De Hermitage in Amsterdam besteedt vanaf komend najaar aandacht aan drie grote namen uit de Franse schilderkunst aan het einde van de negentiende en begin twintigste eeuw: Gauguin, Bonnard en Denis. Titel van de tentoonstelling luidt: Een Russische liefde voor Franse kunst.
Na de doorbraak van het impressionisme zochten deze kunstenaars naar nieuwe artistieke wegen. Paul Gauguin (1848-1943) was een inspiratiebron voor de introverte Pierre Bonnard (1867-1947) en de theoreticus Maurice Denis (1870-1943). De laatste twee verenigden zich kortstondig met een aantal andere kunstenaars (zoals Valloton en Vuillard) onder de naam les Nabis, wat in het Hebreeuws ‘profeten’ betekent. Deze kleine groep jonge kunstenaars legden, in tegenstelling tot de impressionisten die vooral momentopnames van het licht in de natuur probeerden te vatten, de nadruk op kleur, gevoel, symbool en verbeelding. Hun werk was al snel geliefd in Paris, maar ook in Moskou.
Ivan Morozov
De rijke Russische verzamelaar Ivan Morozov was bijvoorbeeld gecharmeerd van de jeugdige talenten. Hij kocht werk aan en gaf later ook grote opdrachten. Zo vroeg hij in 1908 aan Maurice Denis om de muzieksalon van zijn huis te decoreren. De tentoonstelling in de Hermitage biedt een reconstructie van deze exclusieve kamer met zeven schilderingen en zes decoratieve panelen.
Pierre Bonnard schilderde in opdracht van Morozov de monumentale triptiek Méditerrannée. Ook dit drieluik is te zien in de tentoonstelling. In illusionaire setting: door het werk achter zuilen op te stellen wordt de illusie versterkt van een uitzicht op de Middellandse Zee.
Het werk van de Nabis wordt in de context geplaatst van Franse schilderijen en tekeningen uit de tijd vlak vóór, tijdens en direct na Nabis. Met enkele beeldhouwwerken van Auguste Rodin, Aristide Maillol en Paul Albert Bartholomé geeft de tentoonstelling verder een beeld van de veelzijdigheid van het bloeiende artistieke klimaat in Parijs in de jaren 1890.
In 1889 werd de term Nabis voor het eerst gebruikt door de jonge kunstenaarsgroep die zocht naar een nieuwe manier van schilderen. Ze waren studiegenoten aan de Académie Julian in Parijs. De experimentele durfal Gauguin werd voor hen het inspirerende voorbeeld; hij zette hen op het pad naar een andere manier van kijken en schilderen. De getoonde werken zijn gemaakt in de periode van 1890 tot het begin van de Eerste Wereldoorlog.
Fotografie
Met hun ‘platte’ schilderijen – het traditionele lineaire perspectief ontbreekt in die beginperiode – luidden de Nabiskunstenaars samen met andere vernieuwers als Van Gogh en Gauguin de moderne kunst in. Met hun schilderijen in ongemengde kleuren, hun expressieve gebruik van vorm en een sterk coloriet, baanden zij het pad voor de vrije en abstracte kunst. De onderwerpen varieerden van stadsgezichten, landschappen, religieus werk tot portretten en interieurs.
De schilders maakten ook gebruik van de fotografie om composities uit te proberen; ze ontwikkelden een fotografische manier van kijken. Zij omarmden de decoratieve schilderkunst van de art nouveau en maakten reusachtige decoratieve panelen voor de gebouwen van hun opdrachtgevers. Daarmee zochten ze de grenzen op tussen hoge en lage, tussen beeldende en toegepaste kunst.
De tentoonstelling ‘Een Russische liefde voor Franse kunst’ is te zien van 14 september 2013 tot en met 28 februari 2014