Dark
Light

Het avondje van Wiegel (1999)

4 minuten leestijd
De Eerste Kamer in debat - cc
De Eerste Kamer in debat - cc

De Provinciale Statenleden die over een kleine maand gekozen worden, bepalen in mei de samenstelling van de Eerste Kamer. Dat wordt spannend, omdat de regeringscoalitie daar geen meerderheid heeft. Rutte III zou dus kunnen vallen doordat het zijn wetsvoorstellen niet meer door de senaat krijgt. Maar komt een op deze manier veroorzaakte kabinetscrisis in de praktijk wel eens voor?

Heel zelden. In de vorige eeuw gebeurde het maar één keer, in 1999. Na de Nacht van Wiegel in de Eerste Kamer diende het tweede paarse kabinet zijn ontslag in. Lang duurde de politieke impasse niet, want de breuk werd al binnen enkele weken hersteld. Niettemin heeft de Nacht van Wiegel een legendarische klank behouden. Alle reden om de gebeurtenissen van twintig jaar geleden nog eens de revue te laten passeren.

Voor een beter begrip van wat zich toen afspeelde, moeten we terug naar het regeerakkoord van Kok II. Of beter nog: naar de Tweede Kamerverkiezingen die daaraan vooraf gingen. Het eerste paarse kabinet, ofwel Kok I, was een groot succes geweest. De coalitiepartijen PvdA en VVD bekroonden in 1998 hun samenwerking met een fraaie verkiezingsoverwinning. De PvdA won 8 zetels en de VVD 7. Daar stond wel een verlies van ’juniorpartner’ D66 tegenover. Die partij moest er 10 inleveren.

Getalsmatig was het eigenlijk geen probleem om de coalitie voort te zetten. PvdA en VVD hadden samen voldoende zetels voor een nieuw meerderheidskabinet. Maar dat durfden de vroegere politieke aartsrivalen niet aan. Ze wilden D66 erbij als stootkussen, een partij die ideologisch zo ongeveer het midden hield tussen de sociaaldemocraten en de liberalen.

Gemor

Om D66 gunstig te stemmen kreeg het in het regeerakkoord een aantrekkelijk cadeau toegeworpen. PvdA en VVD zouden allebei een grondwetswijziging steunen die de invoering van een correctief, dus bindend referendum mogelijk moest maken. Vooral in de VVD bestonden veel bezwaren tegen deze bestuurlijke nieuwlichterij, maar voor de lieve vrede schoven de liberalen die maar opzij. Dat zorgde wel voor wat gemor in de partij, maar politiek leider Frits Bolkestein en diens opvolger na de formatie Hans Dijkstal voorzagen geen problemen.

Ook PvdA-minister van Binnenlandse Zaken Bram Peper, die de grondwetswijziging door het parlement moest zien te krijgen, had er alle vertrouwen in. Terecht, zo leek in eerste instantie. De Tweede Kamer deed absoluut niet moeilijk. Het wetsvoorstel van Peper werd door ruim twee derde van de leden gesteund, zoals bij een grondwetswijziging noodzakelijk is. Ook de VVD’ers in de Tweede Kamer toonden zich goed voor hun handtekening onder het regeerakkoord.

Maar zou het in de Eerste Kamer ook zo makkelijk gaan? Al in de aanloop naar het debat daar waren er signalen over verdeeldheid in het liberale kamp. Een deel van de VVD’ers zou de grondwetswijziging steunen, maar een ander deel aarzelde. Hoeveel VVD-senatoren hun voorstem dreigden te weerhouden, wist niemand precies. Maar dat deed er eigenlijk ook niet toe. CDA, SGP, RFF en GPV en een afgevaardigde die zich van de ouderenpartij AOV had afgescheiden, waren tegen. Elke VVD’er moest dus voorstemmen, anders zou het wetsvoorstel sneuvelen.

De ‘Nacht van Wiegel’ bij Barend en Van Dorp:

Erelid

Dat zich onder de aarzelaars, of liever gezegd tegenstanders, ook oud-partijleider Hans Wiegel bevond, was bekend. Maar alom werd gedacht dat deze routinier zich door realpolitieke overwegingen zou laten leiden. Als de grondwetswijziging het niet haalde, zou D66 het kabinet ten val brengen, had partijleider Thom de Graaf gedreigd. Zou iemand als Wiegel – erelid van de VVD nota bene – dat voor zijn rekening willen nemen?

Minister Peper en premier Wim Kok deden tijdens het debat op 19 mei 1999 een dringend beroep op de VVD-fractie om het referendum niet te verwerpen. Ook de Tweede Kamerfractie van de VVD, bijeen aan de overkant van het Binnenhof, zette de partijgenoten in de senaat via telefoontjes onder druk.

Het leek effect te hebben. Alle VVD-senatoren lieten bij de hoofdelijke stemming een al dan niet helder uitgesproken ‘voor’ horen. Alle? Nee, toch niet. Toen Wiegel aan de beurt was, klonk een onverbiddelijk ‘teugen’. Uitgerekend Wiegel had de grondwetswijziging om zeep geholpen.

De Graaf deed waarmee hij gedreigd had. Hij zegde de steun van zijn fractie aan het kabinet op. Kok moest naar de koningin om het slechte nieuws te melden.

Lijmpoging

Een lijmpoging leek aanvankelijk kansloos, maar na wat tegenstribbelen gaf D66 er toch toestemming voor. PvdA’er Herman Tjeenk Willink mocht als informateur gaan proberen de brokken te lijmen. Op 22 mei, drie dagen na de Nacht dus, ging hij aan de slag.

En waar niemand op hadden durven hopen, gebeurde. Al op 1 juni slaagden de drie fracties erin een akkoord te bereiken. D66 kreeg als genoegdoening een tijdelijke referendumwet. Die maakte alleen niet-bindende referenda mogelijk en er was dus geen grondwetswijziging voor nodig. Achteraf bleek het een fopspeen, waar nooit gebruik van is gemaakt. In 2005 werd de tijdelijke referendumwet weer ingetrokken.

Gekozen burgemeester

Ed van Thijn (CC BY-SA 2.0 - Sebastiaan ter Burg - wiki)
Ed van Thijn (CC BY-SA 2.0 – Sebastiaan ter Burg – wiki)
De Nacht van Wiegel werd zes jaar later gevolgd door nog een Nacht in de Eerste Kamer, die van Van Thijn (voormalig PvdA-fractieleider in de Tweede Kamer en minister van Binnenlandse Zaken). De PvdA-senatoren draaiden toen een andere D66-droom de nek om: een grondwetswijziging om de gekozen burgemeester te kunnen introduceren.

Na de Nacht van Van Thijn viel het kabinet niet. De schade bleef beperkt tot het aftreden van Thom de Graaf, toen minister voor Bestuurlijke Vernieuwing. Voor Wiegel reden om ietwat schamper te spreken over ‘het avondje van Van Thijn’.

Maar de Nacht van Wiegel heeft Paars II evenmin blijvend de kop gekost, iets waar het Orakel van Ljouwert wellicht stiekem op had gerekend. Uiteindelijk bleek ook zijn Nacht niet veel meer dan een avondje.

Wel moet gezegd worden dat het correctief referendum er tot dusver niet is gekomen. En of het binnenkort wel gaat lukken met de gekozen burgemeester blijft ook nog even afwachten. Ook al is die maatregel in het regeerakkoord afgesproken.

Ook interessant: De Eerste Kamer is al sinds haar oprichting omstreden
Overzicht van boeken over de Nederlandse politiek

Gratis nieuwsbrief

Meld u aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief (51.015 actieve abonnees)


Mede dankzij onze donateurs zijn al onze artikelen gratis te lezen. Op Historiek vindt u dus geen PREMIUM artikelen of 'slotjes'.

Steun ons ook

×