievelijk 1992 en 1994.

De OPEC slaagde er al snel in een belangrijke rol te spelen. De organisatie bepaalt momenteel voor een groot deel de prijs van olie. Grote olieproducerende landen die geen lid zijn van de OPEC zijn onder meer de Verenigde Staten, Rusland, Canada, Oman en Noorwegen.

Oliecrisis van 1973

Arabische leden van de OPEC kondigden in 1973 maatregelen aan tegen westerse landen die Israël steunden tijdens de Jom Kipoeroorlog. Deze oorlog begon op 6 oktober (Jom Kipoer / Grote Verzoendag) dat jaar. Egypte en Syrië vielen toen Israël binnen. Ze werden hierbij gesteund door verschillende andere landen uit de regio, waaronder Algerije, Irak, Koeweit, Libië en Saoedi-Arabië.

In reactie op de steun die westerse landen Israël gaven verhoogde de OPEC de olieprijs met zeventig procent. Daarnaast werd de olieproductie iedere maand met vijf procent verlaagd waardoor de prijs bleef stijgen. Tegen landen die Israël direct hadden gesteund, zoals bijvoorbeeld Amerika en Nederland, werd door de Arabische leden van de OPEC (vertegenwoordigd in de OAPEC) een volledige olieboycot ingevoerd. Aardolie werd voor het eerst als politiek wapen gebruikt.

Gijzeling

OPEC-hoofdkantoor in Wenen
OPEC-hoofdkantoor in Wenen
In december 1975 werden zeventig mensen in het hoofdkantoor van de OPEC in Wenen gegijzeld. Dit door zes terroristen geleid door Ilich Ramírez Sánchez alias De Jakhals of Carlos. Een Venezolaan die zich in de jaren zeventig aansloot bij het Volksfront voor de bevrijding van Palestina (PFLP). Onder zijn leiding vielen zes terroristen in december 1975 een vergadering van de OPEC-leiders binnen. Ze slaagden erin zeventig mensen te gijzelen, waaronder elf ministers van OPEC-landen, delegatieleden en medewerkers.

De gijzeling moest de Palestijnse kwestie weer wereldwijd onder de aandacht brengen. Carlos eiste van de Oostenrijkse regering dat er op de radio een verklaring werd voorgelezen waarin onder meer gezegd werd dat Israël, de VS en een aantal Arabische landen achter een internationaal complot tegen de Palestijnen zaten. De Oostenrijkse regering willigde deze eis in. Wat hierin zeker meespeelde was dat de gijzeling zich enkele jaren na het gijzelingsdrama van de Olympische Spelen in München van 1972 afspeelde.

Nadat de eis was ingewilligd vluchtten de gijzelnemers naar Libië. Vaak wordt Libië ook gezien als de opdrachtgever of initiatiefnemer van de gijzelingsactie.

Lees ook: Oliecrisis van 1973 – Oorzaken & gevolgen

Historiek is een onafhankelijk online geschiedenismagazine voor een breed publiek. We willen geschiedenis en actualiteit met elkaar verbinden en geschiedenisverhalen gratis toegankelijk maken. Steun ons werk

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 53.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×