Dark
Light

‘Egyptische priesters stierven jong door vet eten’

1 minuut leestijd

Veel priesters uit het oude Egypte stierven jong door hartkwalen, veroorzaakt door de vette gerechten die werden geofferd aan de Goden. Die conclusie trekken wetenschappers van de Universiteit van Manchester in het wetenschappelijke magazine The Lancet.

De ziekte atherose (aderverkalking) lijkt tegenwoordig een mode-verschijnsel, omdat steeds meer mensen te vet eten. Het bleek echter ook al voor te komen voordat de frituurpan werd uitgevonden. Onderzoekers van de universiteit hebben op basis van vertaalde hiërogliefen en onderzoek bij mummies geconcludeerd dat veel priesters een te hoge dosis vet en calcium in hun aderen hadden, waardoor de kans op een hartstilstand of een beroerte groter was.

Zaken als rundvlees, vet gevogelte, brood, cake en wijn werden geofferd aan de goden. Het brood werd vaak vermengd met vet. Melk,eieren en de cakes werden gebakken met dierlijke vetten en oliën. Ook werd veel zout gebruikt. Allemaal voedsel waar tegenwoordig veelvuldig voor wordt gewaarschuwd, maar die in de Oude Egyptische tijd over bleven na een offer. Vaak werden ze verdeeld onder het personeel dat het meenam naar hun familie. Veel priesters aten zelf echter teveel van de ongezonde offers. Hun leven ‘als god’, verkortte hun leven daardoor zeer. Ook hun familieleden werden volgens de onderzoekers dikwijls slachtoffer van het vette voedsel.

De onderzoekers uit Manchester hielden onlangs 22 mummies onder een scanner. Van de zestien mummies, waarvan de aders en het hart goed te bekijken was, bleken negen last te hebben gehad van aderverkalking. Dat is mogelijk het gevolg van het dieet volgens de hiërogliefen waarin bovendien wordt gesuggereerd dat sommige priesters het te offerde voedsel soms helemaal zelf op aten zonder het te offeren.

Onder de gewone burgerbevolking kwam aderverkalking zelden tot nooit voor in het oude Egypte. Doorsnee Egyptenaren aten vaak vegetarisch, vooral granen en groente.

×