In 1929 werd weer een Elfstedentocht verreden. Het evenement, ook wel ‘de tocht der tochten’ geheten, beleefde zijn vierde officiële editie.
Iedere winter wordt het spannend, zeker wanneer er een vorstperiode aanbreekt, of het genoeg vriest om de vereiste dikte van het ijs te krijgen. In de praktijk valt dat mee (of tegen), want Nederland kent milde winters, zodat een Elfstedentocht een zeldzame gebeurtenis blijft. Het maakt het wel tot een spektakel, wanneer het zover komt.
Op 12 februari 1929 gingen zo’n driehonderd schaatsers van start, ongeveer de helft van hen bereikte de finish. Ter vergelijking, in 1997 gingen ruim zestienduizend schaatsers van start, meer dan elfduizend bereikten op tijd de finish.
Beelden van de Elfstedentocht van 1929
Bericht uit Het Vaderland van 13 februari 1929
De Leeuwarder K. Leemburg heeft den Elfstedenwedstrijd gewonnen en C. Jongert uit Warmenhuizen is met slechts enkele minuten verschil tweede geworden.
Het is een enorme strijd geweest, waarbij deze twee gelijkwaardige tegenstanders het laatste restje energie hebben moeten oproepen en waarbij zij het greintje van allerlaatste kracht, dat zij na ruim elf uur van opperste krachtmeting, dat er in hen verscholen lag, hebben moeten opdiepen.Als geroutineerde wedstrijdrijders, die bovendien op elkaars steun mogen rekenen, wrongen Pronk en Jongert zich in het donker van het vroege vertrekuur op het slechte ijs naar voren. Zij deden dit op hun manier, bij hun langen hardrijderslag over zand en schotsen heen springend, maar Leemburg, die geen wedstrijdrijder is – trouwens daar is zijn leeftijd niet meer toe – kon daar op zijn Friesche doorlopers niet tegen op. Pronk en Jongert verspeelden aan de controle te Dokkum eenigen tijd, maar toch waren zij op den terugweg nog los, zooals de hardrijders zeggen, m.a.w. geen enkele deelnemer had toen nog contact met hen. En toen zij te Leeuwarden terug waren (zooals reeds gemeld in den recordtijd van C.C.J. de Koning in 1919) was hun taak duidelijk. Zij hadden nu slechts regelmatig tempo te rijden, dat den anderen geringe kans gaf hen te naderen. De rustige hardrijdersslag in een gelijkmatige pace was daar voldoende voor.
Lees het volledige historische krantenartikel op Delpher.
Vorige bericht | Volgende bericht