Dark
Light

Goed boeren volgens Cato de Oudere

De Agri Cultura (‘Over de landbouw’) – Cato
Auteur:
4 minuten leestijd
Beeld uit de Romeinse tijd - Een boer haalt de oogst binnen (Publiek Domein - wiki)
Beeld uit de Romeinse tijd - Een boer haalt de oogst binnen (Publiek Domein - wiki)

De Romeinse consul, censor en grootgrondbezitter Cato de Oude (234-149 v.Chr.) publiceerde rond 160 voor Christus het werkje De Agri Cultura (‘Over de landbouw’). Dit soortement van handboek voor de Romeinse kapitalist, is het oudst overgebleven Latijns proza. Het werk werd in 1996 vertaald door Vincent Hunink, onder de titel Goed Boeren. Een heruitgave van deze vertaling verscheen recent bij uitgeverij Athenaeum.

Buste van Cato de Oudere (Publiek Domein - wiki)
Buste van Cato de Oudere (Publiek Domein – wiki)
Cato de Oude stond niet direct bekend als een vernieuwer, maar zijn werk over de landbouw was in zekere zin wel vernieuwend. In Cato’s tijd zochten Romeinse prozaschrijvers namelijk nog vooral aansluiting bij de dominante Griekse cultuur en men schreef ook in het Grieks. Zo niet Cato. De Agri Cultura is volledig in het Latijn geschreven. Het is het enige werk van de beroemde Romeinse consul dat is overgeleverd. Cato’s belangrijkste werk, Origines (Oorsprongen), bevatte onder meer een Latijnse beschrijving van de vroege geschiedenis van Italiaanse steden, maar is helaas verloren gegaan.

Literaire waarde

De Agri Cultura is proza, maar niet direct een literair meesterwerk. Anders dan bijvoorbeeld VergiliusHet boerenbedrijf uit 29 v.Chr., dat een uitgesproken literair karakter heeft, is het werk van Cato extreem concreet en bondig geschreven. Vincent Hunink in de interessante inleiding van zijn vertaling:

“De zinnen zijn compact, boers en lapidair, de woordkeus lijkt weinig variatie te vertonen, en de opbouw en structuur van de langere passages ogen uitgesproken los en rommelig. […] Als geheel roept het werk de vraag op of er überhaupt een samenhangend plan aan ten grondslag ligt: het lijkt soms of we een serie los aaneengeregen raadgevingen te lezen krijgen.”

Niet direct een aanbeveling om het werk eens ter hand te nemen, maar toch is dat zeker de moeite waard. Terecht wijst Hunink er ook op dat Latijns proza in de tijd van Cato nog helemaal niet bestond. De consul gaf met zijn werk juist de eerste aanzet in die richting. Ook literair is De Agri Cultura daarmee interessant. Hoewel Cato vermoedelijk niet direct literaire aspiraties had, probeerde hij volgens zijn vertaler wel degelijk te stileren.

“Zo is te zien hoe hij streeft naar het aanbrengen van enige variatie in zinsbouw en woordkeus. Ook probeert hij zinnen meer te stroomlijnen door het onderwerp gelijk te houden, al lukt dat niet overal. Hij vermijdt echte spreektaal en zoekt juist naar enigszins ouderwetse, gedragen woorden. Zelfs klank- en stijlfiguren.”

De agri cultura (XV sec., Biblioteca Medicea Laurenziana, pluteo 51.2) (CC BY 3.0 - Sailko - wiki)
De agri cultura (XV sec., Biblioteca Medicea Laurenziana, pluteo 51.2) (CC BY 3.0 – Sailko – wiki)

Praktische tips

Hunink omschrijft De Agri Cultura als een soort kruising van een agrarisch leerboek en de Enkhuizer Almanak. Cato geeft in het werk allerhande tips over het boerenbedrijf, uiteenlopend van de aankoop van een boerderij tot het pekelen van ham. Een ziek rund kan volgens Cato bijvoorbeeld genezen worden door het een rauw kippenei te voeren. Daarmee is de boer er echter nog niet. Daags erna dient men het rund ook nog wijn te voeren waarin een bolletje look is verwerkt. En wie een hond heeft kon het dier overdag het beste opsluiten. Hierdoor zou de hond ’s nachts waakzamer en scherper zijn.

Historisch interessanter is waarschijnlijk Cato’s beschrijving van de handelingen die Romeinse boeren dienen te verrichten voordat men bomen kapt in een woud. Cato adviseert eerst een varken als zoenoffer te brengen en daarbij de volgende formule uit te spreken:

“Hetzij gij een god, hetzij een godin zijt aan wie dit heilige toebehoort; zoals het regel is aan u met een varken een zoenoffer te brengen omwille van het besnoeien van dit heilige en omwille dezer dingen; hetzij ik, hetzij iemand anders op mijn bevel dit heeft gedaan – dat dit naar behoren is gedaan, omwille hiervan wil ik, met het slachten van dit varken als zoenoffer, u bidden in goede gebeden dat gij welwillend en goedgunstig zijt jegens mij, mijn huis, mijn personeel en mijn kinderen. Weest gij omwille dezer dingen geëerd door het slachten van dit offer als zoenoffer.”

Praktische tips had Cato ook voor boeren die te maken kregen met slecht weer. Niks doen was absoluut niet nodig. Tijdens de regenachtige uren kon men het personeel bijvoorbeeld mest naar de mesthoop laten brengen, erf en hoeve laten schoonmaken of kleine reparaties laten uitvoeren. Cato:

“Bedenk dat als er niets gedaan wordt, de kosten er niet minder om zijn.”

De Romeinse agricultuur

In zijn inleiding staat Hunink ook kort stil bij de landbouwgeschiedenis in het Romeinse Rijk. Van oudsher was de landbouw in het gebied met name gericht op de graanbouw en werd deze hoofdzakelijk bedreven door kleine bedrijfjes van vrije burgers. Deze richtten zich vooral op de voorziening in de eigen behoeftes. Na enige tijd ontwikkelde zich echter ook een kleine klasse van middelgrote boeren. De Romeinse militaire veroveringen maakten grotendeels een eind aan deze situatie. Uit veroverde gebieden werd op grote schaal goedkoop graan ingevoerd. De kleinere Romeinse boeren konden hier niet tegenop concurreren en verdwenen vanaf ongeveer 200 na Christus. Veel boeren namen vervolgens dienst in het leger.

Bezittende klasse

Goed boeren
Goed boeren – Cato
In de omgeving van Rome ontstonden steeds grotere boerenbedrijven die zich richtten op winstgevende producten als druiven en olijven. Deze waren eigendom van grootgrondbezitters uit de hoogste klassen, die ook profiteerden van een enorme toestroom van krijgsgevangenen die ingezet konden worden als slaven.

Cato’s werk was bedoeld voor deze deze rijke grootgrondbezitters en dus niet voor de kleine particuliere boer. Hunink:

“Daarmee is ook een politieke dimensie in Cato’s motieven aangegeven. Hij verdedigt de economische belangen en daarmee de heerschappij van de bezittende klasse.”

Boek: Goed boeren – Cato
Meer Romeinse Rijk

Bekijk dit boek bij:

Bekijk dit boek bij Historiek Geschiedenisboeken

Oprichter (2008) en algemeen beheerder Historiek. Wil via de site historische achtergronden toegankelijk maken voor een breed publiek. Dit onder het motto: "Omdat we ook van gisteren zijn".

Gerelateerde rubrieken:

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 51.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
×