Onder redactie van Annemiek te Stroete en Gabri van Tussenbroek is bij uitgeverij Matrijs een prachtige bundel verschenen over de geschiedenis en actuele situatie van de Amsterdamse grachtengordel. Het zeventiende-eeuwse grachtenstelsel binnen de Singelgracht staat sinds 2010 op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO. Reden genoeg om vanuit historisch perspectief aandacht te besteden aan dit thema.
Het relaas bestaat uit zes goedgeschreven hoofdstukken, die overigens – dat vind ik persoonlijk jammer – niet worden voorafgegaan door een inleiding. Daardoor begint het boek wat stuurloos, want een hoofdvraag, historiografisch overzicht en een rechtvaardiging ontbreken. Ondanks deze omissie is de inhoud van De Amsterdamse grachtengordel interessant genoeg om de lezer te blijven boeien.
Woongebied en musea
In het eerste hoofdstuk gaat Jan Vredenburg in op de vroege ontwikkeling van de grachtengordel. Hij schrijft:
“Van circa 1428 tot 1585 was het Singel de grens van Amsterdam geweest, waarna deze werd verplaatst naar wat nu de Herengracht is, tussen de Brouwersgracht en de Blauwburgwal. Voor de bouw van de stadsuitbreiding tussen het Singel en de westzijde van de Prinsengracht werd de bodem opgehoogd met grond die was vrijgekomen bij het graven van de grachten. De wegen en straten werden met zand verhoogd, dat werd aangevoerd van een strook land achter de duinen bij Haarlem en uit ‘s-Graveland.” (18)
In de loop van de eeuwen is de grachtengordel van Amsterdam hoofdzakelijk woongebied gebleven, waarbij verscheidene panden zijn verbouwd tot winkel, kantoor of hotel. Na de Tweede Wereldoorlog raakten veel oude pakhuizen in onbruik, waarna ze tot appartementen werden omgebouwd. Voorts hebben zich veel musea in de historische grachtengordel gevestigd, zoals het Bijbels Museum, het Tassenmuseum Hendrikje, Museum Het Rembrandthuis, Museum Van Loon en het Anne Frankhuis.
Tolprivilege
De overige bijdragen in de bundel gaan over de groei van een kleine veennederzetting tot handelsmetropool, de aanleg van de grachten, de natuur rond de grachten, de architectuur, handelen kunsten, het menselijk samenleven en de grachtengordel in de moderne tijd.
Het hoofdstuk van bouwhistoricus Gabri van Tussenbroek is vanuit historisch oogpunt interessant. Hij verhaalt onder meer van het tolprivilege dat Amsterdam in 1275 van Floris V kreeg, de bouw van de Nieuwe Kerk op de huidige Dam (eind veertiende eeuw), de stadsbrand van 1421 en de ontdekking in 2012 van het oudst bekende huis van Amsterdam aan de Warmoesstraat 90 (gebouwd in 1485).
Slot
De Amsterdamse grachtengordel is een fraai opgemaakte bundel. Het boek bevat veel prachtige foto’s, kaarten, portretten en schilderijen, en het leest gemakkelijk weg. Achter in het boek zijn voetnoten, een literatuurlijst en uitgebreide indices te vinden.
Boek: De Amsterdamse grachtengordel – Werelderfgoed sinds de Gouden Eeuw