Vandaag is het precies 101 jaar geleden dat de Nederlandse vliegtuigbouwer Frits Koolhoven (1886-1946) voor het eerst een vlucht maakte in zijn Heidevogel, het eerste vliegtuig dat hij ontwierp.
Luchtvaartpionier Frits Koolhoven werkte begin twintigste eeuw voor het autobedrijf Verwey en Lugard. Deze firma zag wel iets in de verkoop van vliegtuigen en had daarom de Maatschappij voor Luchtvaart opgericht. Koolhoven werkte hier als chef exploitatie, maar hield zich ook bezig met het ontwerpen van vliegtuigen.
Koolhovens eerste creatie was de Heidevogel, een aangepaste kopie van de Farman tweedekker. Op 7 maart 1911 steeg dit vliegtuig in Soesterberg voor het eerst op. Na eerst een paar korte rechte banen te hebben gevlogen, maakte Koolhoven met het toestel een vlucht van elf minuten. Als passagier vloog Jan Hilgers mee. Het luchtruim was voor deze Hilgers geen onbekend terrein. Hilgers had maanden eerder, op 29 juli 1910, als eerste Nederlander ooit met een vliegtuig boven Nederlands grondgebied gevlogen.
Niet lang na de historische vlucht vertrok Koolhoven naar het buitenland. Eerst naar Frankrijk en later naar Engeland waar hij tijdens de Eerste Wereldoorlog werkte als vliegtuigontwerper.
In de jaren twintig keerde Koolhoven terug naar Nederland. Zijn vliegtuigfabriek in Rotterdam behoorde, samen met die van Anthony Fokker in Amsterdam, tot de pijlers van de Nederlandse luchtvaartindustrie. In mei 1940 werd de Rotterdamse Koolhovenfabriek door Duitse bommenwerpers vernietigd.
Koolhoven en zijn vlucht met de ‘Heidevogel’
Boek: De vliegmensch, opkomst en ondergang van vliegtuigpionier Frits Koolhoven
