Dark
Light

Palmyra, de Elgin Marbles en ander non-nieuws

5 minuten leestijd
Palmyra - cc
Palmyra - cc

Het was Hemelvaartsdag, we doen het allemaal wat rustiger en ook journalisten nemen het er even van. En dus lezen we dat Palmyra door ISIS wordt bedreigd en krijgen we het berichtje dat de Grieken afzien van een rechtszaak over de Elgin Marbles. Over Palmyra, dat al maanden wordt bedreigd en nu nauwelijks méér nieuws lijkt dan vorig jaar, heb ik het zo meteen. Eerst even iets over de Elgin Marbles.

Het verhaal dat geen verhaal is

De prachtige sculptuur van het Atheense Parthenon die al een eeuw of twee staat opgesteld in het British Museum en die de Grieken graag terug willen: het is voor journalisten makkelijk nieuws. Iedereen weet wat het British Museum is, het conflict is vrij algemeen bekend en een van de voorvechters van de Griekse zaak is Amal Clooney, zodat er ook kan worden geschreven over het witte jurkje met groen balkmotief dat zo aardig completeerde met haar elegante zonnebril, oorbellen en naaldhakken. De Grieken weten wel hoe je nieuws moet genereren.

En dat had de journalistiek aan het denken moeten zetten. De Elgin Marbles vormen namelijk niet zoveel nieuws. Of ze in Londen of Athene zijn, maakt weinig uit: zowel het British Museum als het Akropolismuseum zorgt er goed voor. Als de culturele redacties willen schrijven over erfgoed, zijn er urgentere verhalen.

Een van de Elgin Marbles. Dit is dus geen nieuws.
Een van de Elgin Marbles. Dit is dus geen nieuws.

Het verhaal dat bleef liggen

Zo is er het verhaal dat is blijven liggen. Daarvoor moeten we terug naar februari 2011. Tijdens de Arabische Lente viel de bescherming van het Egyptische erfgoed weg. In Cairo vormden dappere demonstranten een burgerwacht, zodat het beroemde museum niet werd geplunderd, maar elders ging het wel fout. De beelden van het geplunderde museum van Malawi zijn hartverscheurend, al was het maar omdat de museumschenners in brand staken wat ze niet konden meenemen.

De geroofde oudheden zijn Egypte uitgebracht en op de zwarte markt beland. Doordat het geen journalistieke prioriteit had, zijn de details slecht bekend, maar de aandacht gaat onder meer uit naar de zogeheten Green Collection, die in weinig tijd vele honderden oudheden wist te bemachtigen, mogelijk 40.000 stukken in vijf jaar. U leest een genuanceerd verhaal in Toebosch’ Eigen Tijdschrift. Het is niet bewezen dat het gaat om heling, maar deze hypothese is minder absurd dan het idee dat de verzamelaars honderden stukken konden aankopen zonder dat bona fide handelaren daar iets van merkten.

Zogenaamde Sappho, jonge vrouw met schrijfstift en wastafel. Romeins fresco in de vierde stijl, 45-100 n.Chr., Pompeï, Regio VI, Insula occidentalis.
Zogenaamde Sappho, jonge vrouw met schrijfstift en wastafel. Romeins fresco in de vierde stijl, 45-100 n.Chr., Pompeï, Regio VI, Insula occidentalis.

Dat de journalistiek de smokkel van Egyptische oudheden liet liggen, is opmerkelijk, aangezien ze de mogelijke resultaten wel noemde. Er is wel aandacht besteed aan de ontdekking van een fragment van het evangelie van Marcus waarvan werd geclaimd dat het was geschreven in het laatste kwart van de eerste eeuw en er is ook bericht over fragmenten van Sapfo, waarvan aanvankelijk werd verteld dat ze waren gekopieerd in de vroege derde eeuw. Van beide teksten werd beweerd dat ze afkomstig waren uit mummiekartonnages (het papiermaché-deel van een mummie). Er zijn echter geen mummiekartonnages bekend van na het begin van onze jaartelling, zodat het erop lijkt dat rovers een nog onbekend grafveld hebben geplunderd (en te gelde hebben gemaakt) waar nog eeuwen een oeroude vorm van lijkbezorging werd gehandhaafd.

Is ergens in Romeins Egypte een plaats geweest waar men, als een soort Amish in Amerika, eeuwenoude gewoontes handhaafde? Beperkte dat zich tot de grafcultuur? Betrof het ook andere aspecten van hun leven? We zullen het nooit weten want de onvervangbare egyptologische data zijn vernietigd. Dat de degenen die het Marcusevangelie triomfantelijk aan de wereld toonden momenteel zwijgen en dat voor de Sapfofragmenten inmiddels andere herkomsten worden genoemd zonder dat de wetenschappers uitleggen waarom ze eerst de waarheid niet spraken, versterkt de indruk dat er iets mis is.

Het verhaal dat de media hebben laten liggen, is dat er een netwerk is ontstaan waarmee op een tot nu toe ongekende schaal oudheden weg zijn gesmokkeld uit Midden-Oosten. We weten weinig zeker: in feite hebben we alleen zekerheid over het begin van het traject, hebben we alleen vermoedens over wat in het westen is aangekomen en alleen onzekerheid over wat ertussen zit. Ik schrijf daarom steeds dat iets zo of zo “lijkt” te zijn. De zaak is onvoldoende onderzocht. De pers schreef immers liever over de Elgin Marbles.

En dat doen ze op dit moment dus weer. Terwijl een derde erfgoedverhaal zich ontwikkelt.

Het verhaal van vandaag

“Het verhaal dat de media hebben laten liggen, is dat er een netwerk is ontstaan waarmee op een tot nu toe ongekende schaal oudheden weg zijn gesmokkeld uit Midden-Oosten.”

Het lijkt erop – bewijsbaar is niets – dat het netwerk momenteel ISIS bedient. De zogenaamde Islamitische Staat plundert musea, verkoopt oudheden (dit doet Assad overigens ook) en brengt, steeds als het een nederlaag lijdt, beelden naar buiten om de aandacht af te leiden. Toen Tikrit werd heroverd, kregen we bijvoorbeeld beelden te zien uit Mosul en Hatra. De huidige berichten over de bedreiging van Palmyra zou ik ook zo willen interpreteren. Al weet ik dus niks zeker.

Er wordt echter al maanden af en aan gevochten rond en (vooral) ten oosten van de oase van Tadmor/Palmyra. Als ISIS nu weer aanvalt, lijkt het om te maskeren dat er momenteel bij ISIS een leiderschapscrisis is: de een zegt dat Al-Baghdadi terugtreedt, de ander brengt net een toespraak van hem naar buiten om te tonen wie de baas is, en een belangrijke ondercommandant is gedood. Het kan ook zijn dat het bericht naar buiten komt omdat het Assad goed uitkomt, wiens regime momenteel onder druk staat.

Besluit

We weten weinig zeker en we kunnen nog minder doen, maar kunnen wél proberen beter over erfgoed te schrijven. Ik denk dat voor de journalistiek vijf dingen centraal moeten staan.

  1. Laten we focussen op wat belangrijk is – dus niet de Elgin Marbles maar op het smokkelnetwerk (of netwerken, dat kan ook).
  2. Laten we kijken naar wat onderzocht worden kán. Onderzoek in Mosul, Hatra en Nimrud is niet zo makkelijk, maar voor elke dief is er een heler. Die leeft in Europa, Rusland, Amerika of een van de Golfstaten. En daar kunnen wél vragen worden gesteld.
  3. Laten we tonen wat niet is vernietigd. Voor bijvoorbeeld Nimrud is dit een vrij relevant punt. We kunnen ISIS’ geloofwaardigheid aantasten.
  4. Laten we kritisch blijven. Er wordt gevochten bij Palmyra maar er is, voor zover ik kan overzien, (nog) niets genoemd waaruit blijkt dat Palmyra momenteel in groter gevaar verkeert dan in de voorgaande maanden.
  5. Biedt analyses. Als ISIS straks weer iets te tonen heeft – en God geve dat het Palmyra niet is – leg dan uit dat het naar buiten wordt gebracht om de aandacht af te leiden.

En wat u zelf kunt doen: laat u niet gebruiken. Deel de informatie van ISIS niet. Hoe schokkend het nieuws soms ook is: als u berichten op de sociale media deelt, helpt u de aandacht afleiden.

~ Jona Lendering

Jona Lendering is historicus, webmaster van Livius.org en docent bij Livius Onderwijs. Hij publiceerde verschillende boeken en verzorgt een nieuwsbrief over de Oudheid. Zie ook zijn blog: mainzerbeobachter.com

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 51.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
×