Onderzoeker Jack Kooistra is al jaren bezig om gegevens te verzamelen over Nederlandse oorlogsslachtoffers. Maandag is er een website gelanceerd waarop zijn enorme archief ontsloten wordt: WO2Slachtoffers.nl.
In het boek 'Man van de Hemelse Vrede' beschrijven Bob Fu en Nancy French het spannende levensverhaal van Bob Fu. Deze Fu is in 1989 als studentenleider aanwezig bij de opstand op het Plein van de Hemelse Vrede, het Tiananmenplein, in Peking.
"Wie zegt dat Christus het jodendom bevrijdde van de farizese verstarring, stemt in met een oud anti-joods vooroordeel. Wie zegt dat christendom een onvolmaakte afsplitsing is van het jodendom, stemt in met een oud anti-christelijk vooroordeel."
Deze maand verschijnt bij uitgeverij Vantilt het boek Na de val. Nederland na 1989. Hanco Jürgens, als wetenschappelijk medewerker verbonden aan het Duitsland Instituut Amsterdam, geeft hierin antwoord op de vraag hoe Nederland na de val van de Berlijnse Muur in 1989 veranderde. Op Historiek publiceren we een deel van de inleiding van zijn boek:
“Tegenwoordig is het geen uitzondering dat binnen een organisatie de top te veel verdient. De bodem, om het cru te zeggen, wordt opgevuld met werknemers met derderangs voorwaarden waarvan het niet nodig wordt gevonden hen loon te geven.”
Bij Herinneringscentrum Kamp Westerbork zijn vanaf 5 november 201 vazen te zien die zijn gemaakt door de Nederlands-Israelische kunstenares Annette Rosen-Apotheker. De vazen staan symbool voor meer dan tweehonderd naaste familieleden van de moeder van de kunstenares, die zijn omgekomen in Auschwitz en Sobibor.
Op Antarctica hebben wetenschappers een notitieboek van bioloog en fotograaf George Murray Levick (1876-1956) gevonden. De Brit maakte in 1911 onderdeel uit van de expeditie van de bekende ontdekkingsreiziger Robert Falcon Scott.
Onder leiding van FBI-chef J. Edgar Hoover en CIA-directeur Allen Dulles werden er actief oud-nazi’s geworven en ingezet in de strijd tegen de Sovjet-Unie. Hoover en Dulles namen het besmette verleden van de oud-nazi’s volgens de krant voor lief, omdat ze van grote waarde konden zijn voor de VS.
Rond 1930 verschenen door heel Europa een nieuw soort treinen: motorwagens op vloeibare brandstof, bestaand uit één rijtuig met een open interieur waarin ook de bestuurder zat. De Duitse Schienenbus leek wel een autobus die op de rails was gezet. In Italië was het een autofabrikant die dit concept naar een hoger plan tilde.