Drooglegging van Amerika (1920-1933)

Motieven, samenvatting & tijdlijn
11 minuten leestijd
De politie laat tijdens de Drooglegging een vat vol alcohol in het riool storten
De politie laat tijdens de Drooglegging een vat vol alcohol in het riool storten (Publiek Domein - wiki)

De Drooglegging is een belangrijke historische gebeurtenis uit de Amerikaanse geschiedenis. Tussen 1920 en 1933 reguleerde de overheid het gebruik van alcoholische dranken, door de productie en verkoop volledig te verbieden. De term ‘drooglegging’ wordt ook gebruikt voor alcoholverboden in andere landen en op andere momenten in de geschiedenis. In dit artikel ligt de focus op de Amerikaanse Drooglegging (Prohibition, letterlijk ‘verbod’) in het interbellum, in de jaren 1920 tot 1933. We zoomen in op de voorgeschiedenis, motieven en het verloop van de Drooglegging.

Voorgeschiedenis & kernmotieven van alcoholbestrijding in de Verenigde Staten

Drankproblemen en reacties vanuit religieuze hoek (ca.1750-1850)

The Alcoholic Republic - William J. Rorabaugh
The Alcoholic Republic – William J. Rorabaugh
In de achttiende en negentiende eeuw zorgden de Industriële Revolutie en de Franse Revolutie in de westerse wereld, zeker ook in de Verenigde Staten, voor ingrijpende economische en sociale veranderingen. De opkomst van de industriële sector leidde tot urbanisatie en de opkomst van een stedelijke arbeidersklasse. Armoede en alcoholmisbruik onder met name arbeiders werden in Amerikaanse steden in de negentiende eeuw een steeds groter probleem.

Maar niet alleen arbeiders dronken veel. De gemiddelde volwassen Amerikaan consumeerde in de vroege negentiende eeuw zo’n 26,5 liter pure alcohol per jaar, bijna vier keer zoveel als de hedendaagse volwassen Nederlander, die op zo’n 7 liter per jaar komt. Om deze reden typeerde de historicus William J. Rorabaugh Amerika in een gelijkluidende boektitel (1979) gedurende de jaren 1800 tot 1830 als…

“…The Alcoholic Republic.”

In reactie op de alcoholproblemen kwamen in de Verenigde Staten aan het begin van de negentiende de eerste anti-alcoholverenigingen en geheelonthoudingsbewegingen op. De vroegst bekende verenigingen die naar drankmatiging streefden, kwamen in 1806 en 1813 tot stand in Saratoga (in de staat New York) en in Massachusetts. De in Boston opgerichte Massachusetts Society for the Suppression of Intemperance (5 februari 1813) had binnen vijf jaar liefst veertig lokale afdelingen, met elk zo’n honderd leden. En toen Indiana in 1816 als staat tot Amerika toetrad, introduceerde de regering hier meteen een alcoholverbod op zondag. De anti-alcoholbeweging verspreidde zich hierna snel via de kerken. Vooral protestanten – zoals methodisten, presbyterianen en Quakers – maakten zich in de jaren 1810 en daarna hard voor de anti-alcohollobby. Geschat wordt dat er in 1833 in de Verenigde Staten al zesduizend lokale verenigingen bestonden die zich inzetten voor drankmatiging en deze actief promootten.

Motieven voor en tegen drankregulering

Er waren in de Verenigde Staten meerdere groepen die hun eigen motieven hadden om drankmisbruik en alcoholisme te ontmoedigen. Protestanten en kerken hadden hiervoor religieuze en ideële motieven. Ook veel fabriekseigenaren waren voor alcoholbestrijding, omdat drankgebruik in de fabrieken veel ongelukken veroorzaakte. Regelmatig verschenen arbeiders ladderzat of aangeschoten op hun werk. Andere motieven om het gebruik van alcohol te ontmoedigen kwamen uit de gezondheidsbeweging en van groepen die vonden dat alcoholgebruik maatschappelijk gezien veel geld kostte. Alcoholgebruik leidde tot geweld, vernielzucht en criminele activiteiten. De maakbaarheidsidealen van de Verlichting, met het oogmerk de samenleving te verbeteren, speelden in de negentiende eeuw ook een rol in de motivatie van veel leiders van de Temperance-beweging.

De ontwikkeling van de dronkaard, uiteindelijk uitmondend in zelfmoord...  Waarschuwende tekening van Nathaniel Currier, getiteld 'The Drunkard's Progress' (1846)
De ontwikkeling van de dronkaard, uiteindelijk uitmondend in zelfmoord… Waarschuwende tekening van Nathaniel Currier, getiteld ‘The Drunkard’s Progress’, 1846 (Publiek Domein – wiki)

Tegenstanders van de strijd tegen alcohol waren er in de Verenigde Staten ook. Het betrof vooral rooms-katholieken en Duits-lutherse opiniemakers. Zij vonden dat de staat geen moraal aan de burgers diende op te leggen. Verder waren artsen fel gekant tegen het alcoholverbod. Amerikaanse dokters schreven namelijk vaak whisky voor als medicijn voor allerhande kwaaltjes.

Toenemende federale wetgeving & organisatorische groei (ca.1850-1920)

Omstreeks het midden van de negentiende eeuw kwamen de eerste Amerikaanse staten met wetgeving om alcoholproductie en consumptie te reguleren. De staat Maine was in 1846 de eerste staat die een Prohibition-wet invoerde. In 1851 werd deze wetgeving in Maine verder aangescherpt. Gedurende de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865) volgen veel Amerikaanse staten het voorbeeld van Maine en ontwikkelden wetgeving op het gebied van alcoholconsumptie, zoals North Dakota, Georgia, Oklahoma, Mississippi en Kansas. Een belangrijke rol in de strijd tegen drankgebruik speelde het in 1864 opgericht Leger des Heils. Vanaf 1865 voegde ook de protestantse Ku Klux Klan, die rond 1868 een geschatte 550.000 leden telde in vooral de zuidelijke staten, zich bij de supporters van geheelonthouding.

Na afloop van de Amerikaanse Burgeroorlog namen – mede onder invloed van emancipatiebewegingen als het feminisme, evangelicalisme en socialisme -, vooral vrouwen het initiatief binnen verenigingen en bewegingen voor drankbestrijding. Een van de bekendste vrouwenbeweging was de Woman’s Christian Temperance Union (WCTU, 1873). Naast activistische vrouwen die drankmisbruik aan de kaak stelden, trad vanaf het eind van de negentiende eeuw de in 1893 opgerichte evangelicale Anti-Saloon League (ASL) uit Ohio op de voorgrond in de strijd tegen lazarus. Het was deze club die vanaf 1913 volop de strijd aanging om in de Verenigde Staten tot een nationaal drankverbod te komen.

Cartoon in de Hawaiian Gazette waarin het werk van de Anti-Saloon League en de Woman's Christian Temperance Union op de hak wordt genomen, 1902
Cartoon in de Hawaiian Gazette waarin het werk van de Anti-Saloon League en de Woman’s Christian Temperance Union op de hak wordt genomen, 1902 (Publiek Domein – wiki)

Gedurende de Eerste Wereldoorlog groeide in de Verenigde Staten en in andere westerse landen de weerstand tegen alcohol. De Amerikaanse president Woodrow Wilson voerde een tijdelijk alcoholverbod in om graan besparen voor de voedselvoorziening. Verder gebruikten verenigingen die tegen drankgebruik waren het feit dat veel Amerikaanse brouwers van Duitse komaf waren als argument om het (ver)kopen van alcohol te ontmoedigen. De Duitsers waren in Europa de grote agressor en sinds 1917 in oorlog met de Verenigde Staten.

Een rol in de groeiende weerstand tegen drank in de vroege twintigste eeuw speelde ook het feit dat Rusland, mede door buitensporig drankgebruik in het leger, de Russisch-Japanse Oorlog van 1905 verloor. Hierna voerde het land, in 1914 onder Nicolaas II, als eerste land een algemeen drankverbod in. Het Verenigd Koninkrijk besloot na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog in augustus 1914 de Defence of the Realm Act (DORA) in te voeren, die maatregelen mogelijk maakte die het land aan de winst in de oorlog moesten helpen. Zo werd censuur mogelijk, evenals confiscatie van gebouwen en gronden die nodig waren voor de oorlogsvoering. Maar ook moesten brouwers en kroegbazen het percentage alcohol in dranken verlagen en beperkte de regering de openingstijden van Britse pubs.

Wayne Wheeler
Wayne Wheeler (Publiek Domein – wiki)
De protestantse Anti-Saloon League begon zich vanaf 1913 hard te maken voor een nationaal alcoholverbod in de Verenigde Staten. Belangrijk was de invoering van een inkomstenbelasting in januari 1913 via het 16e amendement, waardoor de Amerikaanse overheid niet langer afhankelijk was van de belasting op alcoholische dranken. De weg naar een landelijk alcoholverbod lag hierdoor open.

De ASL werd geleid door de gedreven advocaat Wayne Wheeler (1869-1927), alias de ‘Dry Boss’, die een grote politieke invloed had en een belangrijke rol speelde bij de totstandkoming van het 18e amendement op de Amerikaanse grondwet, die de Drooglegging inluidde. Met zijn politieke strategie, bekend als Wheelerism, wist hij op een activistische en dwangmatige manier Amerikaanse massamedia, financiers, kerken en invloedrijke politici te mobiliseren – en manipuleren – in de strijd tegen de drankproductie en drankhandel. Zo financierde en steunde de ASL alleen politici die vóór een nationale Drooglegging waren.

De Drooglegging in de Verenigde Staten (1920-1933)

In januari 1919 werd het besluit voor een nationale Drooglegging, vastgelegd in de zogenoemd Volstead Act (ook National Prohibition Act genoemd) door zesendertig Amerikaanse staten goedgekeurd. De uitvoering van de Drooglegging begon 17 januari 1920, om exact 12:00:01 a.m. Alle Amerikaanse staten besloten uiteindelijk om mee te doen aan de Drooglegging, behalve Connecticut en Rhode Island. De staat New Jersey ratificeerde het 18e amendement uiteindelijk als laatste, op 9 maart 1922.

Inbeslagname van drank in Elk Lake, Ontario - 1925
Inbeslagname van drank in Elk Lake, Ontario – 1925 (Publiek Domein – wiki)

Aanvankelijk, tot ongeveer 1925, was er tijdens de Drooglegging veel optimisme over de afname van criminaliteit en – het waren de roaring twenties – de toenemende welvaart. Maar al snel werd duidelijk dat de handel en productie van alcohol naar de illegaliteit was verplaatst. Ook bleek dat de aristocratie cq. bovenlaag van de bevolking het voor zichzelf zo regelde dat alcoholische dranken beschikbaar bleven. Zo legden de Amerikaanse presidenten Woodrow Wilson en Warren G. Harding voordat de Drooglegging inging bijvoorbeeld grote privévoorraden drank aan. Mensen met grond en bezittingen, de elite dus, konden op het platteland makkelijker illegaal stoken, terwijl arme arbeiders in de steden die hetzelfde deden direct opvielen en keihard aangepakt werden. Steeds meer beschouwde de publieke opinie de Drooglegging als een verbod dat alleen voor de arbeidersklasse gold.

"Bugsy" Siegel na zijn arrestatie (1928)
“Bugsy” Siegel na zijn arrestatie (1928)
De georganiseerde misdaad in de Verenigde Staten stortte zich vrijwel direct op de illegale drankproductie (door moonshiners) en illegale drankhandel (bootlegging), met Chicago als epicentrum. Met name Italiaans- en Joods-Amerikaanse misdadigers als Al Capone, Bugs Moran, Lucky Luciano, Meyer Lansky, Lucky Luciano, Enoch Johnson, Bugsy Siegel, Arnold Rothstein en Tom Dennison verdienden binnen enkele jaren miljoenen dollars aan hun drank- en gokimperia. Overal in het land kwamen de zogeheten speakeasy op, kleine, bijna niet te vinden illegale cafeetjes waar stiekem drank verkocht werd, zoals Club 21 in New York.

In de grote Amerikaanse steden bloeide de misdaad op: moorden, gokken, drugsgebruik, drankhandel, diefstal en andere criminele activiteiten waren aan de orde van de dag. De eerste gerapporteerde misdaad voltrok zich al binnen een uur nadat het drankverbod inging, op 17 januari 1920. Zes gewapende mannen overvielen een trein en stalen voor $100.000 aan whisky. Volgens een onderzoek uitgevoerd in dertig grote Amerikaanse steden namen de misdaadcijfer in 1921 en 1922 met 24 procent toe.

Vernietiging van drank tijdens de Drooglegging in Amerika, 1923
Vernietiging van drank tijdens de Drooglegging in Amerika, 1923 (Publiek Domein – wiki)
Politie inspecteert een ondergrondse brouwerij in Detroit tijdens de Drooglegging
Politie inspecteert een ondergrondse brouwerij in Detroit tijdens de Drooglegging (Publiek Domein – wiki)

Gedurende de jaren 1920 groeide de publieke weerstand tegen de Drooglegging dan ook steeds verder. Veel illegaal gestookte alcohol bleek ongedestilleerd en daarom gevaarlijk te zijn. Een geschatte 10.000 Amerikanen overleden hier tijdens de Prohibitie aan. Een ander groot probleem was dat de handhaving van het alcoholverbod in de praktijk lastig was voor de politie. Amerikanen kregen meer te besteden en wilden feestvieren, terwijl de politie nauwelijks mankracht had om te controleren. Om een voorbeeld te noemen: de ‘Prohibition Unit’ van de staten Illinois, Iowa en een deel van Wisconsin bestond uit slechts 134 agenten. In heel het land werden slechts 1520 agenten fulltime ingezet om de Drooglegging te handhaven.

Er waren nog meer problemen die de Drooglegging impopulair maakten. Zo miste de overheid belastinginkomsten (extra voelbaar vanwege de economische crisis) en vond op grote schaal overheidscorruptie plaats. Charles C. Fitzmorris, politiechef in Chicago, zei over de vroege jaren 1920:

“Sixty percent of my police were in the bootleg business.”

De Amerikaanse komiek en zanger Ernest Hare grapt dat de Drooglegging en het gebrek aan drank hem tot zelfmoord kan leiden
De Amerikaanse komiek en zanger Ernest Hare grapt dat de Drooglegging en het gebrek aan drank hem tot zelfmoord kan leiden (Publiek Domein – wiki)

In 1931 concludeerde een speciaal ingesteld commissie dat het droogleggingsexperiment had gefaald. Toen Herbert Hoover op 11 augustus 1932 als Republikeins kandidaat voor de presidentsverkiezingen zijn maiden speech hield, ging hij uitvoerig in op de mislukkingen van de Drooglegging en de noodzaak om dit tijdperk te beëindigen.

Op 22 maart 1933 ondertekende de kersverse Amerikaanse president Franklin D. Roosevelt de Cullen-Harrison Act, die de productie en verkoop van bier en wijn met een alcoholpercentage tot 3.2 procent (in volume) en 4.05 procent (in gewicht) toestond. De wet trad op 7 april in werking. Die datum geldt in de Verenigde Staten nog steeds als National Beer Day.

Voor de Drooglegging werden bars vrijwel hoofdzakelijk door mannen bezocht. Na de Drooglegging wisten ook steeds meer vrouwen de weg naar de kroegen te vinden - Raceland, Indiana - September 1938
Voor de Drooglegging werden bars vrijwel hoofdzakelijk door mannen bezocht. Na de Drooglegging wisten ook steeds meer vrouwen de weg naar de kroegen te vinden – Raceland, Indiana – September 1938 (Publiek Domein – wiki)

De Drooglegging kwam officieel op 5 december 1933 ten einde met het 21e amendement. Een aantal Amerikaanse staten bleef alcohol op federaal niveau verbieden, tot in 1966 de laatste staat het verbod hierop ophief. Om te concluderen met de mooie zinspeling van het Historisch Nieuwsblad: de Drooglegging was weinig meer gebleken dan…

“…een ontnuchterende strijd.”

Een van de meest dramatische gevolgen van de Drooglegging was dat de maffia zich een machtsbasis had verworven. Na 1933 ging deze zich focussen op andersoortige vormen van geld verdienen: gokken, afpersing en drugshandel. Daarbij had het imago van de Amerikaanse overheid en de gezagshandhaving en enorme knauw gekregen: heel Amerika had gezien hoe de corruptie in overheidskringen in de jaren 1920 hoogtijdagen doormaakte.

Opmerkelijk is overigens dat Michail Gorbatsjov in de jaren 1985 tot 1987 in de Sovjet-Unie een gedeeltelijke drooglegging doorvoerde, die net als de eerdere Amerikaanse Drooglegging vooral negatieve gevolgen had. Gorbatsjov verhoogde de drankprijzen flink en legde de verkoop aan banden, maar verbood alcohol niet. Niet alleen namen in de Sovjet-Unie de illegale handel en misdaad, een negatief effect was daar ook dat veel winkels (met name in Moskou) failliet gingen en hun deuren moesten sluiten.

Tijdlijn van de Drooglegging in de Verenigde Staten

  • 1806 en 1813 – oprichting van de eerste Amerikaanse bewegingen die naar drankmatiging streven, in Saratoga (New York) en in Boston (Massachusetts).
  • 13 februari 1826 – oprichting van de American Temperance Society (ATS) in Boston, Massachusetts. In 1835 heeft deze organisatie inmiddels 1,5 miljoen leden. Het aandeel vrouwelijke leden van de ATS ligt tussen de 35 en 60 procent.
  • 1846 – Maine is de eerste Amerikaanse staat die Prohibition-wetgeving doorvoert. Op 2 juni 1851 treedt de uitgebreide Maine Law in werking, die de productie en verkoop van alcoholische dranken in de staat Maine verbiedt. In 1855 hebben inmiddels twaalf andere staten als ‘dry states’ het voorbeeld van Maine gevolgd en wetgeving tegen drankproductie en drankverkoop ingevoerd.
  • 1861-1865 – tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog voeren meer Amerikaanse staten wetgeving tegen drankgebruik in.
  • 1869 – oprichting van de Prohibition Party (NPP). Deze politieke partij geldt als een van de oudste politieke partijen in de Verenigde Staten, maar behaalde bij verkiezingen slechts tweemaal (in 1888 en 1892) meer dan 2 procent van de Amerikaanse stemmen.
  • 1870 – een groep Amerikaanse medici richt de American Association of the Cure of Inebrity (AACI) op, die zich richt op het behandelen van alcoholverslaafden.
  • 1873 – oprichting van de Woman’s Christian Temperance Union (WCTU). Prominente leidsters van deze beweging waren Carrie Nation en Frances Willard.
  • 1893 – oprichting van de Anti-Saloon League (ASL) in Oberlin, Ohio.
  • 1917 – tijdelijk alcoholverbod opgelegd door Woodrow Wilson, omdat hij graan achter de hand wil houden voor de voedselvoorziening. Verder beginnen de eerste staten met het ratificeren van wat bekend is geworden als de Volstead Act, die enkele jaren later zou worden uitgevoerd.
  • 16 januari 1919 – 36 Amerikaanse staten ratificeren het besluit tot Prohibition ofwel Drooglegging, via het 18e amendement. Utah is de 36e staat die de wet ratificeert, waardoor de Volstead Act uitgerold kan worden. Op dat moment hadden al 33 Amerikaanse staten hun eigen droogleggingswetgeving doorgevoerd.
  • 17 januari 1920 – officieel begin van de nationale Drooglegging in de Verenigde Staten, nadat de Volstead Act het Congres passeert. Productie, handel, transport en consumptie van alcoholische dranken wordt verboden.
  • vanaf 1925 – Al Capone wordt leider van een grote Amerikaanse gang in Chicago en ontpopt zich tot de meeste beruchte crimineel uit de tijd van de Drooglegging. In 1927 wordt zijn vermogen op bijna 100 miljoen dollar geschat.
  • vanaf oktober 1929 – na de Beurskrach in New York breekt een economische wereldcrisis uit, algemeen bekend als De Grote Depressie.
  • 20 februari 1933 – het Amerikaanse Congres stelt een amendement voor om de Prohibitie te beëindigen.
  • 22 maart 1933 – de Amerikaanse president Roosevelt ondertekent de Cullen-Harrison Act, die de productie en verkoop van alcoholische dranken tot 3.2 procent (in volume) toestaat. De wet gaat op 7 april in.
  • 5 december 1933 – de Drooglegging komt officieel ten einde via het 21e amendement.
  • 10 juni 1935 – oprichting van de Anonieme Alcoholisten (Alcoholics Anonymous, AA) in Akron, Ohio.

Bronnen â–¼

Gedrukte bronnen
-James R. Rohrer, ‘The Origins of the Temperance Movement: A Reinterpretation’, Journal of American Studies 24.3 (Aug.1990) 228-235. Zie online.
-William J. Rorabaugh, Prohibition: a Very Short Introduction (Oxford: Oxford University Press, 2018).

Internet
-https://www.britannica.com/event/Prohibition-United-States-history-1920-1933
-https://www.history.com/topics/roaring-twenties/prohibition
-https://en.wikipedia.org/wiki/Prohibition_in_the_United_States#Start_of_national_prohibition_(January_1920)
-https://www.anderetijden.nl/artikel/6686/Drooglegging-in-de-VS
-https://www.thoughtco.com/prohibition-era-timeline-104844
-https://www.historischnieuwsblad.nl/een-ontnuchterende-strijd/
-http://webpage.pace.edu/pp31462n/prohibition/gangsters.html
-http://www.eastsussexww1.org.uk/alcohol-first-world-war/index.html
-https://en.wikipedia.org/wiki/Temperance_movement
-https://en.wikipedia.org/wiki/Volstead_Act
-https://www.alcoholproblemsandsolutions.org/american-temperance-society-led-prohibition/
-https://www.alcoholproblemsandsolutions.org/massachusetts-society-for-the-suppression-of-intemperance/

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 54.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×