Bij opgravingen bij Nemea op de Peloponnesos hebben archeologen een intacte tombe uit het vroege Myceense tijdperk (1650-1400 voor Christus) blootgelegd. Volgens het Griekse ministerie van Cultuur is het graf een van de grootste die in deze regio werd gevonden.
De tombe werd ontdekt op een Myceense begraafplaats in Aidonia. Het graf onderscheidt zich door een korte maar zeer brede weg, een wijde opening en een ronde koepelvormige ruimte die op sommige plekken zes meter hoog is.
Vier kuilen
Op de vloer van de grafkamer bevonden zich vier kuilen die waren bedekt met grote stenen platen – een element dat volgens het ministerie verwijst naar vroege Myceense graven. In die putten vonden de archeologen de oudste graven en serviesgoed van gedecoreerd aardewerk. Ook troffen ze sieraden, kralen van verschillende materialen, spelden, bronzen messen en zwaarden, tientallen pijlpunten van koper, obsidiaan en vuursteen en andere prestigieuze voorwerpen aan.
De Myceense beschaving, bekend om zijn vorstelijke staten, stedelijke organisatie, verfijnde kunst en schrift, had zijn bloeiperiode in Griekenland van de zeventiende tot twaalfde eeuw voor Christus.
~ Natascha Neef – Parakalo
Nog enkele foto’s uit het graf:
Foto’s: Griekse ministerie van Cultuur – ΥΠΠΟΑ
Overzicht van boeken over de Oude Grieken en Oud Griekenland