Dark
Light

Postume uitreiking Mobilisatie-Oorlogskruis

…aan verre nazaat admiraal Michiel de Ruyter
Auteur:
4 minuten leestijd
Jan de Ruyter de Wildt op 20-jarige leeftijd (uiterst links)
Jan de Ruyter de Wildt op 20-jarige leeftijd (uiterst links)

Het Mobilisatie-Oorlogskruis (MOK) is in 1948 ingesteld door koningin Wilhelmina voor mensen die gedurende de Tweede Wereldoorlog tenminste 6 maanden in militaire dienst waren. Niet iedereen heeft destijds de medaille ontvangen, daarom wordt er zo nu en dan nog een uitgereikt. Vandaag werd er een postuum uitgereikt aan de nabestaanden van dienstplichtig militair Johan de Ruyter de Wildt, een verre nazaat van de legendarische admiraal Michiel de Ruyter.

Helleschepen

Mobilisatie-Oorlogskruis (defensie.nl)
Mobilisatie-Oorlogskruis (defensie.nl)
Vandaag is in Den Haag postuum het MOK uitgereikt aan de dochter van dienstplichtig KNIL-militair Johan Willem (Jan) de Ruyter de Wildt. De Ruyter stierf aan boord van het Japanse ‘helleschip’ ss Suez Maru. Helleschepen waren de Japanse vrachtschepen waarmee krijgsgevangen en dwangarbeiders over Aziatische wateren werden vervoerd. Ze stonden bekend om de extreem slechte leefomstandigheden aan boord.

Na de Japanse aanval op de Amerikaanse marinebasis Pearl Harbor verklaarde de Nederlandse regering in Londen op 8 december 1941 Japan de oorlog. In Nederlands-Indië werd direct gemobiliseerd. Ook de 33-jarige Jan de Ruyter, opzichter bij het boswezen op Java, werd opgeroepen voor militaire dienst in het KNIL. Hij werd ingedeeld als motor-ordonnans bij de geneeskundige troepen. Drie maanden later, op 8 maart 1942, gaven de Nederlandse en geallieerde troepen zich over. De Ruyter kwam via verschillende krijgsgevangenkampen uiteindelijk terecht op de Molukken.

USS Bonefish

Omdat de helleschepen uiterlijk gewone vrachtschepen waren, vielen ze vaak ten prooi aan geallieerde onderzeeboten. Dat overkwam helaas ook de Suez Maru toen het op 29 november 1943 ten noorden van Bali in het vizier van de USS Bonefish kwam. Vier dagen eerder was het schip vanuit Ambon vertrokken met aan boord naast zieke Japanse soldaten meer dan 500 Britse en Nederlandse zieke krijgsgevangenen bestemd voor Soerabaja, waaronder ordonnans De Ruyter.

De USS Bonefish (SS-223) bij zijn tewaterlating op 7 maart '43
De USS Bonefish (SS-223) bij zijn tewaterlating op 7 maart ’43
De Bonefish vuurde vier torpedo’s af, waarvan er zeker een doel trof. Ongeveer de helft van de krijgsgevangen verdronk meteen. De andere helft wist in eerste instantie aan het zinkende schip te ontkomen en zich in zee drijvende te houden. De Japanse mijnenveger W12 was in de buurt en begon direct de drenkelingen te redden. De Japanners redden echter alleen de Japanse overlevenden. De krijgsgevangen werden zonder pardon in het water een voor een doodgeschoten met machinegeweren. Geen van hen overleefde.

Dat de Japanners voor dit soort transporten reguliere vrachtschepen gebruikten, was bij de geallieerden bekend. Documentairemaker Kees Maaswinkel en de Britse auteur Allan Jones stellen dat sommige van de aanvallen op helleschepen zelfs doelbewust waren, omdat geallieerde inlichtingendiensten uit de Japanse berichten zouden hebben kunnen opmaken wat de lading was. Zo ook bij de aanval op de Suez Maru. De geallieerden zullen het belang van het vernietigen van de Japanse transportcapaciteit belangrijker hebben gevonden dan de levens van krijgsgevangenen. Oorlog vraagt harde besluiten. In totaal stierven ca. 19.000 krijgsgevangenen en dwangarbeiders bij aanvallen op helleschepen.

Teken uit het verleden

Toen Jan de Ruyter krijgsgevangen werd gemaakt, was zijn vrouw zwanger van een dochter. Mevrouw De Ruyter heeft haar vader dus nooit gekend en vond pas op latere leeftijd een foto van hem. Na als klein kind samen met haar moeder de Japanse bezetting en de Bersiap te hebben overleefd, werd de opvoeding van Jans dochter overgenomen door de oudste zus van zijn vrouw. Mevrouw De Ruyter:

“In huis golden de regels van het grote Indisch Zwijgen, er werd nergens meer over gesproken, en vragen werden afgekapt. Vrienden en kennissen die mijn pleegouders later kregen wisten niet beter of ik was hun eigen kind.”

Mevrouw De Ruyter was zelf niet echt bezig met het verleden van haar vader. Pas toen zij naar de middelbare school ging, begon het te leven:

“In 1957 vertelde mijn leraar geschiedenis mij dat ik een beroemde voorvader had. Hij was gepromoveerd op een onderzoek naar het leven van Michiel de Ruyter. Het boek “De Nazaten van Michiel de Ruyter” was in dat jaar uitgekomen en daar stond ik in vermeld. Hij had speciaal voor mij een stamboom in rechte lijn vanaf Michiel uitgeschreven en daar zag ik de naam vermeld van mijn vader, zijn beroep, en de datum van overlijden “bij torpedering krijgsgevangenentransportschip Suez Maru nabij Kangean Madoera 29 november 1943”.

Mevrouw De Ruyter beschouwt het feit dat zij juist deze geschiedenisdocent trof als een teken van boven.

Eerherstel

Interneringskaart Jan de Ruyter de Wildt
Interneringskaart Jan de Ruyter de Wildt
Een ander teken of toeval vond plaats toen zij op latere leeftijd weer contact kreeg met haar jeugdliefde en haar huidige echtgenoot. Hij heeft een sterke interesse in de geschiedenis van Nederlands-Indië. Toen zij bij toeval een boekje uit zijn kast pakte, zag zij daarin een foto met mogelijk haar vader er op.

“Meestal bekeek ik zijn boeken niet, zijn onderwerpen hadden niet mijn interesse. Maar omdat de kaft er zo aardig uitzag, bladerde ik er even in en ik kwam een foto tegen van mannen met fietsen. Onder de foto stond: “Unitas Java kampioen op de sprint, Malang, 1928.”

Haar inmiddels hoogbejaarde moeder bevestigde het vermoeden.

Vandaag neemt mevrouw De Ruyter de Wildt het Mobilisatie-Oorlogskruis van haar vader in ontvangst uit handen van luitenant-kolonel b.d. Jacques Breijl (KNIL). Dit nadat zij van verschillende kanten was gewezen op het feit dat hij daar recht op had. Ze beschouwt het als een vorm van eerherstel voor haar vader, die samen met duizenden andere in Nederlands-Indië gesneuvelde militairen in vergetelheid was geraakt. De medaille zelf zal als aandenken aan haar vader worden bewaard door haar kleinzoon.

Heeft u zelf een familielid die het Mobilisatie-Oorlogskruis nooit heeft gehad? Hier kunt u de voorwaarden lezen en een aanvraagformulier downloaden.

Zie ook: KNIL-cadet ontvangt postuum Mobilisatie-Oorlogskruis
Boek: Een hele eer – 200 jaar koninklijke onderscheidingen in Nederland

Edwin Ruis MA is historicus. Hij geeft regelmatig wandellezingen in Rotterdam en Den Haag rond thema’s als spionage en oorlog, zoals de Rotterdam WO1 Spionagewandeling. Zie zijn eigen website www.voetspoorthemawandelingen.nl. Twitter/X: @E_Ruis

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 51.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
×