Zwitserse militair schetst ‘s-Hertogenbosch, 1815-1824

August von Bonstetten
4 minuten leestijd
Aquarel Bossche Markt Noordzijde, door Von Bonstetten, mei 1818. Bron: www.thuisinbrabant.nl
Aquarel Bossche Markt Noordzijde, door Von Bonstetten, mei 1818. Bron: www.thuisinbrabant.nl

De Zwitserse officier August von Bonstetten was nog maar negentien jaar toen hij in november 1815 in het Koninkrijk der Nederlanden arriveerde om in het Nederlandse leger aan de slag te gaan. Met enige tussenpozen zou hij bijna vijftien jaar in Nederland verblijven. Vanaf zijn eerste dag in Nederland hield Von Bonstetten een dagboek bij en maakt hij talloze tekeningen en schetsen. Historicus Jac. Biemans heeft zijn egodocumenten gevonden in diverse (inter)nationale archieven en publiceert een selectie hiervan in het boek August von Bonstetten. Een Zwitsers militair schetst ‘s-Hertogenbosch (Uitgeverij Vantilt, 2016).

Het leger 1813-1815

August von Bonstetten. Afbeelding boek.
August von Bonstetten. Afbeelding boek.
In de inleiding schets Biemans de politieke en militaire situatie in en rond de Nederlanden in de jaren 1789-1815. Nederland veranderde van een republiek in een koninkrijk. Ook de veranderingen in het Nederlandse leger in met name de jaren 1813-1815 toen Nederland een zelfstandig koninkrijk werd, komen aan de orde. Dit laatste aspect is uiteraard belangrijk om te verklaren hoe het kwam dat Zwitserse militairen in het Nederlandse leger vochten. Biemans meldt het volgende:

“De twee wegen van rekrutering, die van vrijwillige en verplichte militaire dienst, leidden vanaf 1814 tot twee legeronderdelen. Een beroepsleger, de ‘Staande Armee’ van vrijwilligers, en de ‘Nationale Militie’, vooral samengesteld uit dienstplichtige lotelingen. Het tot stand brengen van het leger was een van de hoofdtaken van het in november 1813 opgerichte departement van Oorlog. Toch bemoeide Willem Frederik zich nadrukkelijk met aanstelling en ontslag van officieren. Willem I beschouwde, gesteund door de grondwet van 1814, het leger als zijn eigendom, waarmee hij zijn gezag in binnen- en buitenland kon onderstrepen.” (13)

Stadsgezicht Den Bosch. Door Von Bonstetten. Bron: boek.
Stadsgezicht Den Bosch. Door Von Bonstetten. Bron: boek.

Het leger, beide milities samen omvatten circa 52.000 man, slorpte aanvankelijk een derde, teruglopend tot een kwart, van de staatsbegroting op. Prettig was dan ook dat Willem I kort na de aanvaarding van zijn soevereiniteit in december 1813 goed nieuws bereikte uit het buitenland:

“Twee door hem uitgezonden gezanten meldden dat Zwitserse kantons bereid zouden zijn regimenten samen te stellen voor dienst in het Nederlandse leger. In de urgente situatie van het snel tot stand brengen van een krachtig leger kwamen dergelijke berichten als geroepen.” (15)

In totaal betrof het circa 12.000 Zwitserse militairen, die als extra troepen ingezet konden worden in de strijd tegen Napoleon. De bereidwilligheid van de Zwitsers om in het Nederlandse leger te vechten kwam overigens niet uit de lucht vallen. Ten tijde van de Republiek in de zeventiende eeuw bestond er al een internationale werfmarkt voor militairen, waarbij de Republiek der Nederlanden de grootste afnemer was van Zwitserse vrijwilligers.

Aquarel door Von Bonstetten van Regiment no 29 - Den Bosch. Bron: boek.
Aquarel door Von Bonstetten van Regiment no 29 – Den Bosch. Bron: boek.

‘s-Hertogenbosch

August von Bonstetten maakte deel uit van Regiment no. 29, dat was gelegerd in ‘s-Hertogenbosch. De eerste Zwitserse militairen kwamen hier op 3 december 1814 aan, na een wandeltocht die in Bazel was begonnen. Von Bonstetten zelf arriveerde een jaar later. Op 13 november 1815 bereikte hij Den Bosch, waar hij – met enkele onderbrekingen – tot 1824 zou blijven. Daarna verbleef hij met zijn garnizoen tot 1829 hoofdzakelijk in Antwerpen.

Biemans vat enkele hoofdlijnen samen die de dagboekaantekeningen van Von Bonstetten typeren:

“Door de dagboekaantekeningen krijgen we een goed beeld van het alledaagse leven van August in het garnizoen te ‘s-Hertogenbosch als Zwitsers officier. Hij had een hekel aan het militaire patroon, het gesnauw van zijn bataljonscommandant A.R. von Muralt, het eindeloos exerceren, parade lopen. Elke reis was voor hem een verademing, elke terugkeer naar deze ‘ellendige’ stad een verzoeking. De naam van de stad symboliseerde voor hem het strenge en monotone militaire regime. Hij miste zijn thuisomgeving en zijn familie. Het feit dat zijn broer Fritz ook in zijn regiment werd opgenomen, maakte hem erg gelukkig. Het liefst tekende en schilderde August. Dat was zijn uitlaatklep om toch nog gelukkig te zijn in ‘s-Hertogenbosch. Vol overgave probeerde hij elk vrij moment als kunstenaar bezig te zijn.” (33)

Enkele passages en prenten

August von Bonstetten - Een Zwitsers militair schetst 's-Hertogenbosch 1815-1824
August von Bonstetten – Een Zwitsers militair schetst ‘s-Hertogenbosch 1815-1824
Hieronder geef ik enkele passages uit het dagboek van Von Bonstetten weer, evenals enkele prenten/schilderijen die in het boek te vinden zijn.

Donderdag 29 augustus 1816

“De dag verliep bijna helemaal hetzelfde als gisteren, behalve dat er niet zo lang werd geëxerceerd. ’s Avonds tot 23.00 uur wandelen met Von Goumoëns en Thormann die niets dan stommiteiten uithaalde; hij zoende een meisje dat geloof ik een hoer was en schrok zich des duivels. Hij ging meteen naar huis om zijn gezicht te wassen en kon vanwege het idee niet genoeg spugen. Verder nog op te merken dat ik van 12.00 tot 14.00 uur naar de Vughter Poort ging om een luchtballon te zien opstijgen. Na lang wachten en proberen verbrandde hij en zo om niets twaalf stuiver uitgegeven. Verveling en verspilde tijd, al was ik er niet boos om, hoewel het eigenlijk lag aan de te harde wind.” (65)

Woensdag 10 juni 1818

“Las en schreef de hele ochtend. 12.00 uur parade. Schilderde. 14.00 uur eten. 15.30 uur kazerneparade. Met Roulet bij Hedel zwemmen, waar ook het eerste bataljon zwom en de mannen op trommelslagen (…) in het water sprongen. Ik was verdronken als Roulet mij er niet uit had gehaald. Was nog enige tijd in Orthen. Om 21.30 uur weer in de stad, na een aangename avond. Hoorde tot mijn grote verdriet dat Feldwebel Perret bij fort Crèvecoeur verdronken is. Een bijzonder getrouwe man die het regiment zeer toegedaan was en die zonder twijfel de beste onderofficier van het regiment was. Om 22.00 uur naar bed.” (111)

Maandag 14 februari 1820

“Inspectie. 12.00 uur op de Parade. Moesten onze zakboekjes weer bij ons dragen. Schilder. 15.00 uur aan tafel met Jenner en Bosset die bij mij waren. In de sociëteit. 18.00 uur naar huis. Probeerde de financiën van de compagnie beter te begrijpen. Las Geschichte des Abfalls der vereinigten Niederlande von der spanischen Regierung van Schiller eindelijk uit. Spijtig dat dit interessante werk niet de daaropvolgende gebeurtenissen in de Nederlanden beschrijft. Buiten de hele avond al verschrikkelijk kabaal. Hoor een trompet die mij bijna razend maakt, want hij toetert al drie uur lang.” (146)

Boek en inkijkexemplaar: August von Bonstetten – Een Zwitsers militair schetst ‘s-Hertogenbosch 1815-1824
Lees ook: Executie van een vrouw in ’s-Hertogenbosch in 1820

Bekijk dit boek bij:

Bekijk dit boek bij Historiek Geschiedenisboeken

0
Reageren?x
×