Aan de vooravond van wat de grootste demonstratie in Nederland ooit zou worden – op 29 oktober 1983 – blikte de organisatie wat zorgelijk vooruit. Werd de betoging in Den Haag niet teveel een kopie van die vorige demonstratie, twee jaar eerder? Toen kwamen 400.000 mensen in Amsterdam demonstreren. De leden van het dagelijks bestuur van het Komitee Kruisraketten Nee (KKN) zonnen op een verrassing.
Twee potentiële publiekstrekkers schoten hen te binnen: Willem van Hanegem, die al eens optrad bij een verkiezingskaravaan van de PvdA, en prinses Irene. Met de Kromme kwam er geen contact, maar met Irene wel! De voormalige prinses wilde wel, maar onder drie voorwaarden: ze spreekt alleen namens zichzelf en alleen als het KKN vindt dat ze ook iets te zéggen heeft. Dus niet omdat ze een Oranje is. Om haar vader – liefhebber van uniformen – prins Bernhard niet ‘onnodig te kwetsen’ verlangde ze verder dat er bij haar toespraak geen demonstrant/soldaat in uniform op het podium zou staan.
De onaangekondigde toespraak van Irene was tijdens de beroemde demonstratie in Den Haag, waaraan maar liefst 550.000 mensen deelnamen, de verrassing van de dag en… voorpaginanieuws.1
Zelfs mijn ouders waren om!
Wat weten mensen 40 jaar later nog van de demonstratie? Een vriendin, toentertijd actief in het Interkerkelijk Vredesberaad, zegt:
“Mooie herinneringen… tja volle treinen / zitten in het gangpad, overvolle pleinen, Mient-Jan en Sinie, IKV-vrienden en de vele discussies tijden de werving. Zoveel mensen die normaal gesproken nooit demonstreerden, sympathiseerden. Zelfs mijn ouders waren om.
Geen folklore
Op die zaterdag in 1983 was het kernwapendebat al zo’n zes jaar oud.1 Het begon in 1977 toen de NAVO de neutronenbom wilde stationeren (waarover verderop meer) en de CPN, de zieltogende communistische partij, besloot daartegen campagne te gaan voeren. In datzelfde najaar startte het Interkerkelijk Vredesberaad (IKV) een campagne:
‘Help de Kernwapens de wereld uit, om te beginnen uit Nederland’.
Beide initiatieven sorteerden al snel enig effect in binnen- en buitenland. Sommigen smaalden over Hollanditis, een besmettelijk virus dat overwaaide naar andere landen in West-Europa. De campagnes wisten grote groepen ervan te overtuigen dat er veel op het spel stond, alles eigenlijk: hoe kon de gevaarlijke en peperdure wapenwedloop worden beteugeld? Hoe kon een verwoestende kernoorlog worden voorkomen? Maar wat kon een klein land als Nederland doen?
Nederland gaf na de oorlog zijn neutraliteit op en blies in de jaren zestig en zeventig zijn partijtje mee in diverse bondgenootschappen. In de Europese Gemeenschappen (EG) zette minister van buitenlandse zaken Joseph Luns de Fransen de voet dwars door toegang tot de EG op te eisen voor Engeland. Binnen de NAVO waren de marges smaller. Nederland was in het bondgenootschap een kleine maar trouwe bondgenoot.3 In 1968 gebruikte Den Haag de Russische inval in Tsjechoslowakije om het defensiebudget te verhogen. In 1973 leidde de stevige pro-Israël stellingname van het kabinet Den Uyl tot een olieboycot tegen Nederland. De autovrije zondagen maakten grote indruk, al verzachtte stiekeme maar effectieve steun van de olieconcerns en andere landen de pijn. Het kleine Nederland had even een iets te grote mond gehad, maar kwam er mee weg.
In de jaren zestig kwam veel overheidsbeleid onder vuur te liggen, ook het buitenlands beleid. De Ban de Bom-beweging verzette zich al in 1961 tegen de wapenwedloop en tegen kernwapens.4 De overheidsvoorlichting in datzelfde jaar over wat je kon doen bij een kernoorlog werd door Harry Mulisch spottend Wenken voor de jongste dag genoemd.5 De Cubacrisis was een teken aan de wand. Vanaf midden jaren zestig nam een groeiende beweging de Amerikaanse bombardementen op Vietnam op de korrel. Allerlei comités namen het op voor derdewereldlanden waar de dekolonisatie tot gewapende conflicten leidde. Landenwerkgroepen rond Chili-, Nicaragua, Angola-, Mozambique en antiapartheidsbewegingen voerden ‘actie’, meestal vredig, een enkele keer gewelddadig (Rara).6
Kerken
Minder opgemerkt in die brede tegenbeweging was de ontwikkeling in de kerken. Die was tweeledig: enerzijds schreven veel mensen schreven zich uit. Blijvers en twijfelaars ontwikkelden tegelijkertijd andere opvattingen. Het moest anders en beter! Het ging minder om de eigen relatie met God en meer om de relatie met de medemens. Het verticale maakte meer plaats voor het horizontale. Binnen de kerken braken theologen oude opvattingen af. Theoloog Kuitert schreef in 1974:
‘Alles wat wij over boven zeggen, komt van beneden’. 7
Rond priesters die het Latijn, het celibaat en de bisschoppen zat waren, ontstonden nieuwe geloofsgemeenschappen. Niet overal gebeurde dat, niet iedereen deed mee, maar verandering, dat was wel de teneur.
Een vroeg voorbeeld daarvan was het hervormde kernwapenrapport uit 1962. Dat trok een grens bij het gebruik van kernwapens. Hier zouden christenen nooit hun medewerking mogen verlenen. Nu die wapens er toch waren moest de tijd – gezien als genadepauze – benut worden om tot een beter veiligheidssysteem te komen. Daartoe werd in 1966 het IKV opgericht, het Interkerkelijk Vredesberaad.8 In 1972 kwam dat beraad met nieuwe opvattingen: Nederland zou eenzijdige eerste stappen moeten zetten met als doel een ontwapeningsproces op gang te brengen. In 1977 werd die gedachte omgezet in de slagzin:
‘Help de Kernwapens de wereld uit, om te beginnen uit Nederland’.
De katholieke vredesorganisatie Pax Christi was breder georiënteerd. Deze organisatie richtte zich direct na de oorlog op verzoening, vrede en ‘nooit meer Auschwitz’. Tijdens internationale voettochten ging het onder meer om verbinding en verzoening met Duitsland. In 1966 had Pax Christi ook al kritiek op de oorlog in Vietnam.9
N-bom en kruisraketten
De campagne in 1977 begon met een manifest waarin het IKV opriep om kernen te vormen en gezamenlijk werk te maken van een kernwapenvrije wereld. De toonzetting was haast religieus – met geloof kon je bergen verzetten – en niet vrijblijvend. Als je meedeed, tekende je voor tien jaar, viel er te lezen. Het initiatief viel ongeveer samen met de discussie over de neutronenbom. Dat wapen, zo bleek, doodde mensen, maar liet gebouwen staan. De voorstanders zagen er een wapen in dat de achterstand in conventionele wapens ten opzichte van het Warschaupact kon compenseren. Tegenstanders vonden het wapen volstrekt immoreel.
De beweging ‘Stop de N-bom’ riep zoals gezegd op tot verzet. Woordvoerder Nico Schouten was tevens bestuurslid van de CPN. ‘Stop de N-bom’, zo schreef historica Beatrice de Graaf in 2004, werd door Oost-Berlijn fors gesubsidieerd. De organisatie wist meer dan een miljoen handtekeningen te verzamelen en in 1978 een demonstratie te organiseren met 50.000 deelnemers. Na 1980 nam de invloed van Schouten c.s. wel af.10
De discussie over de N-bom trof het kabinet Van Agt (1977-1981) midscheeps omdat minister van defensie Kruisinga de bezwaren deelde en op 4 maart 1978 aftrad. Het prille fusieproject van de drie confessionele partijen KVP, CHU en ARP tot CDA dreigde het eerste slachtoffer te worden van de neutronenbom. De heisa was een jaar later niet minder toen de door Bonn verlangde kruisvluchtwapens en Pershing II raketten voor opwinding zorgden. Binnen het zich formerende CDA was een dissident smaldeel uit de oude ARP hier weinig gelukkig mee. Geen wonder dat de kerkelijke vredesbeweging zich vooral op deze groep ‘loyalisten’ richtte.
Vredesbeweging
Eind jaren zeventig ontwikkelde zich dus vanuit twee hoeken een beweging tegen de automatismen van de Koude Oorlog. Ze waarschuwden met oud-president Eisenhower voor de autonome werking van het zogenaamde Militair Industrieel Complex (MIC). De zwarte komedie ‘Dr. Strangelove or how I stopped worrying and loved the bomb’ van Stanley Kubrick liet in 1964 zien dat nucleaire horror niet ondenkbaar is.11
De beweging wilde de ontspanning in de Oost-West verhoudingen voortzetten en zag in de wapenakkoorden en Helsinki-akkoorden van de jaren zeventig een goede marsroute. Men bouwde voort op academische steun van ‘polemologen’ – wetenschappers van oorlog en vrede – die volop participeerden in de opkomende vredesbeweging.
Het IKV manifest van 1977 leidde tot de oprichting van een fors aantal lokale groepen (kernen). In de jaarlijkse Vredesweek zetten ze de kernwapens op de lokale agenda. In 1983 waren er zo’n 450 kernen. IKV voorzitter Ben ter Veer doceerde aan de Rijksuniversiteit Groningen onder andere vredesopvoeding en wees voortdurend op lokale kansen. Kernen ontwikkelden tentoonstellingen, probeerden hun gemeente kernwapenvrij te verklaren, hielden enquêtes, deden onderzoek naar burgerbescherming (BB) en schuilkelders, legden contacten met Oost-Europeanen of gingen de straat op om te demonstreren.
Demonstraties
Zo ontstond een grote beweging, eerst vanuit CPN en kerkelijke hoek, later steeds breder. Vrouwen, artsen, scholieren en allerlei andere groepen zetten eigen organisaties op. D’66, PvdA en de vakbeweging sloten zich aan.
IKV en Pax Christi zochten ook internationale contacten, in West- en Oost-Europa, maar ook in de VS. September 1981 vond in Bonn een eerste grote demonstratie plaats. Op 21 november 1981 volgde in Amsterdam de eerste grote demonstratie met zo’n 400.000 deelnemers.
Intussen ging het nauwelijks meer over de neutronenbom. Alle aandacht ging naar de eerder genoemde kruisvluchtwapens en Pershing II raketten. In 1979 was de NAVO tot het zogenaamde dubbelbesluit gekomen: de plaatsing van 572 nieuwe kernwapens zou volgens dit besluit gepaard gaan met onderhandelingen over wederzijdse wapenvermindering. Het initiatief voor deze wapenronde lag bij de sociaaldemocratische regering van Helmut Schmidt, die een antwoord wilde op de dreiging van de Russische SS 20. Uit solidariteit met de Duitsers moesten ook de kleinere landen meedoen. Die traden niet graag geïsoleerd op. Nederland zegde toe 48 kruisvluchtwapens te plaatsen, maar stelde onder druk van de demonstraties de definitieve beslissing in december 1981 uit, ook omdat intussen onderhandelingen in Genève waren begonnen. De ‘nuloptie’, waar de NAVO naar zei te streven, zag de vredesbeweging als een loos gebaar.12 Dat bleek achteraf te voorbarig.
Snel een Haagse kroeg in
Herinneringen: Een andere vriend is in 1983 actief in de Vredeswinkel Groningen:
“Van de grote vredesdemonstratie in 1983 herinner ik me nog maar heel weinig. Wel nog dat wij in de Vredeswinkel speciale treinkaartjes voor de demo verkochten – aan het eind van de dag hadden we een kartonnen doos vol met duizenden guldens aan papiergeld (pinnen was er nog niet bij destijds). Met die doos onder de arm ben ik toen ’s avonds nog naar een plek elders in de stad gefietst, waar al het geld verzameld werd.
Van de demo in Den Haag zelf weet ik nog dat ik me er helemaal niet op mijn gemak voelde. Ik hield toen ook al niet van grote mensenmassa’s die leuzen schreeuwend achter een spandoek aanliepen. Ik ben toen al snel een kroeg ingedoken.
Het dubbelbesluit paste in de verslechterende sfeer in de late jaren zeventig. De ontspanningspolitiek van de jaren zestig en zeventig werd door het gerammel met raketten min of meer begraven, maar lag al gestrekt op de grond. De Sovjet-Unie intervenieerde eind 1979 in Afghanistan. In december 1981 maakten Poolse troepen onder leiding van generaal Jaruzelski een einde aan de vrije vakbeweging Solidarnosc. De grijze Russische leiders Brezjnev, Andropow en Tsjernenko en hun granieten minister van Buitenlandse Zaken Gromyko zetten tussen 1979 en 1985 de thermometer van de Koude Oorlog vele graadjes lager.
Aan die dynamiek droeg de republikeinse president Ronald Reagan het zijne bij, al was de Amerikaanse retoriek al onder diens voorganger Jimmy Carter feller geworden. Reagan besloot een verdediging te gaan opbouwen tegen de Russische strategische kernwapens. Dat Strategische Defensie Initiatief (SDI) ondergroef de afschrikkingslogica. Die bestond uit de zekerheid dat de ander een aanval altijd kon vergelden. Een eerste klap die de ander uitschakelde was dus onmogelijk. Waande één partij zich veilig, dan viel die zekerheid weg.13
Duivels
Gelet op de ijzige sfeer (Afghanistan, Polen, nieuwe kernwapens) was het niet verwonderlijk dat de vredesbeweging ook veel verzet opriep. Ter rechterzijde ontstond het ICTO, het Interkerkelijk Comité voor Tweezijdige Ontwapening, al had dat geen officiële status. Daarnaast liet het Oud Strijders Legioen (OSL) van zich horen. In de aanloop naar de demonstratie van 29 oktober 1983 kon de krantenlezer in Noord-Nederland een advertentie lezen. Als het Westen overging tot ‘eenzijdige ontwapening’ zou er een dag kunnen komen dat een Proletarische Socialistische Volksrepubliek Nederland de demonstranten van toen zou bedanken voor de vernietiging van het duivelse NAVO-bondgenootschap. De advertentie besloot met:
‘Wij danken u in de naam van Lenin’. 14
Na Amsterdam volgde een verdere verbreding van de vredesbeweging. Het IKV publiceerde in 1982 een stemwijzer maar blunderde door van een stemadvies te spreken. De kiezer had ook andere zorgen: CDA en VVD haalden een meerderheid en vormden een kabinet, waarvan Ruud Lubbers premier werd. Het nieuwe kabinet handhaafde de lijn van het vorige kabinet: instemmen met het dubbelbesluit van 1979 maar uitstel van een Nederlands plaatsingsbesluit. Binnen het CDA bleef de tweespalt over de kruisraketten echter bestaan. Jongerenbeweging CDJA was tegen.
Het Nederlands Dagblad, in die tijd verbonden met het GPV, het Gereformeerde Politieke Verbond, schrijft op 26 oktober:
“Als het de NAVO niet lukt om het plaatsingsbesluit uit te voeren worden in het Kremlin de glazen champagne of wodka geheven. Europa wordt chantabel. De demonstratie speelt het Kremlin in de kaart. Leidt dat tot een Russische machtsovername? ‘Laten we zeggen, dat men zich in ieder geval op een weg bevindt die wanneer ze consequent wordt afgewandeld, daar wel eens op uit zou kunnen lopen’. (…) Dat is de les van de jaren ’30’.
Voorjaar 1983 besloot de vredesbeweging andermaal zichtbaar te maken dat er voor plaatsing van de kernwapens geen draagvlak bestond. Het Komitee Kruisraketten Nee (KKN) kwam tot stand. Sienie Strikwerda van Vrouwen voor Vrede werd voorzitter. IKV en PvdA leverden met Mient-Jan Faber en Maarten van Traa secondanten. De leuze was ditmaal ‘Geen nieuwe kernwapens in Europa, noch in enig ander land in Europa’ en richtte zich daarmee ook tegen de SS’20’s. Lokale platforms organiseerden de deelname. De organisatie van de demonstratie liep gesmeerd; er was intussen veel ervaring opgedaan.
Naar Den Haag
Zaterdag 29 oktober was zonnig en hectisch. Er reden 3000 bussen, er waren files en opstoppingen.15 Voor de reizigers van verre was de reis geen onverdeeld genoegen. Vanuit Groningen duurde de busreis normaliter een kleine drie uur, maar nu dubbel zo lang. Een plaspauze was onvermijdelijk, maar waar? Uit angst dat de bussen wegreden plaste iedereen maar in het zicht van de bus. De laatste demonstranten kwamen pas om half vier ’s middags aan. Eenmaal in Den Haag trokken de wandelcolonnes naar het Zuiderpark of andere centrale plekken. Het was feestelijk, overal klonk muziek, het was uitgelaten, idiote uitdossingen en creatieve spandoeken bepaalden de toon. Overal waren optredens en plekken om te eten en te drinken. Het was een feest, al duude de dag lang. In de prettige chaos kon lang niet iedereen de toespraken bijwonen.
Er demonstreerden militairen in uniform. Liefst 43 organisaties deden mee, als je het Oudstrijderslegioen niet meetelt. Dat verhoogde met obligate spandoeken in de lucht de sfeer. Trouw publiceerde twee dagen later een uitgebreide fotoreportage. Daarop waren onder meer demonstrerende Franciscaner monniken te zien die t-shirts droegen waarop de bekende kernwapen-cartoon van Opland was afgedrukt. Andere foto’s toonden mensen die via spandoeken lieten zien dat ze er ook namens anderen zijn; iemand torste 239 ballonnen om de plutoniumkern te symboliseren, er waren mensen met een raket als hoofddeksel.
Een 47-jarige journalist van het Algemeen Dagblad, de Rotterdammer Cees van den Berg, woonde de demonstratie uit nieuwsgierigheid bij en schreef een sfeerverslag. Hij liet zich over de drempel trekken door de in zijn ogen prima slogan ‘Genoeg is genoeg’. Zijn observatie:
‘Een vader heeft zijn zoontje met touw aan zich verbonden om hem niet kwijt te raken; een onbekende vrouw vertelt me dat ‘de kouwe rillingen over haar rug lopen. Al die blije mensen bij elkaar. Dat vind ik zoiets geweldig dat ik wel kan huilen van ontroering’. Ze stelt me voor, schrijft van den Berg, te gaan zingen en voordat ik daarover kan nadenken is zij al begonnen: ‘wij vechten tegen de wapens, de wapens van de macht. Wij vechten tegen de waanzin, doe mee met al je kracht’. 16
700 klanten in de vredeswinkel
Zelf ben ik als bijna afgestudeerd historicus in Groningen actief in IKV en Vredeswinkel. Mijn herinnering gaan terug naar een dag ervoor.
“Woensdagavond met R. donateursfolders gedrukt (5000), de volgende avond vergaderd, vrijdags winkeldienst gedraaid. ’s Middags zijn er ruim 700 klanten in een overvolle winkel, dertienduizend gulden omzet en tegelijk folders vouwen en nieten. We werken aan drie tafels, iedereen heeft een rol. Om 6:00 uur sluit de heksenketel. Doodmoe kruip ik onder de dekens.
Zaterdag 29 oktober: Om 6:10 uur, verbazend gemakkelijk uit bed en race naar het station, waar J. en N. al wachten. We delen folders uit aan de honderden mensen die langs hollen. Om 8:15 uur racen we terug om nog net op tijd in de bus plaats te nemen. De eerste uren verlopen prima. Het weer kan niet beter. De sfeer in de bus is jolig. Tegen half een kakt de stemming in, we moeten tanken. Daarna nog twee uren in de file – vermoeid en zwaar balend komen we aan in Den Haag, dat barstensvol is. Ik bevind me in een menigte van meer dan een half miljoen mensen. We yellen ‘NEEEEEE’. Terug in Groningen ligt er bij de vredeswinkel een slot op de grond. Mijn fiets is gejat. Toch een kater.
Effecten
De opkomst is dus fantastisch, maar helpt het ook? In zijn terugblik evalueerde IKV secretaris Mient-Jan Faber, in die jaren niet uit de media weg te slaan, de demonstratie. Die was in zijn beleving toch een ‘herhaling van zetten’, een tweede Amsterdam. Was het draagvlak voor plaatsing verkleind door de demonstratie? Binnen het CDA was de verdeeldheid in elk geval groter dan ooit, het regende varianten. Waarom geen consultatief referendum, opperde CDA-dissident Sytze Faber. Of moest het parlement er een vrije stemming van maken, dus de fractiediscipline opschorten?
Ook het KKN wist niet meteen hoe men verder moest gaan. Moest de vredesbeweging zich aansluiten bij de Amerikaanse Freeze-beweging die de kernbewapening wilde bevriezen? Overgaan tot acties van geweldloze weerbaarheid zoals in West-Duitsland? Een volkspetitionnement?17
November 1983 besloten de Duitsers tot plaatsing. Ex-kanselier Helmut Schmidt, een jaar eerder opgevolgd door CDU’er Helmut Kohl, vouwde op zijn plek in de Bondsdag een papieren vliegtuigje en schreef er ‘Pershing II’ op. Toen zijn partijgenoot SPD-fractieleider Vogel zich namens de sociaal-democraten fel uitsprak tegen de raketten, gooide Schmidt het papieren vliegtuigje de zaal in.
Eind november mislukten de onderhandelingen in Genève definitief. Ondanks de schijn van een akkoord (‘walk in the woods’) liepen de Russen boos weg.18 Een akkoord bleef dus uit, tot groot chagrijn van Lubbers. In juni 1984 besloot de regering om op 1 november 1985 definitief te besluiten over plaatsing. In Woensdrecht bereidde iedereen zich op het schijnbaar onvermijdelijke voor.
In 1985 organiseerde KKN nog een volkspetitionnement met daarin 3,75 miljoen handtekeningen tegen plaatsing.19 Rond 1 november leek er zelfs nog enige bilaterale beweging te komen tussen Moskou en Nederland, maar dat ketste af. Een Russisch telegram met een uitnodiging aan Lubbers zou volgens koopman van Eeghen concessies bevatten. Het bleek allemaal niet te kloppen.20
Dat Nederland als enige West-Europese land uiteindelijk toch geen raketten plaatste, was te danken aan de druk van de vredesbeweging, de uitstel-diplomatie van de kabinetten Van Agt en Lubbers en uiteindelijk aan een akkoord tussen Moskou en Washington in 1987. In dat jaar ging de discussie alweer over andere zaken: glasnost, perestrojka en diepgaande hervormingen in Oost-Europa. En dat was vooral te danken aan de inzet van de nieuwe Russische leider Gorbatsjov. Die keek niet op een paar eerste eenzijdige, vertrouwenwekkende stappen.
Oranje gloed
Nog even terug naar 29 oktober. Irene baarde met haar optreden in Den Haag dus veel opzien en haalde alle krantenkoppen, in Nederland en internationaal. Toen ze de negenentwintigste het Zuiderpark betrad, drongen beide dochters van de nuchtere IKV secretaris er op aan haar om twee handtekeningen te vragen. KKN voorzitter Sienie Strikwerda fluisterde vlak voor haar optreden tegen Faber:
‘Ik hoop toch zo dat de zon doorbreekt als de prinses spreekt’.
Hollanditis: verzet tegen kruisraketten
De Koude Oorlog (1945-1991) – Samenvatting & Tijdlijn
Bronnen â–¼
2 – Philip Everts en Guido van Walraven, In actie voor een vredesklimaat – twintig jaar IKV, 1987;
Jacqueline Bos en Janneke Houdijk, Variaties op varianten – jaaroverzicht van vredespolitiek en vredesbeweging 1983/84, Amersfoort 1984
3 – Van Staden, Een trouwe bondgenoot – Nederland en het Atlantisch bondgenootschap 1960-1971, Antos, 1984;
4 – Kerst Huisman Ban de bom, de beweging tegen kernwapens 1960-1969, Amsterdam, PSP, 1981
5 – https://www.brabantcultureel.nl/2020/04/05/wenken-voor-de-jongste-dag/ 23 oktober 2023
6 – Een algemeen beeld bijv. bij James Kennedy, Nieuw Babylon in aanbouw – Nederland in de jaren zestig, Boom, 1995 of Piet de Rooy, Alles! En wel nu! Een geschiedenis van de jaren zestig, – Amsterdam, 2020
7 – In 1974 https://www.geheugenvandevu.nl/personen/kuitert-hm Later o.a. :Harry Kuitert, Het algemeen betwijfeld geloof, een herziening, Baarn, 1992, pag. 23
8 – Kernbewapening. Handreiking van de generale synode van de Nederlands Hervormde Kerk voor een nieuw gesprek over het vraagstuk van de kernwapens, Bijlage, Het denken in de NHK over oorlog en vrede sinds 1945, pag 126 e.v.
9 – Janneke Juffermans, Vrede draait altijd om kracht van burgers, Pax Magazine, zomer 2023
10 – https://nl.wikipedia.org/wiki/Stop_de_Neutronenbom , d.d. 21 oktober 2023 ; Beatrice de Graaf, Over de muur, de DDR, de Nederlandse kerken en de vredesbeweging, Amsterdam, 2004, pag. 91
11 – De Nederlandse titel was: Dr. Vreemdelust of: Hoe ik mijn twijfel overwon en de Bom leerde liefhebben
12 – Everts, Walraven, In actie voor een vredesklimaat, 60
13 – Peter Giesen, De Koude Oorlog was bloedlink : Russische archieven laten enorme misverstanden zien tussen Oost en West, de Volkskrant 3 november 2007
14 – A. Kamsteeg, Een omstreden advertentie, Nederlands Dagblad 26 oktober 1983
15 – Trouw, 31 oktober 1983, fotopagina met onderschriften
16 – Cees van den Berg, Temidden van de Mensenmassa, Algemeen Dagblad, 31 oktober 1983
17 – Idem.
18 – Strobe Talbott, Deadly Gambits, Great Britain, 1985
19 – https://nos.nl/artikel/2217254-lubbers-gold-als-harde-bezuiniger-maar-zag-zichzelf-als-idealist Hier wordt het getal genoemd.
20 – Het zingt rond 1 november 1985 rond en is na te lezen o.a. bij
21 – Zie noot 1.