Dark
Light

Schaatsen

Berichten over (de geschiedenis van) het schaatsen. Van de Elfstedentocht tot de ontwikkeling van de eerste schaatsen.
Januari, ijsmaand

Januari, ijsmaand

In januari lag door de vrieskou het werk op het land grotendeels stil. Er was dus volop tijd om te schaatsen.
Dafne Schippers (Eric van Leeuwen - GDFL)

Het Dafne-effect

Het Dafne-effect is in de sportgeschiedenis beter bekend als het Ard-en-Keesie-effect. In de jaren 60 en 70 toen Ard en Keessie hun successen behaalden, zou er sprake zijn geweest van een sterke groei van de schaatssport in Nederland.
Schaatsers op de Loosdrechtse Plassen (cc-mundo resink)

Waarom schaatsen wij?

Deze week betoogde de Vlaamse historicus Vigor Clius op dit geschiedenisforum dat Nederlanders schaatsen omdat het schaatsen een uitlaatklep is voor calvinisten, die immers geen carnaval vieren en ook wel eens uit het strakke keurslijf van de kerk willen ontsnappen. Dat was althans de kern van zijn betoog: op het ijs zouden calvinisten loskomen van religieuze wetten en regels. In
Pieter Brueghel de Jonge - Winterlandschap met vogelval, 1631

Calvinisme op de ijspiste

Maar liefst 24! Zoveel medailles sleepte Nederland binnen op de Spelen in Sotsji. Het hoeft niet te verwonderen dat al deze medailles werden behaald in het schaatsen (23 op de lange baan en 1 in het shorttrack om precies te zijn). En ook buiten het schaatsseizoen zijn bij onze noorderburen (ex-)schaatsers graag geziene gasten in diverse tv-programma’s. Maar van waar
Schaatswedstrijd tijdens de Winterspelen van 1928 in Sankt Moritz - Foto: CC / Bundesarchiv

Schaatsen in de buitenlucht

In het Olympisch Stadion in Amsterdam wordt komend weekend het NK Allround en Sprint verreden. Buiten op kunstijs in een uniek stadion. Het kan een mooi, ouderwets feestje worden. Waarom schaatsen we eigenlijk niet vaker buiten? Wat ging er mis?
Tienjarig bestaan van de arbeidersbeweging in Oslo, 1934

Frogner tegen Bislett: de spannendste schaatswedstrijd ooit

De jaren 20. De schaatswereld is verdeelder dan ooit. Er zijn professionals, amateurs, arbeiders, communisten, staatsamateurs, de bourgeoisie en overlopers. Ze gunnen elkaar het licht niet in de ogen. En ze rijden in hun eigen competitie. Vooral de ‘arbeiders’ willen niets te maken hebben met de elitaire Internationale Schaatsunie (ISU). Daarom organiseren zij hun eigen kampioenschappen. Maar ze zijn vergeten.