Museum Boijmans Van Beuningen besteedt vanaf september in een speciale tentoonstelling aandacht aan het werk van de Rotterdamse kunstschilder Kees van Dongen (1877-1968).
Kees van Dongen werd in 1877 in Delfshaven bij Rotterdam geboren en studeerde aan de kunstnijverheidsschool waar hij werd opgeleid tot technisch tekenaar. In 1897 beëindigde hij die studie en vestigde hij zich in Montmartre. In dat stadsdeel van Parijs, waar men op dat nog volop bezig was met de bouw van de beroemde basiliek Sacré-Cœur, woonden toen meer kunstenaars. Onder meer kunstenaars als Picasso, Max Jacob en Juan Gris woonden in de wijk.
Rond 1906 sloot Van Dongen zich aan bij de fauves, een avant-gardistische kunststroming die zich onder meer kenmerkte door fel kleurgebruik, ruwe penseelvoering en het ontbreken van schaduwwerking.
Kort hierna werd de Nederlander een uitgenodigd lid van de expressionistische kunstenaarsgroep Die Brücke in Dresden.
Kees van Dongen werd een internationaal bekende door de wereldpers gevolgde kunstenaar. De Nederlander sloot zich niet alleen bij de kunststroming van de wilden (fauves) aan, hij hield er ook een uitbundige levensstijl op na. Geregeld organiseerde hij feesten in zijn atelier en hij werd meer dan eens bezocht door filmsterren, beroemde politici en collega-kunstenaars.
Na de Eerste Wereldoorlog ging Van Dongen zich vooral bezighouden met het schilderen van portretten. Hi portretteerde met name vooraanstaande figuren uit de hogere kringen en ontwikkelde zich in de jaren twintig tot een typische Parijse societykunstenaar en bohemien. Van Dongen leerde Picasso goed kennen en deelde zelfs enige tijd een atelier met de Spaanse kunstschilder. In 1929 werd Kees van Dongen tot Fransman genaturaliseerd.
Tentoonstelling
In de tentoonstelling De grote ogen van Kees van Dongen toont Boijmans Van Beuningen ruim zestig schilderijen van de kunstenaar. De werken geven gezamenlijk een beeld van de carrière van Van Dongen. Zo is er aandacht voor zijn beginperiode en doorbraak, maar ook voor zijn vele reizen en het succes aan het eind van zijn carrière.
Belangrijk in de tentoonstelling zijn schilderijen die Van Dongen maakte naar aanleiding van zijn reizen naar Egypte, Spanje en Marokko (1910 -1913). In deze experimentele vrouwenportretten zijn duidelijk oriëntaalse invloeden te zien met weelderige decoratieve accenten.
De in de tentoonstelling opgenomen werken zijn afkomstig uit internationale collecties. Veel van de werken komen volgens het museum uit internationale privécollecties en familiebezit en zijn daarom zelden te zien voor het grote publiek.
Parijs
Gastconservator Anita Hopmans heeft twee jaar lang uitvoerig kunsthistorisch onderzoek gedaan naar Kees Van Dongen. Ze vond nieuwe gegevens over de tijd van de kunstenaar in Parijs en verwerkte die gegevens in de tentoonstelling. Hiervoor zocht ze naar werken waarmee Van Dongen de publieke aandacht trok op de grote kunstexposities en een rol speelde binnen de kunstenaarskringen van zijn tijd.
Naast de ruim zestig schilderijen wordt ook een serie tekeningen, keramiek, affiches en fotomateriaal tentoongesteld. De tentoonstelling De grote ogen van Kees van Dongen loopt van 18 september 2010 tot 23 januari 2011.
In 1967 was in Boijmans Van Beuningen ook al eens een tentoonstelling met werk van Van Dongen te zien: