Tijdens een van de recente formatiedagen zou informateur Johan Remkes te veel alcohol tot zich hebben genomen, waardoor de besprekingen niet optimaal verliepen. ‘De drank was in de man,’ spinden anonieme D66-bronnen. Remkes zelf liet de Rijksvoorlichtingsdienst verklaren dat hij maar twee borrels ophad: één voor en één tijdens het diner. D66 nam later via een voorlichter trouwens afstand van zijn beschuldigende woorden. Kortom: geen reden tot opwinding. Een storm in een glas water. Of om in de sfeer te blijven: in een glas bier.
Het komt tegenwoordig nog maar zelden voor dat een politicus het verwijt krijgt te veel te drinken. De alcoholconsumptie in politiek Den Haag geeft daartoe weinig aanleiding. Enkele tientallen jaren geleden was dat heel anders. Op het Binnenhof werd het ene kelkje na het andere achterover gekieperd. Ministers als Henk Vredeling (PvdA) of Fons van der Stee (KVP, CDA) stonden bekend als ware drinkebroers. Ook D66-leider Hans van Mierlo had wat dat betreft een naam hoog te houden. En er waren er meer. Veel meer. Ook onder de parlementaire journalisten trouwens.
Eenmaal ontstond er zelfs een kabinetscrisis doordat er naar verluidt – want er zijn ook andere lezingen – heel wat drank in het spel was. Dat was in 1960. De gebeurtenissen van destijds belandden in de geschiedenisboekjes als ‘de jenevercrisis’.
Woningnood

Eerder had VVD-fractieleider Pieter Oud nog geprobeerd te bemiddelen. Hij begaf zich naar de fractiekamer van de ARP, want het conflict deed zich voor tussen deze fractie en haar eigen minister. Hij trof daar niet alleen een chaotische ambiance aan, maar ook een dienblad vol jeneverglaasjes. Zijn conclusie, zo luidt althans het verhaal, was duidelijk: het indienen van de fatale motie was gebeurd onder invloed. Compromissen voorstellen had in die omstandigheden weinig zin meer. Met lieden in kennelijke staat kon je toch niet verstandig praten. Oud vertrok onverrichterzake.
Stevige innemers
Het kabinet-De Quay was dus gevallen, maar dat duurde niet heel lang. Het Eerste Kamerlid W.F. (‘Gaius’) de Gaay Fortman (eveneens ARP) ondernam een lijmpoging. Muzikaal werd die ondersteund door cabaretier Wim Kan, die tijdens zijn drukbeluisterde oudejaarsconference (het waren de jaren van de radio) het lied ‘Lijmen Jan, lijmen met zijn allen’ aanhief. Al op 2 januari bleek het vertrouwen in het kabinet hersteld. De Quay en de zijnen bleven in functie tot de Kamerverkiezingen van 1963.
ARP’ers hielden overigens nog lang de reputatie van stevige innemers, hoewel er geen aanwijzingen zijn dat zij meer dronken dan bijvoorbeeld KVP’ers of PvdA’ers. Misschien komt dat door een veelgeciteerde uitspraak van hun oprichter en partijboegbeeld Abraham Kuyper:
‘Bij den chocoladeketel en de water-en-melkkaraf kweekt men geen geslacht van kloeke calvinisten.’
Ook interessant: Schiedam in het oog hebben – Herkomst uitdrukking
…of: Dronken Hitler gebruikte diploma als toiletpapier