Dark
Light

Rudolf Hess (1894-1987) – NSDAP-politicus en plaatsvervanger Hitler

‘Ich bereue nichts’
Auteur:
8 minuten leestijd
Rudolf Hess in 1933
Rudolf Hess in 1933

Tot 1941 was nazi-politicus Rudolf Hess (1894-1987) een van Adolf Hitlers trouwste dienaren. Hij had een hoge positie binnen de NSDAP en gold als Adolf Hitlers tweede plaatsvervanger. Op 10 mei 1941 vloog Hess, tot verrassing van iedereen, naar Schotland om vrede te sluiten met Groot-Brittannië. Hij werd gevangengezet en kwam nooit meer vrij, tot hij zichzelf in 1987 verhing. Wie was deze nazi, over wie veel complottheorieën de ronde deden?

De cel van Rudolf Hess werd constant bewaakt, onder meer om te voorkomen dat hij zelfmoord pleegde - cc
De cel van Rudolf Hess werd constant bewaakt, onder meer om te voorkomen dat hij zelfmoord pleegde – cc
Rudolf Hess was tot 1941 een van de loyaalste nazi’s en had zeker invloed op Hitler. Met iemand als Joseph Goebbels, minister van Propaganda, was hij ‘einer der Architekten des Führerkults’, aldus de Duitse historicus Wolfgang Benz. Ook was hij jarenlang – tot hij in mei 1941 richting Engeland vloog – een belangrijke raadgever van Hitler.

Jeugd en privéleven van Rudolf Hess

Rudolf Hess werd geboren op 26 april 1894 in Alexandrië, Egypte, als zoon van de Duitse handelaar Johan Fritz Hess en diens vrouw Clara Münch. Rudolf had een rijkeluisjeugd en woonde in een grote villa in een buitenwijk van de stad. Hij groeide in Egypte op in een gesloten Duitse subcultuur die hecht en sterk nationalistisch was. Zijn vader was streng en autoritair, en Rudolf had daarom een moeizame verhouding met hem. Zomers verbleef de familie Hess standaard in Noord-Beieren in Duitsland, waar ze vakantie vierden op een landgoed in Reicholdsgrün in het Fichtelgebergte.

Vanaf 1906 kreeg Rudolf Hess les van privéleraren in Alexandrië. Twee jaar later besloten zijn ouders hem naar een internaat te sturen in Bonn. Hess kreeg vanaf toen een opleiding aan een evangelische gymnasiumschool, de Otto Kühne Schule, in die stad. Hess bleek bovengemiddeld intelligent te zijn en blonk – aldus zijn docenten – met name uit in natuurkunde, astronomie en wiskunde. Hierna vervolgde hij – onder dwang van zijn vader – zijn opleiding in Neuchatel in Zwitserland. Daar rondde hij de handelsschool École Supérieure de Commerce, waarna hij een stage begon bij een handelsbedrijf in Hamburg.

In 1920 kwam Rudolf Hess in München in contact met de studente Germanistiek en Bibliotheekwetenschappen Ilse Pröhl (1900-1995). Op 20 december 1927 traden ze in het huwelijk. Op 18 november 1937 kregen ze hun enige zoon, Wolf Rüdiger Hess (1937-2001), die het peetkindje van Adolf Hitler werd.

Eerste Wereldoorlog

In de Eerste Wereldoorlog diende Rudolf Hess in het Duitse leger, waarvoor hij zich als vrijwilliger aanmeldde. Hij kreeg op 27 april 1915 een hoge onderscheiding: het IJzeren Kruis 2e klasse. Hess was operatief in de de Eerste Slag om de Ieper en vocht ook in de Slag om Verdun. In 1917 raakte hij twee keer gewond, eerst door granaatscherf aan zijn linkerarm, vervolgens door een schot in zijn borst.

Kort na de Kerst van 1917 vertrok hij naar München om daar een pilotenopleiding te volgen. Halverwege oktober 1918 was Hess klaar om als piloot te gaan vliegen, maar enkele weken later, op 11 november 1918 – voordat hij zijn eerste officiële vlucht kon maken – liep de Eerste Wereldoorlog ten einde. De nederlaag betekende een omslag in het leven van Hess, die zwaar gedesillusioneerd was: vanaf toen werd hij een fel antisemiet. Op de website Go2War2.nl lezen we hierover:

“Hess was geschokt door de nederlaag. Naar zijn mening waren de Duitse strijdkrachten nog goed in staat tot vechten. Hij legde de schuld voor de nederlaag daarom bij de Joden en de socialisten. Die zouden het Duitse leger een “dolkstoot” in de rug hebben gegeven, door opstanden te ontketenen in het vaderland en de republiek uit te roepen, waardoor de militairen hun strijd aan het front moesten staken. Naar zijn zeggen werd hij door deze gebeurtenissen in 1919 een overtuigd antisemiet.”

Aansluiting bij de NSDAP

Rudolf Hess in 1935 (Bundesarchiv - cc)
Rudolf Hess in 1935 (Bundesarchiv – cc)
Na de Eerste Wereldoorlog begon Rudolf Hess in München aan een studie Economie, geschiedenis en Wereldpolitiek (Volkswirtschaft, Geschichte und Geopolitik), een club waaruit de Deutsche Arbeiter Partei (DAP), de latere NSDAP, ontstond. In 1920 trad hij als Mitgliedsnummer nummer 16 toe tot de NSDAP. Hess stond vanaf het begin in nauw contact met Adolf Hitler en trad op als diens politiek secretaris.

Net als onder meer Heinrich Himmler, Hermann Göring, Alfred Rosenberg, Erich Ludendorff en SA-er Ernst Röhm was Rudolf Hess in november 1923 betrokken bij de mislukte Bierkellerputch in München. Hij werd opgepakt en belandde met Hitler in de gevangenis, waar hij meewerkte aan Hitlers boek Mein Kampf.

In april 1925 benoemde Hitler diens collega Rudolf Hess tot zijn privésecretaris. In december 1932 werd Hess voorzitter van de Politischen Zentralkommission van de NSDAP, een nieuwe functie die het gevolg was van de reorganisatie van de NSDAP door George Strasser (1892-1934). Deze functie was, na het leiderschap van Adolf Hitler, de hoogste positie die iemand binnen de NSDAP kon bekleden.

Op 21 april 1933 volgde een benoeming van Hitler als diens plaatsvervanger, ‘Stellvertreter des Führers’, binnen de NSDAP. Op 1 juli 1933 kreeg Hess, via een Führerbefehl, de functie van SS-Obergruppenführer, een hoge positie binnen de SS die gelijkstond aan de rang van generaal binnen de Waffen SS. Later dat jaar, op 2 december 1933, volgde nog een aanstelling als Reichsminister ohne Geschäftsbereich (Rijksminister zonder portefeuille), waarmee Rudolf Hess ook macht kreeg buiten de NSDAP.

In 1938 en 1939 nam Hess deel aan de Anschluss van Oostenrijk, waarbij de in Nederland bekende Arthur Seyss-Inquart als nieuwe Bondskanselier een hoofdrol speelde, en de inval van het Sudetenland (oktober 1938).

Hess tijdens de Tweede Wereldoorlog: de Englandflug

Op de dag dat Duitsland Polen binnenviel, 1 september 1939, benoemde Hitler hem – na Hermann Göring – als zijn tweede plaatsvervanger als Führer van het Duitse Rijk.

Op 10 mei 1941 vertrok Rudolf Hess vanuit Augsburg met een vliegtuig richting Groot-Brittannië, met als doel het stichten van vrede. Het zou zijn laatste dag als vrij man worden. Bormann had al twee eerdere pogingen ondernomen om naar Engeland te vliegen, in januari en februari 1941, dus het was geen ongelukje. Sterker nog: Hess wist dat er met Operatie Barbarossa, de geplande aanval op de Sovjet-Unie van Jozef Stalin, een tweefrontenoorlog voor de deur stond die Duitsland volgens hem nooit zou kunnen winnen. Daarom greep hij in.

De Messerschmitt van Rudolf Hess
De Messerschmitt van Rudolf Hess

In de buurt van Glasgow sprong hij rond 22.50 uur met een parachute uit een vliegtuig, omdat hij niet zeker wist of hij de Messerschmitt Bf-110 wel veilig aan de grond zou krijgen. Het plan was om een bezoek aan de Duke of Hamilton bij Strathaven te brengen, om via hem een vredesvoorstel te doen aan de hoogste Britse politici. Bij zijn landing brak Hess een enkel en werd hij gearresteerd door een Schotse boerenknecht. In een gesprek met de Duke van Hamilton maakte Hess zich bekend als Hitlers plaatsvervanger. Hamilton lichtte Winston Churchill in, die vol ongeloof reageerde maar Hess een kans bood zijn verhaal te doen.

Hess hield een urenlang betoog voor de politieke afgevaardigde Ivone Kirkpatrick, waarin hij voorstelde om Duitsland de vrije hand te geven op het Europese continent. Het Britse Rijk zou dan gespaard blijven voor Duits geweld. Zou Engeland het voorstel weigeren, dan stond het land een blokkade met U-boten te wachten en een aanval door de Luftwaffe. De Engelsen zouden dan verhongeren. Dit voorstel leek sterk op het vredesvoorstel van Hitler op 19 juli 1940. De Britse regering ging uiteraard niet serieus op Hess’ voorstel in en in opdracht van Churchill werd Hess krijgsgevangene gemaakt. Churchill liet Hess opsluiten in de Tower of London, afgezonderd van andere gevangenen

Na de mislukte Englandflug van Rudolf Hess nam op 12 mei 1941 Martin Bormann (1900-1945) diens functie van Reichsminister over en kreeg in april 1943 een aanstelling als nieuwe privésecretaris van Adolf Hitler.

Bewakers bij de Spandau-gevangenis - cc
Bewakers bij de Spandau-gevangenis – cc

Hess in Neurenberg: ‘Ich bereue nichts’

Tijdens de Processen van Neurenberg werd Rudolf Hess veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf. Tijdens zijn verdediging zei Hess dat hij nergens spijt van had: ‘Ich bereue nichts’. Vertaald sprak Hess in zijn slotverklaring, op 31 augustus 1946, de volgende woorden:

“Het was mij vergund vele jaren van mijn leven te werken onder de grootste zoon die mijn volk in zijn duizendjarige geschiedenis ooit heeft voortgebracht. Zelfs als ik het kon, ik zou deze periode niet uit mijn herinnering willen wissen. Ik ben gelukkig in de wetenschap dat ik mijn plicht jegens mijn volk, mijn plicht als Duitser, als Nationaal-Socialist, als trouwe volgeling van mijn Führer heb gedaan. Ik heb nergens spijt van.”

https://www.youtube.com/watch?v=uG9-Dhps4YI

Volgens de psychiater Leon Goldensohn, een joods-Amerikaanse onderzoeker die herhaaldelijk met de veroordeelde nazi’s in Neurenberg sprak en hen onderzocht, is het goed mogelijk dat Hess tijdens het proces ontoerekeningsvatbaar was.

Dood van Rudolf Hess

Hess in de beklaagdenbank op het Proces van Neurenberg
Hess in de beklaagdenbank op het Proces van Neurenberg
Rudolf Hess werd – als ‘nummer 7′, samen met zes andere topnazi’s – vanaf 18 juli 1947 gevangengezet in de Spandaugevangenis in Berlijn, waar onder meer ook Karl Dönitz, Walther Funk, Albert Speer en Baldur von Schirach gevangen zaten. Toen de twee laatstgenoemden in 1966 vrijkwamen, was Hess de enig overgebleven nazigevangene in die gevangenis. Hoewel de gevangenen van de geallieerden bezoek mochten krijgen, weigerde Hess tot 1969 om familieleden te ontvangen in de gevangenis. Vanaf 1969 kwamen zijn vrouw Ilse en zoon Wolf Rüdiger Hess regelmatig op bezoek bij hun man en vader.

Op 17 augustus 1987 stierf Rudolf Hess in de Spandaugevangenis in Berlijn. Hij hing zichzelf op aan een raamsnoer. Dit was overigens niet zijn eerste zelfmoordpoging, maar de laatste van minstens vier pogingen, aldus de Duitse Wikipedia-pagina:

“So stürzte er sich am 16. Juni 1941 von einem Balkon in Mytchett Place (Surrey, England), am 4. Februar 1945 stieß er sich ein Brotmesser in die Brust, am 26. November 1959 zertrümmerte [vertrapte] er seine Brille und schnitt sich mit einer der Scherben die Pulsadern auf, am 22. Februar 1977 unternahm er dasselbe mit einem Messer.”

Abdallah Melaouhi, die hem van 1982 tot 1987 als verzorger hielp in de gevangenis, gaf aan dat er op die 17e augustus niks merkbaar was aan Hess. Om 6.45 uur hielp hij Hess met wassen en aankleden, om 10.30u namen ze een ontbijt. Daarna vroeg Hess zijn verzorger om een nieuwe keramische vaas te kopen, omdat de oude kapot gevallen was. Toen Melaouhi rond 14.00u in de middag terugkeerde, was het een grote commotie in de gevangenis en bleek Hess zich verhangen te hebben.

Na de dood van Rudolf Hess sloopten de geallieerden de Spandau-gevangenis, om te voorkomen dat ze een herdenkingsoord voor neonazi’s zou worden. Het puin werd in de Noordzee gestort. Op de plek van de Spandaugevangenis verrees een winkelcentrum voor Britse militairen, het Britannia Center Spandau. Toe de Britten in 1994 vertrokken bouwde men het Britannia Center Spandau om tot een algemeen winkelcentrum.

Lees ook: Biografieën kopstukken Tweede Wereldoorlog
Boek: Hitlers handlangers
Of lees: Boeken over WO II-kopstukken

https://www.youtube.com/watch?v=F6kgNkXiyPs

Bronnen â–¼

Boeken
-Wolfgang Ben, Die 101 wichtigsten Fragen РDas Dritte Reich (2e druk; N̦rdlingen: C.H. Beck, 2008) [2006]) 79-80.
-Desmond Zwar, Talking to Rudolf Hess (Strout, UK: The History Press, 2010). Passage over de zelfmoord van Rudolf Hess.

Internet
-http://www.go2war2.nl/artikel/3824/Hess-Rudolf.htm
-https://www.britannica.com/biography/Rudolf-Hess
-https://www.dhm.de/lemo/biografie/rudolf-hess

Enne Koops (1978-2023) was historicus en docent geschiedenis en maatschappijleer aan het Rietschans College in Ermelo. Zijn interesse ging uit naar onderwerpen als religie- en cultuurgeschiedenis, oorlogen, migratie, en de geschiedenis van Noord-Amerika, Nederland en Duitsland. Publiceerde vele artikelen op Historiek. Zie ook: In memoriam

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 51.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
×