Opleiding in de Oberpfalz bij Grafenwöhr
De Spaanse oostfrontvrijwilligers kregen hun opleiding in het Beierse militaire oefenterrein Grafenwöhr in de Oberpfalz. Grafenwöhr was een van de grootste militaire oefenterreinen van zijn tijd. In de Tweede Wereldoorlog was het qua oppervlakte met 226 km2 het derde terrein van Europa. In 1935 waren de nazi’s er begonnen met de grootscheepse herbewapening van Duitsland en gedurende de oorlog werd het onder andere met hulp van Sovjet-krijgsgevangenen verder uitgebouwd. Ook na de oorlog schreef Grafenwöhr nog geschiedenis, vooral omdat de Amerikanen er gestationeerd werden en niemand minder dan Elvis Presley er een zestal weken verbleef tijdens zijn diensttijd.
De oefentijd van de Spanjaarden begon minder romantisch. Al tijdens hun tocht door het door de nazi’s bezette Frankrijk werden zij als ‘bondgenoten van Hitler’, niet al te vriendelijk ontvangen en kwam het zelfs tot gewelddadigheden. De Spanjaarden waren nog ongewapend, maar vulden hun zakken met stenen om hun opposanten te kunnen bekogelen. De aankomst in Grafenwöhr ging er heel wat vriendelijker aan toe. Een Duitse kapel speelde terwijl de soldaten hun nieuwe thuis binnenkwamen. De divisiecommandant, Munoz Grandes, was even daarvoor reeds in Berlijn ontvangen. Grandes was een man van gezag in Franco’s Spanje. Tijdens de burgeroorlog had hij naam gemaakt bij de strijd om Malaga, maar ook reeds voor de Spaanse burgeroorlog had hij zijn strepen verdiend. De in 1896 in Madrid geboren officier ging al als tiener naar de beroemde infanterieschool Toledo en diende sinds 1915 in Marokko, waar hij betrokken was bij de bloederige gevechten in het Rifgebergte tegen Abd-el-Krim bij Alhucemas. Hij was een begenadigd officier en raakte maar liefst negenmaal gewond, een echte ijzervreter. Grandes zou de Spaanse Blauwe divisie tussen 1941 en 1943 leiden en na de oorlog opklimmen tot Minister van Defensie en Vicepresident van Spanje.
Friedrich Fromm was een Eerste Wereldoorlog-veteraan en opgeklommen tot commandant van het reserveleger, het zogenaamde ‘Ersatzheer’. Hij heette Grandes en zijn Spanjaarden welkom in de Duitse rijen. Geen van beide mannen kon bevroeden wat hen te wachten zou staan; Grandes de ontberingen van het oostfront en het beleg van Leningrad, Fromm zou betrokken raken bij de Von Stauffenbergaanslag, waarin hij een aarzelende rol speelde. Hij was te weinig loyaal voor de putschisten waardoor hij werd opgesloten. Hoewel hij na zijn ontzet direct zijn tegenspelers liet executeren was zijn rol dermate twijfelachtig dat de nazi’s in maart 1945 alsnog met hem afrekenden en hem ombrachten. Maar op deze historische 17de juli werden de handen geschud en gingen de gedachten uit naar de lauwerenkrans die verzwaard moest worden met nieuwe overwinningen.
De oorlog lonkte
De oorlog lonkte. Operatie ‘Barbarossa’, de Duitse aanval op de Sovjet-Unie, was in juni losgebarsten en de opmars naar het oosten ging zeer onstuimig. Veel jonge fanatieke vrijwilligers waren bang dat zij ‘te laat’ zouden komen voor de echte actie. De Duitsers bedienden hen op hun wenken. De opleidingstijd was ingekort van drie maanden naar twee maanden. Geheel verantwoord was dit eigenlijk niet, want de Spanjaarden kregen veel nieuwe zaken voor de kiezen. Zo werden er ruim 5.000 paarden ingebracht in de eenheid, en slechts weinig soldaten hadden ervaring met deze belangrijke viervoeters die onder andere de artillerie trokken. Daarnaast was er een enorm gebrek aan chauffeurs.
In een stoomcursus van twintig dagen werden de Spanjaarden klaargestoomd tot paardenmenner en chauffeur. Ook maakte men kennis met de moderne Duitse wapens en werd er veel geschoten op de schietbanen. Tussendoor waren er uitstapjes naar Neurenberg, bekend van de partijdagen en massabijeenkomsten, Bayreuth, de stad van Wagner en kregen de militairen het rood-gouden schildje op de uniformarm genaaid in de Spaanse kleuren. De troepen waren ook gerechtigd het Blauwe Falangisten-hemd te dragen, waar de term de ‘Blauwe Divisie’ vandaan kwam.
De veldtocht tegen Rusland startte voor de vrijwilligers niet direct als een ‘Blitzkrieg’ operatie. De Spanjaarden moesten vanaf oost-Polen lopend (!) naar het front. Zelfs de Spaanse generaal Esteban-Infantes vroeg zich in zijn memoires terugkijkend af waar het goed voor was dat de Spanjaarden 900 kilometer moesten lopen alvorens in oktober 1941 aan het front te komen. Via Grodno marcheerde men naar Wilna – Minsk – Tolotschin tot men op 28 september Witebsk bereikte. Esteban-Infantes zag er een soort ‘test’ in van de Duitsers, die blijkbaar wilden weten hoe diep het vuur zat aan Spaanse zijde. Volgens de Spanjaard was het elan ongebroken toen zij aankwamen.
De werkelijkheid was echter dat het Duitse leger in een enorme overstretch zat tijdens operatie ‘Barbarossa’. Het Duitse leger had een geweldige reputatie, maar de werkelijkheid was dat iedere oorlog tot dan toe in een paar maanden afgelopen was geweest. Hier waren de Duitse verliezen in hele korte tijd al groter dan in de veldtochten voorheen. De gevechten vonden ook op een ongekend grote schaal plaats. De grensslagen waren veelbelovend geweest voor het Duitse leger, omdat het Rode Leger geen gebruik maakte van de diepte van het eigen land en in omsingelingsslagen vernietigd kon worden.
In de beruchte slagen rond de omsingelingen van Kiev, Wjasma-Brjansk, Bialystok-Minsk, Smolensk, Uman en Gomel waren letterlijk miljoenen soldaten gevangengenomen. Een deel van deze slagen was nog in volle gang toen de Spanjaarden naar het oosten marcheerden. Toen zij de Russische grens overstaken was de oorlog precies twee maanden oud en waren reeds 1.250.000 Russen krijgsgevangen gemaakt en dit was nog maar het begin. Op 21 september werd daar bijvoorbeeld de Kessel-slag bij Kiev aan toegevoegd met 665.000 krijgsgevangenen. In praktijk en op papier was dit een enorme overwinning, maar deze kostte ook aan Duitse zijde veel kracht.
De logistiek was van aanvang aan ook te zwaar belast en de wegengesteldheid in de Sovjet-Unie was bedroevend. Het Duitse opperbevel van het leger had reeds voor de oorlog aangegeven dat er een vrachtwagenproductie van 150.000 stuks per jaar nodig was om de Wehrmacht te laten rollen. In werkelijkheid lag de productie op 39.000 stuks. Het marcheren van de Spanjaarden had dan ook alles van doen met de interne zwakte van het op het oog zo goed functionerende Duitse leger. In veel opzichten was de Tweede Wereldoorlog nog altijd ‘napoleontisch’ van aard.
Aanvankelijk leek het alsof de Spanjaarden meer zuidelijk werden ingezet, tot de mars-richting opnieuw bepaald werd. Men liet Witebsk achter zich en ging het, nu wel per trein, noordwaarts. Het nieuwe doel was het gebied van de legergroep Noord (Heeresgruppe Nord) dat afstevende op de strategische en economisch belangrijke stad Leningrad. Hiermee werden de Spanjaarden onderdeel van de legergroep onder bevel van veldmaarschalk Wilhelm Ritter von Leeb, met chef van staf generaal Brennecke. De officier was eigenlijk al met pensioen toen de oorlog begon, maar was door Hitler tweemaal voor ‘Barbarossa’ reeds van stal gehaald. De opmars naar Leningrad zou de bekroning van zijn militaire carrière moeten worden, maar in januari 1942 ging hij alsnog met pensioen, toen meningsverschillen opspeelden. Vanaf dat moment zou maarschalk Georg von Küchler de legergroep aanvoeren, ondersteund door generaal van staf Kinzel. Het transport van de Spanjaarden vond plaats tussen 29 september en 17 oktober 1941.
De Duitse militaire geschiedschrijving houdt de volgende chronologische indeling aan met betrekking tot de strijd aan het oostfront in 1941, waarvan de Spanjaarden deel zouden gaan uitmaken:
22 juni 1941 – 25 juni 1941 | Doorbraak van de grensstellingen, doorstoot over de rivier de Njemen en inname van Kowno (Kaunas). |
27 juni 1941 – 12 juli 1941 | Opmars over de rivier de Düna, strijd in oostelijke deel Litouwen en Letland. Verovering Riga en strijd tussen Düna en Welikaja. |
04 juli 1941 – 05 september 1941 | Verovering Estland. Slag om Dorpat. Doorbraak naar Narva. Slag om Reval. Verovering westkust Estland. |
08 juli 1941 – 23 september 1941 | Doorstoot over oude Rijksgrens, operaties ten zuiden van het Ilmenmeer (Ilmensee), slag om Staraja Russa, slag aan de Lowat en Pola, operaties tegen Leningrad, voorstoot voorbij aan het Peipusmeer en tot aan de Narva rivier, doorbraak Luga-stelling, doorstoot tot de Newa en Ladogameer, verovering Baltische eilanden (08.09-1941-10.09.1941). |
26 september 1941 | Verdedigende gevechten voor Leningrad en Oranienbaumkessel. |
26 september 1941 – 15 oktober 1941 | Verdedigende gevechten tussen Ilmenmeer en Ladogameer. |
08 december 1941 – rest van het jaar en daarna | Verdedigende gevechten aan de rivier de Wolchov. |
~ Maria Garcia Alvarez & Perry Pierik
Boek: De Spaanse blauwe divisie