In Engeland is dit weekend een viool geveild die door bandleider Wallace Hartley zou zijn bespeeld toen de Titanic zonk. Het instrument bracht ruim één miljoen euro op.
De Titanic was in 1912 het grootste passagiersschip ter wereld. Een technisch wonder dat door de media en de rederij werd bestempeld als onzinkbaar. Toch zonk de Titanic tijdens haar eerste reis van Southampton naar New York. In de nacht van 14 op 15 april 1912 kwam het schip in botsing met een ijsschots. Drie uur later was de Titanic vergaan. Van de 2201 passagiers kwamen er 1517 om het leven.
Terwijl het schip zonk speelde de band van de Titanic liederen, waaronder het nummer ´Nearer My God to Thee´, om de passagiers rustig te houden.
De viool van bandleider Wallace Hartley dook in 2006 op. Het instrument bleef bewaard omdat de bandleider het vlak voor hij zelf verdronk in een koffer deed en aan zijn lichaam bond. Het duurde tien dagen voor het lijk van de muzikant werd gevonden. De viool werd hierna door de Canadese autoriteiten opgestuurd naar de verloofde van de muzikant, Maria Hartley. Na haar overlijden belandde het snaarinstrument bij het Leger des Heils. Een medewerker van deze kerkelijke hulpverleningsorganisatie schonk de viool later aan de eigenaar die het instrument deze week te koop aanbood.
Veilinghuis Henry Aldridge & Son heeft de viool uitvoerig laten onderzoek. Volgens het veilinghuis is nagenoeg zeker dat het daadwerkelijk om de viool van Wallace Hartley gaat. Men ontdekte onder meer dat het hout door zout water is beschadigd en op de bijbehorende koffer zijn de initialen WH te vinden.
Lees ook: Grote Titanic-tentoonstelling naar Amsterdam