Niet ver van het Vlaamse Parlement, op de Leuvenseweg in Brussel, staat het standbeeld van generaal Henri Brialmont die in de geschiedenisboeken vaak omschreven wordt als de Belgische Vauban. Het beeld is een creatie van de Antwerpse kunstenaar Frans Huygelen (1878-1940) en werd in mei 1928 door koning Albert I onder ruime publieke belangstelling ingehuldigd.
Brialmont’s militair parcours
De jonge Henri werd in 1821 geboren te Maagdenberg nabij Venlo binnen een invloedrijke familie. Zijn vader, generaal Mathieu Brialmont, was naast minister van Oorlog in het recent onafhankelijk geworden België eveneens vleugeladjudant van koning Leopold I. Henri Alexis besliste al spoedig om in de voetsporen van zijn vader te treden. Na zijn studies aan het atheneum van Antwerpen bereidde hij zich voor op het toelatingsexamen van de Koninklijke Militaire School in Brussel. in juni 1839 ving hij zijn militaire opleiding aan. Twee jaar later werd hij gepromoveerd tot onderluitenant.
Na het beëindigen van zijn applicatieschool kreeg hij zijn eerste affectatie als genieofficier in Luik. Vanaf dat moment nam zijn carrière een hoge vlucht. In 1847 werd Brialmont benoemd tot luitenant en nog datzelfde jaar overgeplaatst naar het kabinet van de minister van Oorlog, Pierre Chazal. In die periode publiceerde Brialmont “Eloge de la Guerre”, een pamflet waarin hij de noodzaak beklemtoonde van een sterk Belgisch leger. Enige tijd later verscheen zijn boek: “Considérations politiques et militaires sur la Belgique”. In 1855 slaagde hij in het examen van stafofficier en werd hij bevorderd tot kapitein. Een op het eerste gezicht losstaand voorval zou kort nadien aan Brialmont’s militaire loopbaan een totaal nieuwe wending geven.
Bij een bezoek aan België van enkele Russische legerofficieren vroeg koning Leopold I (1790-1865) aan de delegatieleider, generaal Eduard Iwanowitsch Totleben, een ingenieur en expert op gebied van militaire vestingbouw, om verschillende op stapel staande projecten ter verdediging van de stad Antwerpen te onderzoeken. Een voorstel om Antwerpen te voorzien van twee ringvormige fortengordels, dat Brialmont eerder al had geopperd in één van zijn publicaties werd door de Rus als het beste ontwerp bestempeld. In 1859 werd met de bouw van de forten begonnen. Deze moesten de stad tegen beschietingen beschermen en van een eventuele inname door vijandelijke troepen behoeden. Het jaar daarna werd Brialmont tot majoor benoemd. Enkele maanden later verscheen ook zijn boek: “Etudes sur la défense des Etats et sur la fortification”. Zijn visionaire ideeën en de in die tijd vooruitstrevende inzichten inzake fortenbouw en stadsverdedigingswerken bezorgden hem snel opeenvolgende promoties. In 1874 werd hij met de graad van generaal-majoor aangesteld als directeur om de aan de gang zijnde fortificaties rond Antwerpen te superviseren.
In de zomer van 1887 besloot de Belgische regering om ook rond de steden Luik en Namen een fortengordel aan te leggen. Om de werkzaamheden te leiden werd opnieuw een beroep gedaan op Brialmont, die intussen luitenant-generaal was geworden. Voor de verdediging van Luik plande hij naast de aanleg van een reeks kazematten onder meer de bouw van zes bijkomende forten aan iedere oever van de Maas. Deze waren bedoeld om samen met reeds bestaande vestigingen zoals het ‘Fort de la Chartreuse’ en de Citadel, de Belgische neutraliteit te vrijwaren en een eventuele Duitse inval te verhinderen.
In Namen liet Brialmont tussen 1888 en 1891 negen forten bouwen: vier grote en vijf kleinere, volgens hetzelfde principe als die in Luik. De forten werden een achttal kilometer buiten het centrum van de stad opgetrokken en dienden voornamelijk om een overschrijding van Samber en Maas te beletten. Op budgettair vlak was de fortengordel echter een misrekening. De forten hadden uiteindelijk bijna twintig miljoen goudfranken meer gekost dan voorzien. De regering die een zondebok zocht wees met een beschuldigende vinger naar Brialmont en verplichtte hem om met pensioen te gaan.
Een tweede carrière
Bij de parlementsverkiezingen van 1892 werd Brialmont verkozen tot volksvertegenwoordiger voor de liberale partij. Op het politieke forum ontpopte hij zich al snel tot een uitgesproken voorstander van het algemeen stemrecht. Daarnaast ijverde hij voor een reorganisatie van het leger door het bestaand systeem van conscriptie, waarbij uitgelote rekruten hun inlijving tegen een forse betaling konden afkopen, te vervangen door een dienstplichtstelsel waar één zoon per gezin zou opgeroepen worden.
Brialmont overleed in zijn woning te Sint-Joost-ten-Node op tweeëntachtigjarige leeftijd. Geheel volgens zijn wens kreeg hij een sobere uitvaartplechtigheid zonder militaire eer.
Bekijk ook: Bezienswaardigheden in Brussel