In de zomer van 2020 deed het instituut voor internationale betrekkingen Clingendael onderzoek naar het Russisch imago in Nederland. Het ging te rade bij 23.000 landgenoten. Hieruit kwam naar voren dat 35 procent van de ondervraagden de Russen nog steeds als een bedreiging ziet, ook al is het communisme vervangen door de heerschappij van de alleen op papier democratische Vladimir Poetin. Ruim een derde vertrouwt Moskou dus niet. Dat is veel, maar in de jaren vijftig lag het percentage vermoedelijk nog een stuk hoger. Alleen de leden van de Moskou-gezinde communistische CPN vreesden toen niet voor een Russische inval. En hun aantal was nogal bescheiden. Slechts vier zetels haalde de partij bij de Tweede Kamerverkiezingen van 1956.
Een paar maanden na die verkiezingen vond de Russische inval in Hongarije plaats. Daarbij werd een hardhandig einde gemaakte aan de Hongaarse Opstand tegen het communisme onder leiding van premier Imre Nagy. Het waren tijden waarin de wereld er – althans in hedendaagse ogen – overzichtelijk uitzag. Je had het Oostblok, ofwel het Warschaupact, dat onder de knoet zat van de Russen. En je had het ‘vrije Westen’, zoals dat genoemd werd. Moskou zorgde ervoor dat dat zo bleef. Zelfs geen begin van een flirt met de ‘kapitalistische democratie’ werd geaccepteerd, zoals de Hongaren moesten ondervinden.
In Nederland – en ook in de andere westerse landen – kreeg de Russische inval in Hongarije een woedend, zij het ook angstig, onthaal. De grenzen gingen open voor Hongaarse vluchtelingen. Er werden kleren en andere goederen ingezameld om de onderdrukte bevolking in het verre land (in de jaren vijftig kwamen de meeste mensen nooit in het buitenland) te helpen. De Nederlandse Olympische ploeg trok zich uit protest terug van de spelen in het Australische Melbourne.
Katholieke middenstanders
Dit alles beschrijft Tony van der Meulen, voormalig hoofdredacteur van De Tijd en het Brabants Dagblad, in zijn boek Russenangst. Het is geen objectieve geschiedschrijving; Van der Meulen bekijkt alles vanuit zijn eigen perspectief. Hij groeide op als kind van katholieke middenstanders in de Friese plattelandsgemeente Joure. Een gemeenschap waar hard werken en veel bidden het devies was, al leek geluk toen wat gewoner dan heden ten dage
De persoonlijke aanpak zorgt voor een originele invalshoek. Tegelijk krijgt het boek hierdoor af en toe iets kneuterigs: jeugdsentiment jaren vijftig. Het roomse element speelt bovendien een wel erg grote rol. Katholieken vreesden de Russen vooral omdat zij het Rode Gevaar zagen als een bedreiging van hun eigen religie.
Pas op ongeveer de helft van Russenangst verlaat Van der Meulen het Joure van zijn kinderjaren. Hij gaat in Groningen Nederlands studeren en belandt vervolgens in de journalistiek. Maar het thema Russenangst blijft hem bezighouden. Zijn boek bevat onder meer een beschrijving van een reis met scholieren door het Berlijn van de jaren zeventig, toen nog verdeeld in het door een afschrikwekkende Muur gescheiden Oosten en Westen. Ook wordt geciteerd uit interviews die de auteur ooit had met bekende Nederlanders als (wijlen) politica Marga Klompé, hoogleraar Slavische letteren Karel van het Reve en toenmalig CPN-Kamerlid Marcus Bakker over hun ervaringen met Rusland. De Russische inval in Afghanistan en het neerhalen van de MH17 boven Oekraïne komen eveneens voorbij.
Orbán
Het relaas eindigt met een wrange beschrijving van het Hongarije van onze dagen. Eenmaal bevrijd van het communisme greep Viktor Orbán – nota bene ooit een leider van het verzet tegen de Russische overheersing – de macht om het land geleidelijk aan te veranderen in een streng katholieke quasi-dictatuur. Oppositionele geluiden zijn er nauwelijks nog te horen, daar zorgen de autoriteiten wel voor. Net als toen de Russen het nog voor het zeggen hadden.
Helemaal op het einde van het boek wandelt Van der Meulen nog even door Joure. Sommige dingen zijn hetzelfde gebleven, maar het meeste niet. Zelfs de koeien die in een weiland roerloos naar het water staren, blijken veranderd: ze zijn gemaakt van ‘weerbestendig polyester’. Of dat zonder de Russische dreiging niet gebeurd was, valt overigens te betwijfelen.
Boek: Russenangst – Tony van der Meulen
Ook interessant: De CPN in de Koude Oorlog (serie)
…of: Red Scare – de ‘Rode Angst’ en het McCarthyisme